Pagina 1
ADMR Atmosferische industriële boiler ADMR - 40/50/60/80/90/115/135 0063 Installatie-, Gebruikers- en Servicehandleiding Innovation has a name.
Pagina 2
uw installateur A.O. Smith Hoofdkantoor Europa, De Run 5305, 5503 LW Veldhoven www.aosmith.nl, 0800-AOSMITH (2676484)
Lees deze handleiding Waarschuwing zorgvuldig Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u het toestel in gebruik neemt. Het niet lezen van deze handleiding en het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding kan leiden tot ongevallen en schade aan personen en het toestel.
Inleiding Over het toestel Deze handleiding beschrijft de installatie, service en het gebruik van een ADMR-toestel. Het ADMR-toestel is een gasgestookte open boiler zonder ventilator. ADMR-toestellen zijn voorzien van een rookgasafvoerbeveiliging. Een ADMR is van het toesteltype B 11BS De informatie in deze handleiding geldt voor de types: ADMR 40, ADMR 50, ADMR 60, ADMR 80, ADMR 90, ADMR 115 en ADMR 135.
Inleiding Verder dient de installatie te voldoen aan de voorschriften van de fabrikant. Opmerking Voor alle voorschriften, eisen en richtlijnen geldt dat aanvullingen of latere wijzigingen en/of toevoegingen op het moment van installeren van toepassing zijn. Doelgroepen De drie doelgroepen voor deze handleiding zijn: •...
Notatiewijzen In deze handleiding wordt gebruik gemaakt van de volgende notatiewijzen: Opmerking Opgelet belangrijke mededeling. Let op Het negeren van deze tekst kan leiden tot beschadiging van het toestel. Waarschuwing Het negeren van deze tekst kan leiden tot ernstige beschadiging van het toestel en tot gevaarlijke persoonlijke situaties.
Pagina 10
Inleiding Hoofdstuk Doelgroepen Omschrijving Onderhoudsfrequentie Dit hoofdstuk beschrijft hoe u kunt vaststellen met welke frequentie het onderhoud dient te worden uitgevoerd. Zowel de eindgebruiker als de service- en onderhoudsmonteur zijn verantwoordelijk voor regelmatig onderhoud. Zij dienen hierover duidelijke afspraken te maken.
Werking van het toestel Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Algemene werking van het toestel; • Opwarmcyclus van het toestel; • Beveiliging van het toestel; • Veiligheid van de installatie. Algemene werking De figuur geeft een dwarsdoorsnede van het toestel weer. van het toestel Dwarsdoorsnede van het toestel Legenda...
Werking van het toestel Bij dit toestel wordt het koude water, onderaan de tank, ingevoerd bij de koudwaterinlaat (14). Door de branderkamer (8) en warmtewisselaar (11) wordt de verbrandingswarmte overgedragen aan het water. Het opgewarmde tapwater verlaat de tank bij de warmwateruitlaat (2). Als het toestel volledig met water gevuld is, staat het voortdurend onder waterleidingdruk.
2.4.2 Beveiliging watertemperatuur De elektronische besturing bewaakt met temperatuursensor T1 (7) en temperatuursensor T2 (13), drie temperaturen die betrekking hebben op de veiligheid. De tabel verklaart de werking van de temperatuursensoren. Temperatuurbeveiliging Beveiliging Omschrijving Tegen vorst De vorstbeveiliging grijpt in. Het water wordt verwarmd tot 20 °C. (T1 <...
Pagina 14
Werking van het toestel Instructiehandleiding ADMR...
Installatie Waarschuwing De installatie dient te geschieden overeenkomstig de algemeen en plaatselijk geldende voorschriften van gas-, waterleidings-, elektriciteitsbedrijven en brandweer, door een erkend installateur. Het toestel mag alleen in een ruimte geïnstalleerd worden indien die ruimte voldoet aan de vereiste landelijke en plaatselijke ventilatievoorschriften (1.3 "Voorschriften").
Installatie 3.3.1 Luchtvochtigheid en omgevingstemperatuur De opstellingsruimte moet vorstvrij zijn, of tegen vorst beveiligd zijn. De tabel geeft de omgevingscondities aan die moeten worden nageleefd om het functioneren van de toegepaste elektronica te kunnen garanderen. Specificaties luchtvochtigheid en omgevingstemperatuur Luchtvochtigheid en omgevingstemperatuur Luchtvochtigheid max.
