Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Motor Slaat Over, Injecteert Niet Goed, Draait Onregelmatig - Sea-doo GTI 2008 Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

MOTOR DRAAIT NORMAAL MAAR START NIET
2. Bougies vuil/defect.
– Vervangen.
3. Verdronken motor.
– Zie VERDRONKEN MOTOR in de SPECIALE PROCEDURES.
4. Motor onder water.
– Zie MOTOR ONDER WATER in de SPECIALE PROCEDURES.
5. Onderdeel van het motorbeheersysteem defect of slechte verbinding.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
6. Brandstofpomp losgekoppeld of defect.
– Probeer de brandstofpomp weer aan te sluiten. Raadpleeg een erkend
Sea-Doo dealer.
7. Zekering doorgebrand.
– Controleer de bedrading en vervang de zekering(en).

MOTOR SLAAT OVER, INJECTEERT NIET GOED, DRAAIT ONREGELMATIG

1. Bougies vuil/defect/versleten.
– Vervangen.
2. Ontstekingsspoel(en) of ECM defect.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
3. Brandstof: Peil te laag, te oud of verontreinigd met water.
– Aftappen en/of hervullen.
4. Injectoren verstopt.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
5. Sensor of ECM defect.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
MOTOR ROOKT
1. Oliepeil te hoog.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
2. Interne motorschade.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
3. Wateropname, koelvloeistof-lekkage of beschadigde cilinderkoppakking.
– Raadpleeg een erkend Sea-Doo dealer.
MOTOR OVERVERHIT
1. Motor-koelvloeistofpeil te laag.
– Zie VLOEISTOFFEN.
2. Waterinlaat jetpomp verstopt.
– Reinigen.
3. Uitlaatsysteem verstopt.
– Uitlaatsysteem spoelen.
______________________
92

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave