Lees deze handleiding Waarschuwing zorgvuldig Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u het toestel in gebruik neemt. Het niet lezen van deze handleiding en het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding kan leiden tot ongevallen en schade aan personen en het toestel.
Inleiding Over het toestel Deze handleiding beschrijft de installatie, service en het gebruik van een ADM- toestel. Het ADM-toestel is een gasgestookte open boiler zonder ventilator. ADM-toestellen zijn voorzien van een rookgasafvoerbeveiliging. Een ADM is van het toesteltype B 11BS De informatie in deze handleiding geldt voor de types: ADM 40, ADM 50, ADM 60, ADM 80, ADM 90, ADM 115 en ADM 135.
Inleiding Verder dient de installatie te voldoen aan de voorschriften van de fabrikant. Opmerking Voor alle voorschriften, eisen en richtlijnen geldt dat aanvullingen of latere wijzigingen en/of toevoegingen op het moment van installeren van toepassing zijn. Doelgroepen De drie doelgroepen voor deze handleiding zijn: •...
Notatiewijzen In deze handleiding wordt gebruik gemaakt van de volgende notatiewijzen: Opmerking Opgelet belangrijke mededeling. Let op Het negeren van deze tekst kan leiden tot beschadiging van het toestel. Waarschuwing Het negeren van deze tekst kan leiden tot ernstige beschadiging van het toestel en tot gevaarlijke persoonlijke situaties.
Werking van het toestel Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Algemene werking van het toestel; • Opwarmcyclus van het toestel; • Beveiliging van het toestel; • Veiligheid van de installatie. Algemene werking De figuur geeft een dwarsdoorsnede van het toestel weer. van het toestel Dwarsdoorsnede van het toestel Legenda...
Werking van het toestel Bij dit toestel wordt het koude water, onderaan de tank, ingevoerd bij de koudwaterinlaat (14). Door de branderkamer (8) en warmtewisselaar (11) wordt de verbrandingswarmte overgedragen aan het water. Het opgewarmde tapwater verlaat de tank bij de warmwateruitlaat (2). Als het toestel volledig met water gevuld is, staat het voortdurend onder waterleidingdruk.
2.4.2 Beveiliging watertemperatuur De branderautomaat bewaakt m.b.v. de vorst-, maximaal-, en de veiligheidsthermostaat drie temperaturen die betrekking hebben op de veiligheid. De tabel verklaart de werking van de thermostaten met sensoren. Temperatuurbeveiliging Beveiliging Omschrijving Vorstthermostaat Als de vorstthermostaatsensor (46) een temperatuur meet van 20 °C of lager start de opwarmcyclus (2.3 "Opwarmcyclus van het toestel").
Werking van het toestel Veiligheid van de Naast de standaard beveiliging van het toestel (2.4 "Beveiliging van het toestel") moet de installatie verder beveiligd worden met een inlaatcombinatie installatie en reduceerventiel. Optioneel kan een T&P-ventiel worden toegepast. 2.5.1 Inlaatcombinatie en reduceerventiel Een te hoge druk in de tank kan de geëmailleerde laag (in het toestel) of de tank beschadigen.
Installatie Waarschuwing De installatie dient te geschieden overeenkomstig de algemeen en plaatselijk geldende voorschriften van gas-, waterleidings-, elektriciteitsbedrijven en brandweer, door een erkend installateur. Het toestel mag alleen in een ruimte geïnstalleerd worden indien die ruimte voldoet aan de vereiste landelijke en plaatselijke ventilatievoorschriften (1.3 "Voorschriften").
Installatie Omgevingscondities Let op Een open toestel mag in verband met explosiegevaar en corrosie van het toestel niet gebruikt worden in ruimten waar chemische stoffen opgeslagen liggen of gebruikt worden. Sommige drijfgassen, bleekmiddelen, ontvettingsmiddelen e.d. verspreiden explosieve dampen en/of dampen die versnelde corrosie veroorzaken.
3.3.4 Werkruimte In verband met de bereikbaarheid van het toestel wordt aanbevolen de volgende afstanden in acht te nemen (zie de figuur): • AA: bij de bedieningszuil en de reinigingsopening van het toestel: 100 cm. • BB: rondom het toestel: 50 cm. •...
3.4.3 Gasgegevens Opmerking Dit toestel is afgesteld voor de toestelcategorie K (I2K) en is geschikt voor het gebruik van G en G+ distributiegassen volgens de specificaties zoals die zijn weergegeven in de NTA 8837:2012 Annex D met een Wobbe-index van 43,46 – 45,3 MJ/m (droog, 0 °C, bovenwaarde) of 41,23 –...
