9.1 Isolatietest
Voer geen isolatietests op de AUTO
pompen uit omdat hiermee de ingebouwde
elektronica kan worden beschadigd.
10. Technische specificaties
10.1 Bedrijfscondities
10.1.1 Bedrijfsmodus
De pompen zijn bedoeld voor bedrijf met tussenpo-
zen (S3). Bij volledige onderdompeling kunnen de
pompen ook continu draaien (S1).
10.1.2 Installatiediepte
Maximaal 10 meter onder het vloeistofniveau.
10.1.3 Bedrijfsdruk
Maximaal 6 bar.
10.1.4 Aantal inschakelingen per uur
Maximaal 30.
10.1.5 pH-waarde
Pompen in permanente opstellingen kunnen worden
gebruikt voor het verpompen van vloeistoffen met
een pH-waarde tussen 4 en 10.
10.1.6 Vloeistoftemperatuur
0-40 °C.
Gedurende korte periodes (maximaal 10 minuten) is
een temperatuur van maximaal 60 °C toegestaan.
Dit geldt uitsluitend voor standaarduitvoeringen.
Explosieveilige pompen mogen geen vloei-
stoffen verpompen met een temperatuur
hoger dan 40 °C.
10.1.7 Dichtheid van verpompte vloeistof
Voor het verpompen van vloeistoffen met een hogere
dichtheid en/of kinematische viscositeit dan van
water dienen motoren met een dienovereenkomstig
vermogen te worden gebruikt.
10.1.8 Geluidsbelasting
De geluidsbelasting van de pompen is lager dan de
grenswaarde zoals vermeld in de EG-richtlijn 2006/
42/EC m.b.t. machines.
10.2 Elektrische gegevens
10.2.1 Voeding
•
1 x 230 V - 10 %/+ 6 %, 50 Hz
•
3 x 400-415 V - 10 %/+ 10 %, 50 Hz
•
3 x 230-240 V - 10 %/+ 10 %, 50 Hz
10.2.2 Beschermingsklasse
IP68, conform IEC 60529.
10.2.3 Isolatieklasse
F (155 °C).
26
10.2.4 Pompcurven
Pompcurven zijn beschikbaar via www.grund-
fos.com.
ADAPT
De curven dienen te worden beschouwd als een
richtlijn. Ze moeten niet worden gebruikt als garan-
tiecurven.
Testcurven van de geleverde pomp zijn op verzoek
verkrijgbaar.
10.3 Afmetingen en gewichten
10.3.1 Afmetingen
Zie afb.
1
t/m
10.3.2 Gewichten
Pomptype
SEG.40.09.2.1.502
SEG.40.09.2.50B/C
SEG.40.12.2.1.502
SEG.40.12.2.50B
SEG.40.12.2.50C
SEG.40.15.2.1.502
SEG.40.15.2.50B
SEG.40.15.2.50C
SEG.40.26.2.50B/C
SEG.40.31.2.50B/C
SEG.40.40.2.50B/C
SEG.50.26...
SEG.50.31...
SEG.50.40...
11. Het product afvoeren
Dit product, of onderdelen van dit product dienen op
een milieuvriendelijke manier afgevoerd te worden:
1. Breng het naar het gemeentelijke afvaldepot.
2. Wanneer dit niet mogelijk is, neemt u dan contact
op met uw Grundfos leverancier.
Het doorkruiste symbool van een afval-
bak op een product betekent dat het
gescheiden van het normale huishoude-
lijke afval moet worden verwerkt en
afgevoerd. Als een product dat met dit
symbool is gemarkeerd het einde van de
levensduur heeft bereikt, brengt u het naar een inza-
melpunt dat hiertoe is aangewezen door de plaatse-
lijke afvalverwerkingsautoriteiten. De gescheiden
inzameling en recycling van dergelijke producten
helpt het milieu en de menselijke gezondheid te
beschermen.
Zie ook informatie over het einde van de productle-
vensduur op www.grundfos.com/product-recycling.
3
in Bijlage.
Gewicht [kg]
40
39
40
40
39
53
40
39
62
70
40
64
72
72