Er vindt een plaatsingscontrole plaats, waarna de robotarm een tip oppakt, ethanol opzuigt
en de tip naar het buisje brengt. De tip blijft twee minuten boven het buisje hangen. Daarna
wordt de tip weggegooid bij het afval.
7. Wacht totdat de test is voltooid en druk dan op Next (Volgende).
8. Als het protocol is voltooid, opent u de kap van de QIAcube Connect MDx, haalt u de
bufferfles en tips uit het instrument en bergt u ze op.
9. Haal het buisje eruit en kijk of u vloeistof ziet.
Druk als het buisje geen vloeistof bevat op Yes (Ja) om te registeren dat de test is gelukt.
Druk als het buisje vloeistof bevat op No (Nee) om te registeren dat de test is mislukt.
10. Herhaal de test als hij is mislukt. Als de test nogmaals mislukt, wordt u aangeraden om eerst
de O-ring te vervangen (zie paragraaf 7.2.5, O-ring vervangen) of contact op te nemen met
de technische diensten van QIAGEN.
11. Druk op Done (Gereed) om de lekdichtheidstest af te ronden. De datum waarop de
lekdichtheidstest voor het laatst is uitgevoerd, wordt automatisch bijgewerkt.
6.8
De QIAcube Connect MDx ontsmetten
Als de QIAcube Connect MDx met infectueus materiaal is verontreinigd, moet het instrument worden
ontsmet. Als er gevaarlijk materiaal gemorst wordt op of in de QIAcube Connect MDx, heeft de
gebruiker de verantwoordelijkheid om het instrument goed te ontsmetten.
De QIAcube Connect MDx moet ook vóór transport worden ontsmet (als het instrument bijvoorbeeld
wordt teruggestuurd naar QIAGEN). In dat geval moet er een ontsmettingscertificaat worden
ingevuld ter bevestiging dat de ontsmettingsprocedure is uitgevoerd.
Om de QIAcube Connect MDx te ontsmetten, voert u de procedure voor dagelijks, maandelijks en
periodiek onderhoud met de aanbevolen desinfectiemiddelen uit zoals beschreven in hoofdstuk
6.4, 6.5 en 6.6. Voer daarnaast een UV-run met minstens 5 cycli uit volgens de instructies in
hoofdstuk 6.7.1, UV-run.
QIAcube Connect MDx Gebruiksaanwijzing 04/2022
138