9. Problemen met het product opsporen
Lees de veiligheidsinstructies voordat u een diagnose stelt en volg deze op.
Storing
Pomp schakelt niet in of schakelt uit
zonder duidelijke oorzaak.
Pomp schakelt niet in of schakelt
uit. Het bedieningspaneel van de
regelaar geeft aan dat de
motorbeveiliging of de
beschermende apparatuur is
uitgeschakeld.
636
Oorzaak
Geen voedingsspanning.
Vocht in het statorhuis of in de
klemmenkast. De
vochtdetectiesensor onderbreekt de
voedingsspanning.
De WIO-sensor is niet met olie
bedekt. De sensor onderbreekt de
voedingsspanning.
Ontbrekende fase.
De pomp is overbelast.
De waaier is vastgelopen door
verontreinigingen.
De motorbeveiliging is verkeerd
ingesteld.
De thermische schakelaars zijn
uitgeschakeld. Onvoldoende
motorkoeling.
De vochtdetectieschakelaar in de
motor is uitgeschakeld.
Een voedingskabel is defect.
Fluctuerende spanning.
Oplossing
Herstel de voedingsspanning,
schakel de pomp handmatig in en
controleer de werking van de
contactor.
Neem contact op met een erkend
servicebedrijf.
Neem contact op met een erkend
servicebedrijf.
Herstel alle fasen.
Laat de pomp ca. 10 minuten
afkoelen en schakel deze opnieuw
in. In het geval dat de pomp
inschakelt, werd de eerste
uitschakeling veroorzaakt door een
uitschakeling van de thermische
schakelaar.
Als de storing zich opnieuw
voordoet, zoekt u naar de oorzaak
van de overbelasting.
Controleer de zekeringen van het
bedieningspaneel en schakel deze
in als ze zijn uitgeschakeld. Wacht
ca. 10 minuten totdat de pomp is
afgekoeld en schakel deze opnieuw
in. In het geval dat de pomp niet
inschakelt, wordt het
overbelastingsrelais geactiveerd en
heeft de pomp service nodig. Neem
contact op met een erkend
servicebedrijf.
Reinig de waaier zoals beschreven.
Stel de motorbeveiliging in zoals
vereist.
Herstel de motorkoeling.
Neem contact op met een erkend
servicebedrijf.
Neem contact op met een erkend
servicebedrijf.
Herstel de correcte
voedingsspanning. De toegestane
afwijking is ± 10%.