Toewijzingen bij de relaiscombinaties
Schermtekst
Waarschuwing
Fout
Waarschuwing+fout
Waarschuwing+fout+stop
Stop
Taktgever
8.6.6 Instellingen voor de functie "Analoge uitgang" (menu ANALOGE UITGANG)
Hoofdmenu
Bedrijfsmodus
Instellingen
Service
Informatie
Taal
Continu-
weergave
De instelmogelijkheden van de functie „Relais" zijn alleen
beschikbaar wanneer er een relais aanwezig is.
"Relais 1"
(mechanisch relais)
Waarschuwingsrelais
Storingsmeldrelais
Waarschuwings- en storingsmeldre‐
lais
Waarschuwings-, storingsmeld- en
uitschakelrelais
Uitschakelrelais
-
Instellingen
Analog
Hulpfrequentie
Kalibreren
Dosering
Analoge uitgang
Met de programmeerbare functie "Analoge uitgang" kunt u het signaal van
de stroomuitgang van de pomp (optioneel) aan uw vereisten aanpassen.
Het signaal I van de stroomuitgang signaleert één van de drie volgende
waarden:
Slagen/min
n
Doseercapaciteit (= huidig rekenkundig doseervermogen)
n
Capaciteit bij 20 mA (= doseervermogen; waarde bij 20 mA instelbaar)
n
In de toestanden "Stop" (door storing of via bediening) en "Pauze" levert
de stroomuitgang een stroom van 4 mA resp. 0 mA.
Het signaal voor het huidige rekenkundige doseervermogen wordt door de
pomp volgens onderstaande formule berekend (hier voor het bereik 4 - 20
mA):
I(4 - 20) = 16 x (f/fmax) x (L/100) + 4
met
"Relais 2"
(halfgeleiderrelais)
Waarschuwingsrelais
Storingsmeldrelais
Waarschuwings- en storingsmeldre‐
lais
Waarschuwings-, storingsmeld- en
uitschakelrelais
Uitschakelrelais
Taktgeefrelais
Analoge uitgang
Bereik
Functie
Einde
Instellen
Bereik
0 - 20mA
4 - 20mA
Functie
Slagen/min
Doseercapaciteit
Capaciteit bij 20 mA
57