Pagina 17
3.3.4 Werkruimte In verband met de bereikbaarheid van het toestel wordt aanbevolen de volgende afstanden in acht te nemen (zie de figuur): • AA: bij de bedieningszuil en de reinigingsopening van het toestel: 100 cm. • BB: rondom het toestel: 50 cm. •...
Installatie Technische Het toestel is geleverd zonder accessoires. Controleer de maten (3.4.1 "Afmetingen van het toestel"), de specificaties gasgegevens (3.4.3 "Gasgegevens") en andere specificaties (3.4.2 "Algemene en elektrische gegevens") van de te gebruiken accessoires. 3.4.1 Afmetingen van het toestel Boven- en vooraanzicht toestel Legenda Zie de tabel.
3.4.3 Gasgegevens Opmerking Dit toestel is afgesteld voor de toestelcategorie K (I2K) en is geschikt voor het gebruik van G en G+ distributiegassen volgens de specificaties zoals die zijn weergegeven in de NTA 8837:2012 Annex D met een Wobbe-index van 43,46 – 45,3 MJ/m (droog, 0 °C, bovenwaarde) of 41,23 –...
Installatie Aansluitschema De figuur geeft het aansluitschema weer. Dit schema wordt gebruikt in de paragrafen waarin het eigenlijke aansluiten wordt beschreven. Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2.
Pagina 23
3. Sluit de overstortzijde van de inlaatcombinatie (2) aan op een open waterafvoerleiding. Let op Een inlaatcombinatie is verplicht. Monteer deze zo dicht mogelijk bij het toestel. Waarschuwing Tussen inlaatcombinatie en het toestel mag nooit een afsluiter of terugslagklep geplaatst worden. 3.7.2 Warmwaterzijdig Zie (B) in het aansluitschema (3.5 "Aansluitschema").
Installatie 3.7.4 Circulatieleiding Zie (C) in het aansluitschema (3.5 "Aansluitschema"). Indien men direct warm water ter beschikking wil hebben bij tappunten kan een circulatiepomp geïnstalleerd worden. Dit verhoogt het comfort en voorkomt waterverspilling. 1. Monteer een circulatiepomp (6) met een capaciteit overeenkomend met de grootte en weerstand van het circulatiesysteem.
Rookgasafvoer Waarschuwing De installatie dient te geschieden door een erkend installateur en overeenkomstig de algemeen en plaatselijke geldende voorschriften (1.3 "Voorschriften"). 3.9.1 Inleiding Voor aansluiting van het toestel op het rookgasafvoerkanaal dient de los meegeleverde trekonderbreker gebruikt te worden. In de trekonderbreker dienen de standaard meegeleverde rookgassensor en rookgasklep gemonteerd te worden.
Pagina 26
Installatie Plaatsen van de trekonderbreker Legenda 1 bevestigingssteun 2 gaatjes voor bevestigingssteun >0,5 m 3 schroeven voor bevestigingssteun 4 gaatjes voor trekonderbreker 5 afdichtring 6 schroeven voor trekonderbreker 7 45° bocht 8 rookgasafvoerpijp IMD-0123 R1 3. Breng de bevestigingssteun (1) zodanig aan dat deze de trekonderbreker ondersteunt.
3.9.3 Montage rookgasklep In de verpakking van de apart meegeleverde rookgasklep bevinden zich: de compleet afgemonteerde rookgasklep (1), een bevestigingsplaat (2) met gat voor de as van de rookgasklep en bevestigingsschroeven. U kunt de rookgasklep zowel in de de linker- als rechterzijde van de trekonderbreker monteren.
Installatie 3.9.4 Montage rookgassensor Op de bedieningszuil zit een plastic zakje met daarin de rookgassensor en bijbehorende bevestigingsmaterialen. De kabel van de sensor is aangesloten in de bedieningszuil en nog niet verbonden met de sensor. Deze kabel zit aan de bovenzijde van de bedieningszuil.
3.10.2 Voorbereiding Let op Het toestel is fasegevoelig. Het is absoluut noodzakelijk de fase (L) van het net aan de fase van het toestel en de nul (N) van het net aan te sluiten aan de nul van het toestel. Let op Er mag géén spanningsverschil tussen nul (N) en aarde ( ) aanwezig zijn.
