Filmopnamen
Deze camera kan digitale video opnemen, zonder geluid. De totale opnameduur
varieert met beeldgrootte en beeldfrequentie, zie blz. 64. De belichtingscorrectie en
de macrostanden kunnen worden gebruikt. Andere instellingen kunt u uitvoeren in
het filmmenu voor opname (blz. 44).
Beeldgrootte
Beeldfrequentie
Voordat u begint met opnemen geeft de teller de maximale tijd in
seconden die voor de volgende filmclip beschikbaar is.
Opnameduur
Bepaal de beeldcompositie zoals beschreven bij de basistech-
niek opname (blz. 22). Druk de ontspanknop half in om de
scherpstelling en de belichting te vergrendelen. Druk de ont-
spanknop geheel in om de opname te starten.
De camera blijft tijdens de opname scherpstellen. De camera
gaat door met opnemen totdat de opnametijd is verbruikt of de
ontspanknop opnieuw wordt ingedrukt.
Opname-aanduiding
Resterende tijd
Aanduiding intern geheugen
De aanduiding voor het interne geheugen verschijnt wanneer er geen geheugenkaart
in de camera zit.
40
G
EAVANCEERDE OPNAMETECHNIEK
Belichtingscorrectie
De belichtingsinstelling van de camera kan worden gecorrigeerd om de foto lichter of donkerder te
maken, bereik ±2 LW in stappen van 1/3 LW. De belichtingscorrectie kan alleen worden gebruikt met
de digitale onderwerpsprogramma's, de belichtingsstanden P, A en S, en de film-opnamestand. In de
film-opnamestand wordt de belichtingscorrectie teruggezet als de camera wordt uitgeschakeld. Bij de
digitale onderwerpsprogramma's en de belichtingsstanden P, A en S blijft de belichtingscorrectie van
kracht totdat hij wordt teruggezet.
Druk voor het instellen van een correctie op de links- of de
rechts-toets van de stuureenheid; het scherm van de belich-
tingscorrectie verschijnt.
Gebruik de links/rechts-toetsen van de stuureenheid om de
waarde van de belichtingscorrectie te veranderen. Het effect van
de wijziging is zichtbaar in het live-beeld.
Druk de ontspanknop half in of druk op de centrale toets van de
stuureenheid om de instelling vast te leggen.
Bij corrigeren van de belichting wordt de correctiewaarde weergegeven in LW (blz. 50). Nadat de
instelling is verricht geven de sluitertijd en het diafragma de actuele belichtingsinstelling aan. Omdat
de correcties in kleine stapjes kunnen worden uitgevoerd kan het soms gebeuren dat u dezelfde slui-
tertijden en/of diafragmawaarde ziet als voor de correctie. Bij elke andere instelling dan nul verschijnt
een aanduiding plus een waarde op de monitor als een waarschuwing.
Camera-info
De belichtingscorrectie kan worden
gebruikt wanneer de lichtmeter van de
camera wordt misleid door overwe-
gend donkere of lichte onderwerpen.
Hier zorgde het donkere water ervoor
dat het de camera dit beeld te licht
maakte (overbelichting). Door toepas-
sing van een belichtingscorrectie ont-
staat er detaillering in de bladeren, en
de stenen en het water zien er realis-
Camerabelichting
tischer uit.
–2 LW
-1 LW
41