Installatie Aansluitschema De figuur geeft het aansluitschema weer. Dit schema wordt gebruikt in de paragrafen waarin het eigenlijke aansluiten wordt beschreven. Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) inlaatcombinatie (verplicht) T&P-Ventiel (optioneel) afsluiter (aanbevolen)
3.6.2 Shuntleiding U kunt een shuntpomp aansluiten om gelaagdheid van het water in de boiler te voorkomen. 1. Optioneel: monteer afhankelijk van het tappatroon een shuntleiding (Ø 22 mm), een afsluiter (11) en een shuntpomp (7). 2. Monteer een terugslagklep (5). 3.
Installatie 3.6.5 Circulatieleiding Zie (C) in het aansluitschema (3.5 "Aansluitschema"). Indien men direct warm water ter beschikking wil hebben bij tappunten kan een circulatiepomp geïnstalleerd worden. Dit verhoogt het comfort en voorkomt waterverspilling. 1. Monteer een circulatiepomp (6) met een capaciteit overeenkomend met de grootte en weerstand van het circulatiesysteem.
Pagina 25
Aansluitblok Legenda schroeven beschermkap aansluitblok IMD-0134 R2 1. Demonteer, als voorbereiding, eerst de beschermkap van de bedieningszuil: 2. Draai de 4 schroeven (A) los. 3. Verwijder de beschermkap (B) van het elektriciteitsgedeelte. Het aansluitblok (C) wordt nu zichtbaar. Opmerking Voor het aansluiten van elektrische componenten dient u het betreffende elektrisch schema te raadplegen (14.2 "Elektrische schema's ADM").
Installatie 3.8.2 Netspanning aansluiten Het toestel wordt geleverd zonder voedingskabel en hoofdschakelaar. Opmerking Om het toestel van spanning te voorzien dient het toestel m.b.v. een permanente elektrische verbinding op netspanning aangesloten te worden. Tussen deze vaste verbinding en het toestel moet een dubbelpolige hoofdschakelaar met een contactopening van tenminste 3 mm geplaatst worden.
Pagina 27
Plaatsen van de trekonderbreker Legenda bevestigingssteun gaatjes voor bevestigingssteun >0,5 m schroeven voor bevestigingssteun gaatjes voor trekonderbreker afdichtring schroeven voor trekonderbreker 45° bocht rookgasafvoerpijp IMD-0123 R1 1. Haal de bevestigingssteun uit het zakje. 2. Breng de bevestigingssteun (1) zodanig aan dat deze de trekonderbreker ondersteunt.
Installatie 3.9.3 Montage rookgasthermostaat Aan de bovenzijde van de bedieningszuil zit een plastic zakje met daarin de rookgasthermostaat met sensor en bijbehorende bevestigingsmaterialen. De kabel van de sensor is reeds aangesloten in de bedieningszuil. De thermostaat/bracket en sensor dienen nog gemonteerd te worden in de trekonderbreker.
3.10 Voordruk en Opmerking Alvorens u het toestel in bedrijf neemt en/of de voordruk en branderdruk branderdruk gaat controleren dient u het toestel te vullen (5 "Vullen"). controleren Let op Bij de eerste keer in bedrijf nemen en na het ombouwen, is het verplicht om de voordruk en branderdruk te controleren.
Pagina 30
Installatie Gasblok voor ADM 135 Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. branderdrukregeling dopje branderdrukregeling stelschroef branderdrukregeling meetnippel voordruk gasblok meetnippel manifold hoog-laagregeling IMD-0129 R1 3.10.1 Voorbereiding Om de voordruk en branderdruk te controleren handelt u als volgt: 1. Maak het toestel spanningsloos (10.3 "Toestel spanningsloos maken"). 2.
10. Lees met de manometer de voordruk af van meetnippel (6). Raadpleeg de tabel met gasgevens (3.4.3 "Gasgegevens"). Opmerking Raadpleeg de beheerder van het gasnet indien de voordruk niet juist is. 11. Lees met de manometer de branderdruk af van meetnippel (8). Raadpleeg de tabel met gasgevens (3.4.3 "Gasgegevens").
Pagina 32
Installatie Instructiehandleiding ADM...
Ombouw naar een andere gascategorie Let op De ombouw mag alleen door een erkend installateur uitgevoerd worden. Indien het toestel moet gaan functioneren op een andere gasfamilie (LP-gas of aardgas) of op een andere gascategorie anders dan de gascategorie waar het toestel standaard op afgesteld is, dient het toestel met een speciale ombouwset aangepast te worden.
Ombouw naar een andere gascategorie Ombouw naar 1. Maak het toestel spanningsloos (10.3 "Toestel spanningsloos maken"). andere gascategorie 2. Sluit de gastoevoer. ADM 40 t/m 115 Let op De brander kan heet zijn. 3. Schroef de afdekplaat (1) van de brandersteun. 4.