Installatie Elektrisch aansluitblok Netspanning Shuntpomp Pomp continu Vrij Tank on Rookgasbeveiliging Alarm Uit Relais- Vrij Rookgasklep voeding Scheidingstrafo Primair Secundair 3.10.3 Netspanning aansluiten Het toestel wordt geleverd zonder voedingskabel en hoofdschakelaar. Opmerking Om het toestel van spanning te voorzien dient het toestel m.b.v. een permanente elektrische verbinding op netspanning aangesloten te worden.
3.10.4 Rookgasklep aansluiten 1. Leid de voedingskabel door de metrische trekontlaster aan de bovenzijde van de bedieningszuil. 2. Sluit aarde ( ), fase (L ) en nul (N) aan op punten 25, 26 en 27. Sluit vervolgens de drie gecodeerde zwarte draden (1 t/m 3) aan op punten 28 t/ m 30.
Installatie 3.10.9 Extra storingsmelder ("Alarm UIT") aansluiten Alarm UIT is een potentiaal vrij contact dat in geval van een storing geschakeld wordt. Hierop kan bijvoorbeeld een lamp worden aangesloten om de storing te signaleren. Een 230 V aansluiting kan rechtstreeks aangestuurd worden. Voor andere voltages is bij A.O.
Pagina 33
Gasblok voor ADMR 135 Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. branderdrukregeling 2. dopje branderdrukregeling 3. stelschroef branderdrukregeling 6. meetnippel voordruk 7. gasblok 8. meetnippel manifold 9. hoog-laagregeling IMD-0129 R1 3.11.1 Voorbereiding Om de voordruk en branderdruk te controleren handelt u als volgt: 1.
Installatie 7. Zet de elektronische besturing AAN door de 0/I-schakelaar op stand I te zetten. Het display toont nu circa 10 seconden INTERNE CONTROLE en komt daarna in het hoofdmenu. INTERNE CONTROLE HOOFDMENU »OFF ^ ON È WEEKPROGRAMMA 8. Activeer de "ON-mode" door de volgende stappen te doorlopen: Druk eenmaal op de blauwe pijl ( ) om de aanwijzer voor ON te zetten en druk op .
Pagina 35
6. Activeer de "OFF-mode" van de elektronische besturing: HOOFDMENU »OFF ^ ON È WEEKPROGRAMMA 7. Indien het HOOFDMENU nog niet wordt weergegeven: druk op Gebruik om de aanwijzer voor OFF te plaatsen. Bevestig met 8. Zet de elektronische besturing uit. 3.11.3 Afronden 1.
Pagina 36
Installatie Instructiehandleiding ADMR...
Ombouw naar een andere gascategorie Let op De ombouw mag alleen door een erkend installateur uitgevoerd worden. Indien het toestel moet gaan functioneren op een andere gasfamilie (LP-gas of aardgas) of op een andere gascategorie anders dan de gascategorie waar het toestel standaard op afgesteld is, dient het toestel met een speciale ombouwset aangepast te worden.
Ombouw naar een andere gascategorie Ombouw naar 1. Maak het toestel spanningsloos (10.3 "Toestel spanningsloos maken"). andere gascategorie 2. Sluit de gastoevoer. ADMR 40 t/m 115 Let op De brander kan heet zijn. 3. Schroef de afdekplaat (1) van de brandersteun. 4.
Pagina 39
11. Controleer of het gasblok uitgevoerd is met een branderdrukregeling (1) of met een vlakke afdichtplaat (5). Opmerking Indien de voordruk van een gascategorie gelijk is aan de branderdruk (zie de tabel met gasgegevens (3.4.3 "Gasgegevens")) dan moet het gasblok voorzien zijn van een vlakke afdichtplaat met kurkpakking.
Ombouw naar een andere gascategorie Ombouw naar andere gascategorie ADMR 135 4.2.1 Inleiding Deze paragraaf beschrijft de: • Ombouw van LP gas naar aardgas; • Ombouw van aardgas naar LP gas. Ombouwen gasblok Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1.
4.2.2 Ombouw van LP gas naar aardgas Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 4. timers 5. bracket 6. 6-polige klemmenstrook 7 trekontlasters 8. 9-polige klemmenstrook 9. metrische trekontlaster 10. hoog-laagregelingskabel IMD-0130 R1 Instructiehandleiding ADMR...
