5-8. Elementaire probleemoplossing bij lassen
Hieronder worden enkele problemen, oorzaken en reparatiemogelijkheden voor lasuitvoeringen aangeduid. Deze lijst bevat echter niet alle problemen
die bij het lassen worden gevonden.
Probleem
Geen lasuitgangsspanning; apparaat
volledig inactief.
De lasuitgang is aanwezig, maar de
draad stopt de aanvoer tijdens het
lassen.
OM-277115 Pagina 32
Waarschijnlijke oorzaak
Werkschakelaar in Uit−positie.
Schakelaar stroombron in Uit−positie.
Primaire
stroomzekering
doorgeslagen
stroomonderbreker getript.
Veiligheidszekering
van
doorgeslagen of kortsluitingsschakelaar getript.
Aandrijfrollen
draadaanvoerunit
uitgelijnd.
Verkeerd formaat aandrijfrollen.
Te veel of te weinig druk op de aandrijfrol.
Te veel spanning op de draadspoel.
Verstopping van afwikkelaar of trommeladapter.
Voedingsmotor verbrand.
Pistoolliner vuil of verstopt.
Verkeerd type of formaat liner.
Gebroken of beschadigd pistool of toorts.
Opening contacttip verstopt.
Verkeerd formaat contacttip.
Scherp gebogen of geknikte pistoolkabel of liner.
Oververhit pistool.
Fout formaat van draad.
Geleidingen wrijven over de aandrijfrollen.
Vastgelopen aandrijfrollen.
Motorkabel niet aangesloten of beschadigd.
Zet de schakelaar op Aan.
Zet de schakelaar op Aan.
of
Vervang
stroomonderbreker
voedingsspanning.
draadaanvoerunit
Vervang
stroomonderbreker en zoek naar de oorzaak van
de overbelasting.
niet
goed
Voer de uitlijning van de aandrijfrollen uit.
Vervang de aandrijfrollen met het juiste formaat.
Stel de druk van de aandrijfrol af.
Verminder de spanning op de draadspoel.
Vervang de afwikkelaar of repareer het defect.
Test de motor en vervang deze zonodig.
Verwijder de pistoolliner en maak deze schoon of
vervang deze.
Installeer het juiste formaat van de liner.
Vervang de beschadigde onderdelen.
Vervang de contacttip.
Vervang deze door het juiste formaat en type
contacttip.
Maak de pistoolkabel recht en/of vervang de liner.
Gebruik een pistool met de juiste stroomsterkte.
Laat het formaat van het draad overeenkomen met
de liner en de contacttip.
Pas de geleidingen aan of plaats deze goed.
Verwijder de vreemde voorwerpen van de
aandrijving.
Verbind, repareer of vervang de motorkabel.
Oplossing
de
zekering
of
reset
en
controleer
de
zekering
of
reset
de
de
de