Inhoudsopgave
Advertenties
58
Twee pennen (Fig. 59/3 en Fig. 59/4) steken als
aanslag voor de hydrauliekcilinder (Fig. 59/1) in het
verstelsegment. De aanslag van de hydraulische
cilinder komt tegen de pen van Fig. 59/3, wanneer
de cilinder drukloos is en tegen de pen van Fig.
59/4 wanneer de cilinder onder druk staat.
Normale schaardruk instellen
-
Hydrauliekcilinder (Fig. 59/1) onder druk zetten.
-
Pen (Fig. 59/3) in een gat van de gatenrij onder
de geleiding van de cilinder steken en met een
borgpen (Fig. 59/2) vastzetten.
Elk gat in de gatenrij is genummerd. Hoe hoger het
getal, hoe hoger de druk op de zaaipijpen (Fig. 61).
Verhoogde schaardruk instellen
-
Hydrauliekcilinder (Fig. 60/1) drukloos maken.
-
Pen (Fig. 60/3) in een hoger gat steken en met
een borgpen (Fig. 60/2) vastzetten.
Elk gat in de gatenrij is genummerd. Hoe hoger het
getal, deste hoger de druk op de zaaipijpen.
Zaaimachine met RoTeC-schijfkouters
Als
uw
machine
is
schijfkouters met dieptebegrenzingschijven (extra
uitvoering) en de gewenste zaaidiepte door het
verplaatsen van de pennen niet kan worden bereikt,
dan moeten alle RoTeC-dieptebegrenzingschijven
volgens hfdst. 9.5.4 op dezelfde wijze worden
versteld.
De fijnafstelling moet dan weer door het omsteken
van de pennen worden uitgevoerd.
I
De zaaidiepte altijd bij begin van het
zaaien controleren:
met de machine op het veld ongeveer
30 m met de voorziene werksnelheid
zaaien,de
zaaidiepte
indien nodig bijstellen.
Instellingen
uitgerust
met
RoTeC-
controleren
en
Fig. 59
Fig. 60
Fig. 61
Advertenties
Inhoudsopgave