Pagina 35
11. Controleer of het gasblok uitgevoerd is met een branderdrukregeling (1) of met een vlakke afdichtplaat (5). Opmerking Indien de voordruk van een gascategorie gelijk is aan de branderdruk (zie de tabel met gasgegevens (3.4.3 "Gasgegevens")) dan moet het gasblok voorzien zijn van een vlakke afdichtplaat met kurkpakking.
Ombouw naar een andere gascategorie Ombouw naar andere gascategorie ADM 135 4.2.1 Inleiding Deze paragraaf beschrijft de: • Ombouw van LP gas naar aardgas. • Ombouw van aardgas naar LP gas. Ombouwen gasblok Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. branderdrukregeling gasblok hoog/laag regeling...
4.2.2 Ombouw van LP gas naar aardgas Montage en demontage van ombouwcomponenten Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. timers bracket 6-polige klemmenstrook trekontlaster 9-polige klemmenstrook metrische trekontlaster 10. hoog-laagregelingskabel IMD-0130 R1 Instructiehandleiding ADM...
Ombouw naar een andere gascategorie 1. Voer stap 1 t/m 10 uit (4.1 "Ombouw naar andere gascategorie ADM 40 t/m 115"). 2. Demonteer de hoog-laag regeling (9). 3. Monteer de branderdrukregeling (1) inclusief de afdichtingspakking uit de ombouwset. Bevestig de branderdrukregeling met de twee bijgeleverde kleine schroefjes op het gasblok (7).
Vullen Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) inlaatcombinatie (verplicht) T&P-Ventiel (optioneel) afsluiter (aanbevolen) terugslagklep (verplicht) circulatiepomp (optioneel) shuntpomp (optioneel) aftapkraan 10. gaskraan (verplicht) 11. service afsluiter (aanbevolen) 12.
Pagina 40
Vullen 7. Het toestel staat nu onder waterleidingdruk. Er mag nu geen water uit het overstortventiel van de inlaatcombinatie en indien toegepast uit het T&P- ventiel (3) komen. Is dit toch het geval dan kan het zijn dat: De waterleiding druk groter is dan de voorgeschreven 8 bar. Plaats alsnog een drukreduceerventiel (1).
Aftappen Aansluitschema Legenda Niet vermelde nummers zijn niet van toepassing. drukreduceerventiel (verplicht indien de waterleidingdruk groter is dan 8 bar) inlaatcombinatie (verplicht) T&P-Ventiel (optioneel) afsluiter (aanbevolen) terugslagklep (verplicht) circulatiepomp (optioneel) shuntpomp (optioneel) aftapkraan 10. gaskraan (verplicht) 11. service afsluiter (aanbevolen) 12.
Het bedieningspaneel Inleiding AAN/UIT-schakelaar In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: Met de AAN/UIT-schakelaar zet u het toestel in de ON-mode of OFF-mode. In de OFF-mode blijft het • Bedieningspaneel; toestel echter wel onder spanning staan. Hierdoor blijft • Betekenis van de icoontjes;...
Pagina 44
Het bedieningspaneel rookgasthermostaat weer direct in vergrendeling gaan). Hierna wordt het toestel automatisch weer ingebruik genomen als er warmtevraag is. Mocht dit niet het geval zijn, raadpleeg dan het storingsoverzicht (11 "Storingen"). Opmerking De trekonderbreker kan heet zijn. Figuur: Resetknop rookgasbeveiliging IMD-0140 R2 Instructiehandleiding ADM...
Status van het toestel Inleiding • Lock out errors van de branderautomaat In dit geval brandt het rode storingslampje op het In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: bedieningspaneel. De branderautomaat is in • Bedrijfstoestanden; vergrendeling. • Storingstoestanden; Na het wegnemen van de oorzaak moet het toestel met de resetknop (7.6 "Resetknop Bedrijfstoestanden branderautomaat") weer in bedrijf worden...
Pagina 46
Status van het toestel Instructiehandleiding ADM...
In bedrijf nemen Inleiding In onderstaand voorbeeld wordt de gehele cyclus uitgelegd. In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • In bedrijf nemen; Opmerking • Opwarmcyclus van het toestel. De doorlopen cyclus geldt ook bij het inschakelen van de vorstbeveiliging. In bedrijf nemen 1.
Pagina 48
In bedrijf nemen Instructiehandleiding ADM...
Uit bedrijf nemen 10.1 Inleiding In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: • Toestel een korte periode buiten bedrijf stellen ("OFF-mode"); • Toestel spanningsloos maken; • Toestel voor een lange periode buiten bedrijf stellen; • Toestel afvoeren. 10.2 Toestel een korte periode buiten bedrijf stellen ("OFF- mode") Om het toestel een korte periode buiten bedrijf te stellen moet u de vorstbeveiliging inschakelen met behulp van de opwarmcyclus van het...
Pagina 50
Uit bedrijf nemen Instructiehandleiding ADM...
