Pagina 1
844 E R Z16 844 E R Z20 Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing...
Pagina 2
Nessuna parte di questo manuale può essere riprodotta, archiviata, distribuita a terzi né altrimenti copiata, in qualsiasi formato e con qualsiasi mezzo, sia esso elettronico, meccanico o tramite fotocopia, senza il preventivo consenso scritto di FAAC S.p.A. Tutti i nomi e i marchi citati sono di proprietà dei rispettivi fabbricanti.
Reductiemotor voor schuifpoorten Beschrijving: Reductiemotor voor schuifpoorten Modellen: 844 E R Z16, 844 E R Z20 Modellen: 844 E R Z16, 844 E R Z20 voldoen aan de volgende toepasselijke Europese wetten: de volgende essentiële eisen van de machinerichtlijn 2006/42/EC (met inbegrip...
Bijlage I van de Machinerichtlijn. Risico op elektrocutie wegens de aanwezigheid van onderdelen die onder FAAC S.p.A. raadt aan om altijd de norm EN 12453 volledig in acht spanning staan. te nemen, met name de toepassing van de criteria en veiligheids-...
2. AANBEVELINGEN VOOR DE VEILIGHEID 2.2 TRANSPORT EN OPSLAG Dit product is als “deelmachine” op de markt gebracht en mag daarom niet in bedrijf worden gesteld zolang de machine, waarin deze Volg de aanwijzingen op de verpakking deelmachine wordt ingebouwd, niet door de constructeur in over- eenstemming met de Machinerichtlijn 2006/42/EC wordt verklaard.
2.3 UITPAKKEN EN VERPLAATSEN RISICO’S PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN 1. Open de verpakking en haal de inhoud er uit. - Om de reductiemotor te heffen mag hij noch bij de behuizing noch bij de besturingskaart worden vastgepakt. Pak het huis met twee handen vast op de opnamepunten A (1). 2.
- Het is verboden om de installatie te voeden met andere energie- 3.1 BEOOGD GEBRUIK bronnen dan is voorgeschreven. De reductiemotoren FAAC serie 844 E R zijn ontworpen voor de acti- - Het is verboden om in de handel verkrijgbare systemen en/of vering van horizontaal bewegende schuifpoorten voor Residentieel, gereedschappen, die niet voorzien zijn, toe te passen of om ze Kantoren/Industrieel gebruik.
3.6 TECHNISCHE KENMERKEN Elektromechanische, oliegesmeerde reductiemotor, uitgerust met tandwiel voor tandheugel. Beschikbaar in de versies: - 844 E R Z16 met tandwiel Z16 - 844 E R Z20 met tandwiel Z20 Onomkeerbaar systeem Voor de handmatige werking moet de reduc- tiemotor met de daarvoor bestemde sleutel ontgrendeld worden.
APART GELEVERDE COMPONENTEN De installatie vereist de volgende apart geleverde componenten FAAC : Stalen tandheugel met afstandsring (te lassen of vast te schroeven) Nylon tandheugel met schroeven en bouten - voor vleugel met maximaal gewicht 400 kg Bodemplaat met schroeven Waarschuwingsbord “GEVAAR AUTOMATISCHE BEWEGING”...
3.8 BUITENAFMETINGEN Afstanden 6 3.9 HANDMATIGE WERKING Ontgrendeling van de reductiemotor Om de vleugel met de hand te bewegen, moet de reductiemotor door middel van de geleverde sleutel ontgrendeld worden. Voordat de reductiemotor wordt ontgrendeld, moet de elektrische voeding van het automatiseringssysteem worden losgekoppeld. Begeleid de vleugel tijdens de handmatige beweging langzaam en over de gehele slag.
4. INSTALLATIEVEREISTEN 4.1 MECHANISCHE EISEN hebben dat het invoeren van lichaamsdelen tussen het beweegbare en het vaste deel verhinderd wordt. De mechanische constructie-elementen moeten voldoen aan de Raadpleeg de norm EN 349 voor de definitie van de minimumafstanden om het voorschriften van de norm EN 12604.
4.3 TYPISCHE INSTALLATIE De typische installatie is een enkel illustratieve en niet-uitputtende weergave van de toepassing van 844 E R (8). Netvoeding 3G 1.5 mm Installatieautomaat Aftakdoos Reductiemotor 844 E R TX fotocel RX fotocel Sleutelknop Zwaailicht Mechanische aanslag 8 844 E R 532243 - Rev.B...
5. MECHANISCHE INSTALLATIE De installatie moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de norm BENODIGD GEREEDSCHAP EN 12453. Baken het werkgebied af en verbied de toegang/doorgang. De benodigde gereedschappen worden hieronder aangegeven ( 6). De installatie moet bij droog weer worden uitgevoerd. In geval van regen moet gezorgd worden voor een voldoende afdekking van de reductiemotor Gebruik gepaste gereedschappen en hulpmiddelen, in een werkomgeving tot aan de voltooiing van de mechanische en elektronische installatie.