Ombouw naar een andere gascategorie 1. Voer stap 1 t/m 9 uit (4.1 "Ombouw naar andere gascategorie ADMR 40 t/m 115"). 2. Demonteer de hoog-laag regeling (9) 3. Monteer de branderdrukregeling (1) inclusief de afdichtingspakking uit de ombouwset. Bevestig de branderdrukregeling met de twee bijgeleverde kleine schroefjes op het gasblok (7).
Vullen Vullen van het Aansluitschema toestel Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2. inlaatcombinatie (verplicht) 3. T&P-Ventiel (optioneel) 4. afsluiter (aanbevolen) 5. terugslagklep (verplicht) 6. circulatiepomp (optioneel) 7.
Aftappen Aftappen van het Aansluitschema toestel Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. 1. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) 2. inlaatcombinatie (verplicht) 3. T&P-Ventiel (optioneel) 4. afsluiter (aanbevolen) 5. terugslagklep (verplicht) 6. circulatiepomp (optioneel) 7.
Pagina 46
Aftappen 7. Sluit de afsluiter (11) in de warmwaterleiding. 8. Sluit de toevoerkraan van de inlaatcombinatie (2). 9. Open de aftapkraan (9). 10. Belucht het toestel (of installatie) zodat het helemaal kan leeglopen. Instructiehandleiding ADMR...
Het bedieningspaneel Het bedieningspaneel Inleiding Betekenis van de icoontjes In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: De tabel geeft de betekenis van de icoontjes weer. • Bediening; Icoontjes en hun betekenis • Betekenis van de icoontjes; Icoon Naam Betekenis •...
Het bedieningspaneel Navigatieknoppen Het gebruik van deze knoppen wordt toegelicht aan de hand van de figuur die het hoofdmenu weergeeft (11 "Hoofdmenu"). De navigatieknoppen zijn: • Knoppen omhoog , en omlaag • Enter: • Reset knop: De pijltjes ^ en È geven aan dat u omhoog en/of omlaag kunt scrollen.
Status van het toestel Status van het toestel Inleiding 8.2.3 EXTRA In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: In deze toestand is één extra periode geprogrammeerd en geactiveerd. In deze toestand • Bedrijfstoestanden; wordt de OFF- of PROG-stand tijdelijk overruled om •...
Status van het toestel 2. De huidige tijd valt buiten een ingestelde Als u als eindgebruiker het toestel aantreft in een tijdsperiode van het weekprogramma. storingstoestand kunt u het toestel proberen in bedrijf te nemen door de knop eenmaal in te De figuur toont het bijbehorende display, met op: drukken.
In bedrijf nemen In bedrijf nemen In bedrijf nemen Opwarmcyclus van het toestel U neemt het toestel in bedrijf via: De opwarmcyclus van het toestel wordt actief op het moment dat de gemeten watertemperatuur (T 1. Vul het toestel (5 "Vullen"). netto beneden de drempelwaarde (T ) komt.
Pagina 52
In bedrijf nemen 2. Na de warmtevraag begint de wachttijd-periode. Deze periode duurt circa 12 seconden. Het icoontje wordt geactiveerd. Ê Ê Ê Ê 13:45 Donderdag 63ÉC De melding WACHTTIJD verschijnt. Tset 65ÉC IN BEDRIJF 7. Als het water op temperatuur is, valt de Ê...
Uit bedrijf nemen Uit bedrijf nemen 10.1 Inleiding HOOFDMENU Dit hoofdstuk beschrijft: »OFF • Toestel een korte periode buiten bedrijf stellen ^ ON ("OFF-mode"); È WEEKPROGRAMMA • Toestel spanningsloos maken; • Toestel voor een lange periode buiten bedrijf Let op stellen;...
Pagina 54
Uit bedrijf nemen Instructiehandleiding ADMR...
Hoofdmenu Hoofdmenu 11.1 Notatiewijze voor bediening van het 2. Gebruik: menu • om de waarde te verhogen; Het HOOFDMENU ( ) van de elektronische besturing • om de waarde te verlagen. is onderverdeeld in submenu’s. Zo is bijvoorbeeld • Bevestig met .Na bevestigen komt het INSTELLINGEN een onderdeel van het hoofdmenu.
