5
Kies enkelvoudige
autofocus.
Draai aan de selectieknop voor
scherpstelstand totdat deze op
zijn plaats klikt en naar S
(enkelvoudige autofocus) wijst.
Bij deze instelling stelt de
camera automatisch scherp op
het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt. Er kunnen alleen foto's
worden gemaakt als de camera heeft scherpgesteld.
6
Kies matrixmeting.
Draai de selectieknop voor
lichtmeting naar a
(matrixmeting). Bij
matrixmeting wordt informatie
van de RGB-sensor met 1,005
segmenten gebruikt voor een
optimaal resultaat voor het hele
beeld.
Scherpstelstand
selectieknop
Selectieknop lichtmeting
s
51