Inhoudsopgave
Advertenties
Scanner
5. Selecteer a op de werkbalk of druk op de knopY/a om de bovengrens in te stellen.
Er wordt nu een lijn van het ondertriggerniveau weergegeven in het midden van de grafiek.
6. Selecteer de pictogrammen plus (+) en min (–) op de werkbalk of gebruik de pijlknoppen
omhoog b en omlaag d om de lijn van het ondertriggerniveau op de gewenste positie in
de grafiek te plaatsen.
7. Selecteer a op de werkbalk of druk op de knopY/a om de ondergrens in te stellen.
Het scherm keert terug naar de PID-dataweergave en de triggerpunten worden weergegeven
als horizontale lijnen door de aangewezen parametergrafiek. Herhaal deze procedure om indien
gewenst triggerpunten in te stellen voor andere parameters. Als de drempels zijn geactiveerd en
er datapunten zijn die buiten uw ingestelde condities vallen, dan wordt het verzamelen van data
gepauzeerd en worden de data in een bestand opgeslagen.
OPMERKING:
i
Er kunnen voor slechts drie parameters tegelijkertijd triggerniveaus zijn ingesteld, maar er hoeft
slechts aan één van de condities te worden voldaan om triggering te laten optreden.
z
Hoe triggers te activeren:
1. Selecteer het pictogram Triggeren op de werkbalk.
2. Selecteer Triggers activeren in het afrolmenu.
De triggerlijnen op de datagrafieken veranderen van kleur om activering aan te geven.
Triggers worden voor alle grafieken tegelijkertijd geactiveerd. Nadat triggering is geactiveerd, blijft
dat zo totdat u de triggering deactiveert. Als triggerinstellingen worden gewijzigd of voor andere
parameters worden toegevoegd, worden ze geactiveerd zodra u het instellingenscherm afsluit.
Opslaan en beoordelen van scanner/OBD-II/EOBD-databestanden
De volgende procedures worden gebruikt voor het opslaan en bekijken van databestanden voor
Scanner en OBD-II/EOBD.
Bestanden opslaan
Tijdens normaal gebruik worden data van de voertuig-ECM die op het scherm worden weergegeven
continu opgeslagen in het buffergeheugen. Het buffergeheugen is echter beperkt tot een vooraf
bepaalde limiet die in de teller, onder de werkbalk rechts in het scherm, wordt weergegeven
(Afbeelding
Selecteer Opslaan om het buffergeheugen weg te schrijven naar een bestand. Het opslaan van
data in een bestand is handig bij het opsporen van de oorzaak van een onregelmatig probleem of
het tijdens een proefrit controleren of een reparatie goed is uitgevoerd. Het opgeslagen bestand
kan worden afgespeeld (vergelijkbaar met een video) door Eerdere voertuigen en data > Opgeslagen
data bekijken te selecteren. Zie
OPMERKING:
i
Het pictogram Opslaan heeft dezelfde functie als de functie "Film opslaan" voor de
programmeerbare Snelknop. Zie
informatie.
Het opgeslagen databestand kan ook worden overgezet naar een computer (pc) via een kabel
aangesloten op de mini-USB-connector. Als de diagnosetool is aangesloten op een pc, kunnen
de databestanden worden afgedrukt, overgezet en gekopieerd met ShopStream Connect.
ShopStream Connect is software die zorgt voor de communicatie tussen de diagnosetool en een
4-12).
Opgeslagen data
Toets snelkoppeling
bekijken‚ op pagina 44 voor meer informatie.
configureren‚ op pagina 47 voor meer
31
Bediening van de scanner
Advertenties
Inhoudsopgave
