Scherpstelveldselectie
Bij foto-opnamen kunt u individuele scherpstelvelden selecteren. In de automatische opnamestand en
bij de Digitale Onderwerpsprogramma's wordt de scherpstelveldselectie teruggezet wanneer de
belichtingskeuzeknop in een andere stand wordt gezet of de camera uit wordt gezet. In de de P-, A-
S- en M-stand blijft het gekozen scherpstelveld actief totdat een andere keuze wordt gemaakt.
Houd de centrale toets van de stuureenheid ingedrukt totdat de drie spot-scherp-
stelvelden verschijnen.
Gebruik de links/rechts-toetsen van de stuureenheid om het gewenste
scherpstelveld te laten oplichten; het actieve veld is blauw.
Druk de ontspanknop half in of druk op de centrale toets van de stuur-
eenheid om het veld te selecteren; de andere twee velden verdwijnen.
Pas als een scherpstelveld is geselecteerd kan de stuureenheid wor-
den gebruikt voor andere handelingen.
Maak de foto zoals beschreven bij de basistechnieken voor de opna-
me; druk de ontspanknop half in om scherpstelling en belichting te
vergrendelen. Druk de ontspanknop geheel in om de foto te maken.
Is een scherpstelveld eenmaal geselecteerd, dan blijft het actief, ook
als de foto is gemaakt. Houd de centrale toets van de stuureenheid
ingedrukt om terug te keren naar de standaard scherpstelvelden.
42
G
EAVANCEERDE OPNAMETECHNIEK
Navigeren door de opnamemenu's
Welk opnamemenu verschijnt is afhankelijk van de stand van de belichtingskeuzeknop.
Welk van de vier menu's verschijnt is afhankelijk van de instelling: automatische opname-
stand, filmopname, Digitale Onderwerpsprogramma's of P-, A-, S- en M-stand. Kijk op de
volgende bladzijde voor meer informatie.
Druk op de menu-toets (1) om het menu in en uit te schakelen. Stuur de cursor met de toetsen van
de stuureenheid (2) en verander de instellingen in het menu. Druk op de centrale toets van de stuur-
eenheid om een instelling te openen.
Activeer het opnamemenu met de menu-toets.
Gebruik in het menu van P, A, S en M de links/rechts-toetsen van de stuureenheid om de
gewenste menu-tab te doen oplichten; bij markeren van de tabs veranderen ook de
menu's.
Gebruik de op/neer-toetsen om door de menu-opties te scrollen. Laat de optie oplichten
waarin u iets wilt veranderen.
De te veranderen optie is gemarkeerd, druk op de rechts-toets; de instellingen verschij-
nen, met de huidige instelling gemarkeerd. Om terug te keren naar de menu-opties moet
u op de links-toets te drukken.
Gebruik de op/neer-toetsen om de nieuwe instelling te
markeren.
Druk op de centrale toets van de stuureenheid om de
gemarkeerde instelling te selecteren; bepaalde opties
openen een selectiescherm.
Is een instelling eenmaal geselecteerd, dan keert de cursor terug naar de menu-opties en de nieuwe
instelling wordt getoond. Druk op de menu-toets om terug te keren naar de opnamestand.
2
1
43