Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

5.9

Turbine

De turbine (Fig. 70/1) die de luchtstroom gene-
reert wordt door een hydraulische motor (Fig.
70/2) aangedreven.
De luchtstroom transporteert het zaaigoed van
de injectiesluis naar de zaaischijven.
Het toerental van de turbine bepaalt de hoeveel-
heid lucht van de luchtstroom. Hoe hoger het
toerental van de turbine, des te groter de hoe-
veelheid gegenereerde lucht.
De AMATRON 3 toont het actuele toerental van
de turbine en geeft een waarschuwing af indien
er sprake is van afwijkingen.
Cirrus BAH0049-1 09.14
GEVAAR
Het maximale turbinetoerental van 4000 1/min. mag niet worden
overschreden.
Reinig het beschermrooster van de turbinezuiger zodat de lucht-
stroom nergens wordt verhinderd.
Als er niet genoeg lucht wordt aangeleverd, kunnen er storingen op-
treden tijdens het verdelen van het zaaigoed.
Verwijder eventuele afzettingen van de turbineschoepen. Afzettingen
kunnen schade aan de lagers en onbalans veroorzaken.
Controleer de positionering van het zaaigoed voordat u met zaaien
begint en met regelmatige intervallen, op zijn minst tijdens het bijvul-
len van alle zaaikouters van de zaaigoedtank.
Als de zaaigoedtransportwegen verontreinigd zijn, kan er verkeerd
gezaaid/gemest worden.
Fig. 70
De hydraulische motor (Fig. 70/2) kan worden aangedreven
door de tractorhydraulica;
door een hydraulische pomp, die op de aftakas van de tractor
wordt gemonteerd.
Opbouw en werking
75

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Cirrus 4002Cirrus 6002

Inhoudsopgave