5.2 HET PLAATSEN VAN DE BODEMPLAAT RISICO’S PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN De handelingen moeten met de losgekoppelde elektrische voeding worden uitgevoerd. - 844 E R moet geïnstalleerd worden met de bodemplaat. - Het als bijlage van deze handleiding geleverde funderingsschema verstrekt de louter indicatieve kenmerken van de fundering. Het schema toont 12 de 844 E R binnen de in deze handleiding aangegeven maximale toepas- singsgrenzen en onder de zwaardere omstandigheden.
5.3 MONTAGE VAN DE REDUCTIEMOTOR RISICO’S H = 20 PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN De handelingen moeten met de losgekoppelde elektrische voeding worden uitgevoerd. 1. Controleer of het beton van de sokkel is uitgehard en stel alle steunmoeren dan in op de aangegeven hoogte H (14). 2.
5.4 MONTAGE VAN DE TANDHEUGEL RISICO’S PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN - Las de afstandsringen NOOIT op de tandheugels. - Las de elementen van de tandheugel NOOIT onderling aan elkaar. - Gebruik NOOIT vet of andere smeermiddelen op de tandheugels. De montage van de tandheugel vereist dat de vleugel meerdere malen met de hand verplaatst wordt.
STALEN TANDHEUGEL - BEVESTIGD DOOR VAST TE SCHROEVEN Dikte van de tandheugel: 8 mm voor vleugels met max. gewicht 400 kg 12 mm voor vleugels met gewicht van meer dan 400 kg De accessoires voor de installatie van de tandheugel bevatten schroeven voor aluminium of stalen vleugels.
NYLON TANDHEUGEL Dikte van de tandheugel: 20 mm voor vleugels met max. gewicht 400 kg. 1. Sluit de vleugel met de hand. 2. Plaats op het tandwiel een tandheugelelement (25). Contro- leer de vlakheid met een waterpas. 3. Doorboor in het midden van de sleuven (1). Bevestig met ge- schikte schroeven en ringen.
5.5 AFSTELLEN EN CONTROLEREN 1. Voor een goede werking moet de tandheugel nooit op het tand- wiel steunen. Draai alle steunmoeren een halve slag rechts- om (27) om de reductiemotor omlaag te verplaatsen. Op deze manier wordt een constante ruimte verkregen over de gehele beweging tussen tandwiel en tandheugel (28-A).
5.7 DE BEHUIZING MONTEREN De behuizing beschermt de elektronische onderdelen en verhindert de toegang tot de bewegende mechanische delen. Voor zolang de installatie Ph 2 x120 nog niet voltooid is, mag de reductiemotor nooit onbeheerd zonder behuizing worden gelaten. Monteer de behuizing na de voltooiing van de inbedrijfstelling.
Uitneembare klemmenstrook voor bedieningselementen en accessoires FC1 FC2 Eindschakelaars opening/sluiting (op basis van de openingsrichting) (geleverd bij de bouten en schroeven) SAFE Schakellijsten Connector (5-pins) voor radio-/decoderkaarten (catalogus FAAC) STOP Commando voor STOP J3-J4 Connector van de transformator FSW CL Fotocellen sluiten...
BEDIENINGSELEMENTEN EN ACCESSOIRES W.L. Sluit de bedieningselementen en de accessoires aan op klemmen- strook J1 (38). TX-FSW - Meerdere contacten op dezelfde NC-ingang moeten in seriegeschakeld 24 V worden. 500 mA - Meerdere contacten op dezelfde NO-ingang moeten parallel worden geschakeld.
Koppel altijd eerst de spanning van de kaart los alvorens de ontvanger/ decoderingskaart te plaatsen of weg te nemen. Installeer een radio-ontvangstkaart of een decoderingskaart FAAC met 5 pinnen, die qua frequentie en coderingstechnologie compatibel zijn met de gebruikte FAAC afstandsbedieningen: - een eenkanaalssysteem activeert alleen het radiocommando OPEN A - een tweekanaalssysteem activeert de radiocommando’...
7.4 DE KABELWARTEL MONTEREN 1. Verwijder de kabelmantel om de afzonderlijke elektrische draden te scheiden. 2. Plaats, onder verwijzing naar 41, de elementen 1 en 2 (elk met de opening geplaatst op de pin). Verdeel de kabels over de rub- beren afdichting.
8. STARTEN RISICO’S PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN Voordat de stroomvoorziening geactiveerd wordt, moet de afdekking van de kaart gemonteerd worden. Tijdens de werking bestaat risico op beknelling van vingers en handen tussen de tandheugel, het tandwiel en de behuizing. Onder bepaalde omstandigheden, als gevolg van een langdurige voort- durende werking, kan het huis van de reductiemotor hoge temperaturen bereiken.