Hoofdmenu Het standaard aanwezige weekprogramma schakelt Het menu voor het weekprogramma bereikt u via: het toestel iedere dag in om middernacht 00:00 uur en • : WEEKPROGRAMMA | INGEVEN. uit op 23:59 uur. De watertemperatuur staat standaard Bevestig met ingesteld op 65 °C. Indien gewenst kunt u alle instellingen van het WEEKPROGRAMMA standaard aanwezige weekprogramma wijzigen.
Pagina 57
Hoofdmenu Bevestig met Weekprogramma: watertemperatuur instellen ZO»00:00 1. Gebruik om de watertemperatuur in te ZO 00:59 stellen. In het voorbeeld is dit 75 °C. Tset 65ÉC POMP AAN OPSLAAN Bevestig met De aanwijzer verplaatst naar POMP AAN De aanwijzer verplaatst naar de uren, deze knipperen.
Hoofdmenu 11.4.3 Tijdstippen aan een 3. Voer uit: weekprogramma toevoegen a. Stel het inschakeltijdstip in ( "Weekprogramma: inschakeltijdstip Het menu voor het TOEVOEGEN van in- en instellen"). uitschakeltijdstippen voor het weekprogramma bereikt u via: b. Stel het uitschakeltijdstip in ( "Weekprogramma: uitschakeltijdstip : WEEKPROGRAMMA | INGEVEN.
naar VERWIJDEREN. naar IN BEDRIJF NEMEN. 3. Scroll met 6. Scroll met Bevestig met Bevestig met Om aan te geven dat u in het verwijder menu aan Het weekprogramma is actief. het werk bent, is de aanwijzer vervangen door een 11.5 Extra periode uitroepteken (!) en knipperen de bij deze periode behorende gegevens.
Hoofdmenu 2. Gebruik om de inschakeluren op de Regeling gestuurde pomp instellen gewenste waarde in te stellen. In het voorbeeld is 1. Indien gewenst kan een pomp aangestuurd dit 08. worden tijdens de periode. Gebruik dan Bevestig met om POMP AAN in te stellen. De pomp zorgt dan voor een regelmatige circulatie van warm water in De aanwijzer verplaatst naar de minuten, deze de warmwaterleidingen.
3. De aanwijzer staat voor TAAL 4. De aanwijzer staat voor Zondag. Scroll met naar de gewenste dag. Bevestig met Bevestig met Het display toont het menu voor de taal. De dag is ingesteld. Het display toont het menu TAAL voor het aanpassen van de tijd.
Pagina 62
Hoofdmenu 2. Scroll met naar TOESTELGEGEVENS Bevestig met INSTELLINGEN TAAL ^ DAG/TIJD È»TOESTELGEGEVENS Het display toont het menu voor het uitlezen van de toestelgegevens. TOESTELGEGEVENS »REGELBEREIK ROOKGASBEVEILIGING 3. Scroll met naar het uit te lezen onderdeel, bijvoorbeeld REGELBEREIK. Het bijbehorende display verschijnt. REGELBEREIK 80ÉC Instructiehandleiding ADMR...
Serviceprogramma 12.1 Inleiding hysterese. Standaard staat deze marge op 2 °C. De opwarmcyclus start als de watertemperatuur 2 °C Met het serviceprogramma kan de installateur of lager ligt dan het SETPOINT en eindigt als het water service- en onderhoudsmonteur. 2 °C hoger ligt dan het SETPOINT. •...
Serviceprogramma 12.4 De toestelhistorie uitlezen 12.7 Het service interval instellen Met de toestelhistorie kunt u de bedrijfsuren, het Als hulpmiddel is de elektronische besturing aantal ontstekingen, het aantal vlamfouten en het uitgevoerd met een service interval waarmee de aantal ontsteekfouten uitlezen. onderhoudsfrequentie (14.2 "Service-interval bepalen") door de service- en onderhoudsmonteur U bereikt het menu voor het uitlezen van de...
Storingen 13.1 Inleiding Er wordt onderscheid gemaakt tussen: • Algemene storingen Algemene storingen geven geen melding op het display. Algemene storingen zijn: Gaslucht Display licht niet op Onvoldoende of geen warm water. Waterlekkage Explosieve ontsteking. In de handleiding is een tabel met algemene storingen opgenomen (13.2 "Storingstabel voor algemene storingen").
