196
Rijden en bediening
Het scherm van het Info-Display is in
tweeën gesplitst. Rechts staat een
bovenaanzicht van de auto en links
een achter- of vooraanzicht. De
parkeersensoren vormen een aanvul‐
ling op het panoramische bovenaan‐
zicht van de auto.
Inschakelen
Het panoramazichtsysteem wordt
geactiveerd door:
● inschakelen van een versnelling
of versnellingsbak in een
neutraalstand (vooraanzicht)
● inschakelen van de achteruitver‐
snelling (achteraanzicht)
● handmatig activeren op het Info-
Display bij ritten op snelheden tot
20 km/h
Werking
Links op het display kunt u de
verschillende weergaven kiezen.
Wijzig het soort weergave te allen
tijde tijdens een manoeuvre door het
aanraakveld onderin het display aan
te raken en een weergave uit het
weergaveselectiemenu te selecteren:
● Standaardweergave
● Auto-modus
● Ingezoomde weergave
● 180°-weergave
Bij het kiezen van een bepaalde
weergave wordt het display onmid‐
dellijk bijgewerkt.
Auto-modus is standaard geacti‐
veerd. In deze modus selecteert het
systeem op basis van de informatie
van de parkeersensoren de beste
weergave, de standaardweergave of
ingezoomde weergave.
De stand van het systeem blijft bij
uitschakeling van het contact niet in
het geheugen staan.
Standaardweergave
De standaardweergave bestaat uit
een achteraanzicht en een vooraan‐
zicht.
Zicht naar achteren