Apparaatbeschrijving en
technische gegevens
188 / Technische gegevens
Camera
Opnametype/-formaat Digitale camera, 2/3" CCD-
sensor met 5,24 milj. pixels, 5 milj. effectief
Resolutie Naar keuze: 2560 x 1920, 2048 x 1536,
1600 x1200, 1280x960, 640x 480, 1920 x1080 (HDTV)
pixels (beeldpunten), 320 x240 bij video-opnamen.
Opnamedata-compressiegraden Naar keuze: zeer
lage, lage, normale datacompressie, opslag ruwe
gegevens.
Dataregistratie Stilstaande beelden: conform JPEG-,
TIFF-(RGB-), en DPOF-Standards. Stilstaande beelden
met geluidsregistratie: conform JPEG-Standard, even-
als 320 x 240 pixels conform QuickTime Motion JPEG-
Standard. Bewegend beelden (video-opnamen): con-
form QuickTime Motion JPEG-Standard.
Opslagmedia SD-Memory Card en MultiMediaCard
Gevoeligheidsinstelling Automatisch op ISO
100/21° bij video-opnamen, bij andere belichtings-
programma's naar keuze ISO 100/21°, ISO 200/24°
of ISO 400/27°.
Witbalans Naar keuze: automatisch, standaardinstel-
lingen voor daglicht, bewolking, halogeenlicht, elektro-
nenflits, evenals voor zwart/wit-opnamen en handma-
tige instelling.
Objectief LEICA DC VARIO-SUMMICRON 1:2–2,4/
7–22,5 mm ASPH. (komt overeen met 28–90 mm bij
kleinbeeld); 13 lenzen in 10 groepen, 4 asferische
vlakken. Wijziging brandpuntsafstand door ring op het
objectief.
Digitale brandpuntsafstand-verlenging Naar keuze:
uit, 2 x of 3 x.
Afstandsinstelbereik Automatische afstandsinstel-
ling van 60 cm, resp. 30 cm tot oneindig (AF, resp.
AF-Macro). Handmatige afstandsinstelling 30 cm tot
oneindig met ring op het objectief, naar keuze loep-
functie voor ondersteuning scherpstelling.
Kleinste objectveld 11,5 x 15,3 cm (op 30 cm
afstand, bij 90 mm brandpuntsafstand).
Autofocus-systeem Hybrid-System met passieve
sensor met contrastvergelijking en TTL-meting via de
beeldsensor, evt. normale meting of spotmeting.
Belichtingsprogramma's Programma-automaat (P),
karakteristiek verschuifbaar (shift), tijdautomaat (A),
diafragma-automaat (T) en handmatige instelling (M).
Bij video-opnamen volautomatisch.
Belichtingsmeting Meerdere velden, integraal in het
midden geconcentreerd, spot, naar keuze met staafdi-
agram voor analyse van de helderheidsverdeling.
Meetwaardegeheugen Door vasthouden drukpunt
van ontspanner opslag van de waarden voor afstand
(in de AF-modi) en belichting.
Belichtingscorrectie ±2EV in
1
/
EV belichtingsstappen.
3
Automatische belichtingsserie naar keuze: 3 of 5
opnamen met
1
/
,
2
/
of 1 EV stappen.
3
3
Sluitertijdenbereik Mechanische centrale sluiter,
evenals extra elektronische sluiterfunctie. Bij P en A,
1
1
resp. T en M 8 tot
/
s, resp. tot
/
4000
1
maal flitsprogramma vanaf
/
s), bij video-opnamen
60
1
1
/
tot
/
s.
30
4000
Serie-opnamen Naar keuze 1 beeld/s of 2,7 beeld/s,
maximaal 3–137 opnamen.
s (met nor-
2000