13.2 Storingstabel voor algemene storingen Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Algemene storingen Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Gaslucht Gaslekkage Neem direct contact op met uw installateur of plaatselijk gasbedrijf. Sluit direct de hoofdgaskraan. Geen schakelaars bedienen. Geen open vuur.
Pagina 67
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Explosieve Verkeerde voordruk Stel de juiste voordruk en/of branderdruk in (3.11 "Voordruk en Indien ontsteking niet is verbeterd raadpleeg uw installateur. ontsteking en/of branderdruk branderdruk controleren") Vervuilde brander Reinig de brander(s) (15.4.2 "Reinigen brander(s)") Slecht vlambeeld Vervuilde inspuiter Reinig de inspuiter(s) (15.3.4 "Reinigen inspuiter(s)") Te weinig luchttoevoer...
13.3 Storingstabel voor storingen op het display Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Storingen op het display Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking S01 (blocking error) Sensor is niet (goed) Sluit de connector van de sensor aan op JP3 Zie het elektrisch schema ADMR (17 "Bijlagen") aangesloten Open circuit van...
Pagina 69
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking S04 (blocking error) Rookgassensor is niet Sluit de connector van de rookgassensor aan op JP4. Zie het elektrisch schema ADMR (17 "Bijlagen") (goed) aangesloten. Open circuit van Defecte rookgassensor Vervang de rookgassensor T Voor het vervangen van de benodigde onderdelen dient u contact rookgassensor 1.
Pagina 70
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking S14 (blocking error) Kortsluiting in Vervang de rookgassensor en kabel. Voor het vervangen van de benodigde onderdelen dient u contact rookgassensorcircuit op te nemen met uw installateur Kortgesloten circuit van rookgassensor 1 S15 (blocking error) Kortsluiting in Vervang de rookgassensor en kabel.
Pagina 71
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking F04 (lock out error) Geen gas 1. Open de hoofdgaskraan en/of gaskraan voor het gasblok Neem voor het herstellen van de gastoevoer contact op met uw installateur 2. Controleer voordruk op het gasblok Drie ontsteekpogingen 3. Herstel indien nodig de gastoevoer zonder succes.
Pagina 72
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking F06 (lock out error) Contact met metalen Controleer bekabeling van ionisatiepen. Vervang indien nodig de Bij terugkerende storing neem contact op met uw installateur. oppervlakte door bekabeling. Voor het vervangen van de benodigde onderdelen dient u contact kabelbreuk.
Pagina 73
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking F10 (lock out error) Rookgaskleprelais 1. Controleer of rode pijl op de rookgasklepmotor helemaal naar Indien de storing niet verholpen kan worden of bij terugkerende schakelt tijdens storing dient u contact op te nemen met uw installateur rechts gaat en tijdens de warmtevraag in deze positie blijft warmtevraag.
Pagina 74
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking C02 (lock out error) Verkeerde 1. Reset elektronische besturing. Voor het vervangen van de benodigde onderdelen dient u contact referentiespanning van op te nemen met uw installateur 2. Controleer of de frequentie van de voedingsspanning Foutmelding van de de AD-convertor.
Pagina 75
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking E03 (lock-out error) De twee 1. Controleer sensorpositie en -bekabeling. Voor het vervangen van de benodigde onderdelen dient u contact temperatuursensoren op te nemen met uw installateur 2. Reset de elektronische besturing indien nodig. Vervang de in de tank meten Fout in temperatuur sensor indien de storing niet is verholpen.
Onderhoudsfrequentie 14.1 Inleiding Een onderhoudsbeurt dient minimaal één maal per jaar zowel waterzijdig als gaszijdig te worden uitgevoerd. De frequentie van het onderhoud is afhankelijk van ondermeer de waterkwaliteit, het gemiddeld aantal branduren per dag en de ingestelde watertemperatuur. Opmerking Regelmatig onderhoud verlengt de levensduur van het toestel.
Pagina 78
Onderhoudsfrequentie Instructiehandleiding ADMR...