8.1 DE EINDSCHAKELAARS MONTEREN De montage van de eindschakelaars vereist dat de vleugel meerdere malen met de hand verplaatst wordt. Neem de veiligheidswaarschuwingen van § Handmatige werking in acht. De twee eindschakelaars zijn gemarkeerd met een verschillend symbool met een vierkantje/cirkel. 1.
8 Basisprogrammering 8.2 DE KAART PROGRAMMEREN BASISFUNCTIE Standaard De programmering moet gebeuren met de gemonteerde afdekking van de Werkingslogica: kaart. Automatisch Halfautomatisch Stapsgewijs Automatisch Stapsgewijs Persoon aanwezig Automatisch Beveiliging Halfautomatisch B Halfautomatisch Gemengd ( tijdens opening/ tijdens opening) Pauzetijd (uitgevoerd in de automatische logica’s). 4 .
■ GEAVANCEERDE FUNCTIE Standaard AUTOMATISCH BEVEILIGING Effect van de ingreep van de fotocellen tijdens opening (FSW OP) Deze logica vereist het gebruik van alleen het commando OPEN. onmiddellijke omkering tijdens sluiting OPEN als het automatiseringssysteem gesloten is, wordt de opening stop met opening bij vrijgave bestuurd.
8.4 AFKNELBEVEILIGING REGELEN De afknelbeveiliging wordt verkregen als een combinatie van de beperking van de statische kracht uitgeoefend door de aandrijving in geval van impact en de omkering van de beweging na de obsta- keldetectie. Als suggestie: - start met de instelling van de elektronische kracht op de maxi- male waarde (functie van de basisprogrammering) - beperk de statische kracht naar een waarde lager dan 150 N...
9. INBEDRIJFSTELLING 9.1 LAATSTE HANDELINGEN RISICO’S PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN 1. Controleer of de door de vleugel gegenereerde krachten binnen de limieten van de regelgeving vallen. Gebruik een meetinstrument voor de impactcurve volgens de norm EN 12453. Voor de niet-EU- landen en bij gebrek aan een specifieke plaatselijke regelgeving, moet de kracht minder zijn dan 150 N statisch.
10.2 FOTOCELLEN FSW CL De fotocellen zijn aanvullende voorzieningen die de mogelijkheid op contact met de bewegende vleugel beperken, maar zijn geen veiligheidsvoorzienin- gen volgens de norm EN 12978. Gebruik fotocellen met NC-contact met relais. Wanneer er meerdere fotocellen geïnstalleerd worden, moeten de contacten seriegeschakeld FSW OP worden.
10.3 SCHAKELLIJSTEN W.L. Gebruik schakellijsten met NC-contact met relais. Wanneer er meerdere TX-FSW schakellijsten geïnstalleerd worden, moeten de contacten seriegeschakeld worden. Wanneer de ingang SAFE niet gebruikt wordt, moet hij worden doorverbonden naar klem TX-FSW. 1. Monteer en sluit de schakellijsten aan 51. Wanneer CN 60 E gebruikt wordt, is het mogelijk om een DIN rail te gebruiken om de regelmodule in te schakelen 52.
Vooraleer werkzaamheden uit te voeren, moet u wachten tot de opgewarmde componenten zijn afgekoeld. Voer geen wijzigingen aan de oorspronkelijke componenten uit. FAAC S.p.A. wijst alle verantwoordelijkheid af voor schade die voortvloeit uit wijzigingen of geknoei aan componenten. De garantie vervalt indien met deze componenten wordt geknoeid.
12.1 GEWOON ONDERHOUD De tabel 12 geeft een indicatie van de periodieke handelingen Fotocellen die nodig zijn om de automatisch efficiënt en veilig te houden. Controleer: intactheid, bevestiging en correcte werking. Deze indicatie dient als richtlijn te worden beschouwd. De instal- Controleer de pilaren: intactheid, bevestiging, afwezigheid van vervormingen, lateur/fabrikant van de machine moet het onderhoudsplan van het enz.
- het register van de installatie bewaren, die door de onderhoudstechnicus moet worden ingevuld op het einde van alle onderhoud 13.1 AANBEVELINGEN VOOR DE VEILIGHEID De met de reductiemotoren FAAC van de serie 844 E R tot stand ge- brachte installaties zijn bestemd voor de doorgang van voertuigen en/of voetgangers.
13.2 GEBRUIK IN NOODGEVALLEN Ontgrendeling van de reductiemotor Het optreden van fenomenen in de omgeving, zelfs occasioneel, zoals ijs, sneeuw of felle wind, kan de correcte werking van de automati- sering en de intacte staat van de componenten benadelen, en een potentiële bron voor gevaar worden.