Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Datacommunicatie - Grundfos Control MPC Series Installatie- En Bedieningsinstructies

Verberg thumbnails Zie ook voor Control MPC Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

8.8 Datacommunicatie

De CU 352 is uitgerust met hardware die communicatie met
externe modules zoals een computer toelaat, via een externe
GENIbus of ethernetverbinding.
Gateway
van een
derde partij
Afb. 117Datacommunicatie via externe GENIbus- en ethernetverbinding
8.8.1 Ethernet
Ethernet is de meest gebruikte standaard voor lokale netwerken
(LAN). De standaardisering van deze technologie heeft één van
de eenvoudigste en goedkoopste manieren gecreëerd om com-
municatie tussen elektrische units tot stand te brengen, bijvoor-
beeld tussen computers onderling of tussen computers en rege-
laars.
De webserver van de CU 352 maakt het mogelijk om een compu-
ter te verbinden met de CU 352 via een ethernetverbinding.
De gebruikersinterface kan van de CU 352 naar een computer
worden geëxporteerd, zodat de CU 352 en daardoor het systeem
extern kan worden bewaakt en geregeld.
Grundfos adviseert dat u de verbinding naar de CU
352 beveiligt in overeenstemming met uw veilig-
N.B.
heidsprotocol in overleg met uw systeembeheerder.
Om de webserver te gebruiken moet u het IP-adres van de
CU 352 kennen. Alle netwerkunits moeten een uniek IP-adres
hebben om met elkaar te kunnen communiceren. Het IP-adres
van de CU 352 vanuit de fabriek is 192.168.0.102.
Naast de fabrieksinstelling van het IP-adres is het mogelijk om
een dynamische toewijzing van het IP-adres te gebruiken. Dit is
mogelijk door een DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol)
te activeren in de CU 352 of via de webserver. Zie het voorbeeld
in afb. 118.
Afb. 118Voorbeeld van instelling van ethernet
60
Grundfos CIU
communicatie-
interface
Externe GENIbus verbinding
Internet
Intranet
Extern
GENIbus module
(optie)
Ethernetverbinding
Dynamische toewijzing van een IP-adres voor de CU 352 kan
enkel met een DHCP-server in het netwerk. De DHCP-server
wijst een aantal IP-adressen toe aan de elektrische units en zorgt
dat twee units niet hetzelfde IP-adres toegewezen krijgen.
Een standaard internetbrowser wordt gebruikt om verbinding te
maken met de webserver van de CU 352.
Indien u het in de fabriek ingestelde IP-adres wenst te gebruiken,
dan is het niet nodig aanpassingen aan te brengen in het display.
Open de internetbrowser en voer het IP-adres van de CU 352 in.
Als u gebruik wilt maken van dynamische toewijzing, dan moet u
de functie inschakelen door "Gebruik DHCP" te selecteren en op
[ok] te klikken. Een vinkje geeft aan dat de functie is ingescha-
keld.
Open de internetbrowser en voer de hostnaam van de CU 352 in,
in plaats van het IP-adres. De internetbrowser zal nu verbinding
proberen te maken met de CU 352. De hostnaam kan worden
afgelezen in het display, maar kan alleen worden gewijzigd met
een GSC-bestand (configuratiebestand) of via een webserver.
Zie Wijziging van netwerkinstelling on pagina 61.
Om DHCP te gebruiken is een hostnaam vereist.
N.B.
Dit is het eerste display dat wordt getoond wanneer er verbinding
wordt gemaakt met de CU 352.
Afb. 119Verbinding met de CU 352

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave