10.1.1
n
Indicatie
Gaslucht
Het display is uit
Waterlekkage
Explosieve ontsteking
92
Algemene storingen
Opmerking
Raadpleeg Elektrisch schema voor de codering van de aansluitingen.
Oorzaak
Er is een gaslek
De boiler is uitgeschakeld.
Er is geen voedingsspanning.
Defecte zekering(en)
Er lekt water uit een wateraansluiting
met schroefdraad.
Condenslekkage
Een andere boiler, of pijpsegment in de
buurt lekt.
De tank van de boiler lekt.
De voordruk van gas is niet juist.
Het CO
getal is niet juist.
2-
De brander is vuil.
Er lekt lucht tussen de venturi en de
flexibele luchtaansluiting.
Maatregel
•
Sluit direct de gasklep.
•
Bedien geen schakelaars.
•
Voorkom open vuur.
•
Ventileer de opstellingsruimte.
•
Neem direct contact op met uw
installatiemonteur, of uw gasleverancier.
De boiler inschakelen (zie sectie 4.1).
Controleer of:
•
De besturingsschakelaar op I staat.
•
De isolator in de positie ON staat.
•
De isolator van voeding wordt voorzien.
•
Het elektrisch aansluitingenblok van
voeding wordt voorzien.
De gemeten spanning moet
230 V
(-15%, +10%) zijn.
AC
Zekering(en) vervangen.
Aansluiting met schroefdraad aandraaien.
Controleer of de afvoer van condenswater
goed werkt.
Pas, indien nodig, het afvoeren van water
aan.
Lekkage opsporen.
Contact opnemen met de leverancier van uw
boiler.
De voordruk van gas controleren, raadpleeg
Voordruk van gas.
Het CO
-getal controleren, raadpleeg CO
2
waarde.
De brander reinigen, raadpleeg Onderhoud
van de gaszijde (zie sectie 9.3).
Controleer of:
•
De flexibele luchtaansluiting niet is
beschadigd.
Indien nodig, de flexibele luchtaansluiting
vervangen.
•
De flexibele luchtaansluiting is goed
aangesloten op de venturi.
Indien nodig, de klem aandraaien.
Gedeelte over installatie, service en onderhoud
-
2