Onderhoud uitvoeren 15.1 Inleiding Let op Onderhoud mag alleen door een erkend service- en onderhoudsmonteur worden uitgevoerd. Bij elke onderhoudsbeurt dient het toestel zowel waterzijdig als gaszijdig onderhouden te worden. Het onderhoud dient in de volgende volgorde te worden uitgevoerd. 1.
Pagina 80
Onderhoud uitvoeren 6. Activeer de ’ON-mode’ door de volgende stappen te doorlopen: Druk eenmaal op de blauwe pijl ( ) om de aanwijzer voor ON te zetten en druk op »IN BEDRIJF NEMEN ^ SETPOINT INSTELLEN È Tset=65ÉC Bevestig met de stand IN BEDRIJF NEMEN.
15.3 Waterzijdig onderhoud 15.3.1 Inleiding Waterzijdig dienen te volgende stappen te worden uitgevoerd: 1. Controle anodes. 2. Ontkalken en reinigen tank. 15.3.2 Controle anodes Tijdige vervanging van de anodes verlengt de levensduur van het toestel. De aanwezige anodes moeten vervangen worden zodra ze voor 60% of meer verbruikt zijn (houd hiermee rekening bij het bepalen van de onderhoudsfrequentie).
Pagina 82
Onderhoud uitvoeren Voor het eenvoudig ontkalken en reinigen van de tank is het toestel uitgerust met twee reinigingsopeningen. IMD-0235 R2 1. Verwijder de afdekplaat (1) op de buitenmantel (zie de figuur). 2. Verwijder de isolatie (2) voorzichtig en leg deze apart. Deze moet later weer gebruikt worden.
15.3.4 Reinigen inspuiter(s) 1. Demonteer de inspuiter(s). 2. Verwijder de in de inspuiter(s) aanwezige verontreinigingen. 3. Monteer de inspuiter(s). 15.4 Gaszijdig onderhoud 15.4.1 Inleiding Gaszijdig dienen de volgende stappen te worden uitgevoerd: 1. Reinigen brander(s). 2. Reinigen inspuiter(s). 3. Controle wervelstrips. 15.4.2 Reinigen brander(s) 1.
Pagina 84
Onderhoud uitvoeren Instructiehandleiding ADMR...
Garantie (certificaat) Voor registratie van uw garantie dient u de bijgevoegde garantiekaart ingevuld te retourneren waarna u een garantiecertificaat wordt toegestuurd. Dit certificaat geeft de eigenaar van een door A.O. Smith Water Products Company B.V. te Veldhoven, Nederland (hierna "A.O. Smith") geleverd toestel recht op de hierna omschreven garantie, waartoe A.O.
Garantie (certificaat) 16.4 Uitsluitingen De in artikel 1 en 2 bedoelde garantie geldt niet: a. indien de boiler door een van buiten komende oorzaak is beschadigd; b. in geval van misbruik, verwaarlozing (met inbegrip van bevriezing), verandering, onjuist en/of afwijkend gebruik van de boiler en wanneer gepoogd is lekken te repareren;...
AANSLUITINGEN KLEMMENSTROKEN: AANSLUITINGEN OP BESTURING: Aarde Aansluiting van de voeding van de besturing J19 Aansluiting van extra storingsmelder en voeding rookgasklep Fase-ingang van besturing J20 Aansluiting van het gasblok Fase-ingang van regeling gestuurde pomp J21 Aansluiting van regeling gestuurde pomp Fase-ingang van continu pomp J29 Aansluiting van de terugkoppeling van de Fase-ingang van extra storingsmelder...
Pagina 91
AANSLUITINGEN KLEMMENSTROKEN: AANSLUITINGEN OP BESTURING: Aarde Aansluiting van de voeding van de besturing J19 Aansluiting van extra storingsmelder en voeding rookgasklep Fase-ingang van besturing J20 Aansluiting van het gasblok Fase-ingang van regeling gestuurde pomp J21 Aansluiting van regeling gestuurde pomp Fase-ingang van continu pomp J29 Aansluiting van de terugkoppeling van de Fase-ingang van extra storingsmelder...
17.3 Weekprogrammakaart De weekprogrammakaart kunt u uitknippen en bij het toestel hangen. Periode TIJD Tset Pomp Periode TIJD Tset Pomp ..°C AAN/ UIT ..°C AAN/ UIT ..°C AAN/ UIT ..°C AAN/ UIT ..°C AAN/ UIT ..