GEHEUGENSCAN
Gebruik Geheugenscan om alle geheugenkanalen te controleren
die zijn geprogrammeerd met frequentiegegevens.
1 Selecteer uw band.
2 Druk op [MR] (1s).
•
Het scannen start op de huidige frequentie.
•
Het 1 MHz-decimaal knippert wanneer de scan wordt uitgevoerd.
•
Als u de scanrichting wilt omkeren, draai de Afstelknop naar
rechts (omhoog scannen) of naar links (omlaag scannen). U
kunt ook op de microfoontoetsen [UP]/ [DWN] drukken.
3 Verlaat de Geheugenscan door nogmaals op [MR] te
drukken.
Opmerkingen:
◆
Tenminste 2 geheugenkanalen moeten gegevens bevatten en kunnen niet
zijn uitgesloten van scannen.
◆
De geheugenkanalen L0/U0 t/m L9/U9 worden niet gescand.
◆
U kunt geheugenscan ook starten in de Kanaalweergavemodus.
Wanneer de scan op een bepaald kanaal stopt, knippert het betreffende
kanaalnummer.
■ Een geheugenkanaal uitsluiten
U kunt een geheugenkanaal selecteren dat u niet wilt
controleren tijdens het scannen.
1 Druk op [MR] en draai aan de Afstelknop om uw kanaal
te selecteren.
2 Voer de Menumodus in en open Menu 202.
3 Zet uitsluiten op ON om het kanaal uit te sluiten van de
scanvolgorde.
•
Om uitsluiten te annuleren, zet u het op OFF.
•
Het pictogram
verschijnt op de display voor een kanaal dat
is uitgesloten.
Opmerking: De geheugenkanalen L0/U0 t/m L9/U9 kunt u niet uitsluiten.
GROEPSCAN
Voor groepscan worden de 1000 geheugenkanalen verdeeld in
10 groepen waarbij iedere groep 100 kanalen bevat. Groepscan
controleert alleen de 100 kanalen die behoren tot de specifi eke
groep die u scant. De kanalen zijn als volgt gegroepeerd.
Geheugengroep
Kanaalbereik
0
0 ~ 99
1
100 ~ 199
2
200 ~ 299
3
300 ~ 399
4
400 ~ 499
1 Druk op [MR] en draai aan de Afstelknop om een kanaal te
selecteren in uw groep.
2 Druk op de Afstelknop (1s).
Geheugengroep
Kanaalbereik
5
500 ~ 599
6
600 ~ 699
7
700 ~ 799
8
800 ~ 899
9
900 ~ 999
•
Het scannen start op het huidige kanaal.
•
Het 1 MHz-decimaal knippert wanneer de scan wordt uitgevoerd.
•
Als u de scanrichting wilt omkeren, draai de Afstelknop naar
rechts (omhoog scannen) of naar links (omlaag scannen). U
kunt ook op de microfoontoetsen [UP]/ [DWN] drukken.
3 Verlaat de groepscan door nogmaals op de Afstelknop te
drukken.
Opmerkingen:
◆
Tenminste 2 geheugenkanalen in de geselecteerde groep moeten
gegevens bevatten en kunnen niet worden uitgesloten van scannen.
◆
U kunt geheugenscan ook starten in de Kanaalweergavemodus.
Wanneer de scan op een bepaald kanaal stopt, knippert het betreffende
kanaalnummer.
■ Geheugengroepkoppeling
Met geheugengroepkoppeling kunt u 2 of meer
geheugenkanaalgroepen koppelen om als een enkele groep
te scannen. U kunt maximaal 10 afzonderlijke groepen
koppelen, of zelfs meerdere instanties van dezelfde groep,
om ervoor te zorgen dat één groep vaker wordt gescand dan
andere groepen.
1 Voer de Menumodus in en open Menu 203.
2 Druk op de Afstelknop.
•
De cursor gaat knipperen.
3 Draai aan de Afstelknop om een groep te selecteren die
u wilt koppelen.
4 Druk op de Afstelknop om de groep in te stellen en
verplaats de cursor naar rechts.
•
Druk op [ ] om de cursor terug te plaatsen of op [ ] om de
cursor naarrechts te verplaatsen.
5 Herhaal de stappen 3 en 4 om meerdere groepen te
koppelen.
6 Wanneer u uw groepen hebt ingevoerd, druk op [ ] om
de cursor naar rechts te verplaatsen. Druk vervolgens
op de Afstelknop om de invoer te voltooien en verlaat de
Menumodus.
•
U kunt een spatie invoegen door te drukken op [SPACE].
•
U kunt een teken invoegen door te drukken op [INS].
•
U kunt het geselecteerde teken verwijderen door te drukken
op [CLR].
•
Als u maximaal 6 groepen hebt ingevoerd, drukt u
eenvoudigweg op de Afstelknop om deinvoer te voltooien en
de Menumodus te verlaten.
SCAN-2