124
Rijden en bediening
Type A (8-traps automatische
versnellingsbak)
P : parkeerstand, wielen zijn
geblokkeerd, alleen inschakelen
wanneer de auto stilstaat, auto‐
matisch ingeschakeld wanneer
het bestuurdersportier wordt
geopend of de motor wordt uitge‐
schakeld
R : achteruitversnelling, alleen
inschakelen wanneer de auto
stilstaat
N : neutrale stand
D : automatische modus
M : handgeschakelde modus
Schakelen
Schakelen begint altijd vanuit een
middelste stand en werkt door de
keuzehendel te verplaatsen. Na het
bedienen gaat de keuzehendel terug
naar de middelste stand.De geselec‐
teerde modus verschijnt op het Driver
Information Center.
Parkeerstand P
Deze stand vergrendelt de voorwie‐
len. P wordt automatisch ingescha‐
keld wanneer het contact wordt uitge‐
zet.
De auto schakelt automatisch naar
P als
● de auto stilstaat
● het bestuurdersportier wordt
geopend bij een rijsnelheid van
minder dan 2 km/u
De auto schakelt niet over op P als hij
te snel rijdt. Stop de auto en schakel
over naar P.
Druk om P in te schakelen op de knop
P.
Vanuit P schakelen: Trap het rempe‐
daal in en selecteer de gewenste
stand.
Achteruitversnelling R
Om naar en uit R te schakelen moet
de auto stilstaan en moet het rempe‐
daal ingetrapt zijn.
Voorzichtig
Bij inschakelen naar R terwijl u
vooruit rijdt, kan de automatische
transmissie beschadigd raken.
Schakel alleen over naar R als de
auto stilstaat.
Neutrale stand N
In deze stand brengt het aandrijvings‐
systeem geen koppel over op de
wielen.
Wanneer N wordt geselecteerd en
het contact wordt uitgezet, wordt P na
korte tijd ingeschakeld.
Handgeschakelde modus M
In deze modus is het mogelijk om
handmatig te schakelen met behulp
van de stuurwielpeddels.
Handgeschakelde modus 3 127.