Storingen 11.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de volgende storingen behandeld: • Gaslucht. • Waterlekkage. • Explosieve ontsteking. • Slecht vlambeeld. • Geen warm water • Onvoldoende warm water. 11.2 Storingstoestanden Indien het toestel in de toestand "storing" komt, kunt u geen warm water aftappen.
11.3 Storingstabel voor algemene storingen Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Algemene storingen Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Gaslucht Gaslekkage Waarschuwing Opmerking Sluit direct de hoofdgaskraan. Neem direct contact op met uw installateur of plaatselijk gasbedrijf. Waarschuwing Geen schakelaars bedienen.
11.4 ADM Storingstabel geen warm water Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Geen warm water Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Groene lampje UIT en Geen 1. Controleer of hoofdschakelaar AAN staat Zie het elektrisch schema ADM (14 "Bijlagen") Rode lampje AAN voedingsspanning Indien de storing niet verholpen kan worden neem dan contact op...
Pagina 54
Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking 1. Geen gas: Indien de storing niet verholpen kan worden of bij terugkerende Drie mislukte storing dient u contact op te nemen met uw installateur Controleer of gaskraan open staat startpogingen op rij Controleer of gasblok opent (klikken van het gasblok) Controleer bedrading van het gasblok 2.
11.5 Storingstabel onvoldoende warm water Waarschuwing Onderhoud mag alleen worden uitgevoerd door een service- en onderhoudsmonteur. Onvoldoende warm water Kenmerk Oorzaak Maatregel Opmerking Onvoldoende warm Ingestelde Zet regelthermostaat (7.5 "Regelthermostaat") in hogere stand water watertemperatuur ) te laag Warmwatervoorraad is 1.
Onderhoud uitvoeren 12.1 Inleiding Let op Onderhoud mag alleen door een erkend service- en onderhoudsmonteur worden uitgevoerd. Bij elke onderhoudsbeurt dient het toestel zowel waterzijdig als gaszijdig onderhouden te worden. Het onderhoud dient in de volgende volgorde te worden uitgevoerd. 1.
Onderhoud uitvoeren 12.3.2 Controle anodes Tijdige vervanging van de anodes verlengt de levensduur van het toestel. De aanwezige anodes moeten vervangen worden zodra ze voor 60% of meer verbruikt zijn (houd hiermee rekening bij het bepalen van de onderhoudsfrequentie). Waarschuwing De trekonderbreker en het deksel kunnen heet zijn.
Pagina 59
IMD-0235 R2 1. Verwijder de afdekplaat (1) op de buitenmantel (zie de figuur). 2. Verwijder de isolatie (2) voorzichtig en leg deze apart. Deze moet later weer gebruikt worden. 3. Draai de bouten los. 4. Verwijder de deksel, de pakking en de O-ring. 5.
Garantie (certificaat) Voor registratie van uw garantie dient u de bijgevoegde garantiekaart ingevuld te retourneren waarna u een garantiecertificaat wordt toegestuurd. Dit certificaat geeft de eigenaar van een door A.O. Smith Water Products Company B.V. te Veldhoven, Nederland (hierna "A.O. Smith") geleverd toestel recht op de hierna omschreven garantie, waartoe A.O.
Garantie (certificaat) Het toestel moet te allen tijden voorzien zijn van kathodische bescherming. Indien hiervoor opofferingsanodes zijn toegepast moeten deze worden vervangen en vernieuwd indien en zodra ze voor 60% of meer verbruikt zijn. Bij toepassing van elektrische anodes moet men ervoor zorgen dat deze continu functioneel zijn.
AANSLUITINGEN KLEMMENSTROKEN: AANSLUITINGEN OP BESTURING: Aarde Aarde Fase-ingang van besturing Fase-ingang van branderautomaat L" Fase-uitgang naar veiligheidscircuit en Fase-ingang van rookgasthermostaat thermostatencircuit Fase-uitgang van rookgasthermostaat Fase-ingang van thermostatencircuit COMPONENTEN: Fase-uitgang naar gasblok Dubbel polige hoofdschakelaar Fase-ingang van veiligheidsthermostaat Rookgasthermostaat Fase-uitgang naar gloeiplug Signalering ‘Storing"...
Pagina 67
AANSLUITINGEN KLEMMENSTROKEN: AANSLUITINGEN OP BESTURING: Aarde Aarde Fase-ingang van besturing Fase-ingang van branderautomaat L" Fase-uitgang naar veiligheidscircuit en Fase-ingang van rookgasthermostaat thermostatencircuit Fase-uitgang van rookgasthermostaat Fase-ingang van thermostatencircuit COMPONENTEN: Fase-uitgang naar gasblok Dubbel polige hoofdschakelaar Fase-ingang van veiligheidsthermostaat Rookgasthermostaat Fase-uitgang naar gloeiplug Signalering ‘Storing’...