Inhoudsopgave
Advertenties
Instellingen
8.15
Grondbewerking zonder zaaien
8.15.1
Zaaischijven en exacteg optillen
alleen zaaimachines zonder stapwiel:
1. De bedieningsterminal uitschakelen, zie bedieningshandleiding "Bedieningsterminal".
alleen zaaimachines met stapwiel:
2. Het stapwiel op de transportstand zetten,
zie hoofdst. "Stapwiel – werk- en
transportpositie", pagina 152.
Als het stapwiel in de stapwielarm blijft
zitten, kan het tot contact met de grond
komen. Het grondcontact activeert de
zaaigoeddosering.
Alle typen:
3. Stuur iedereen weg uit de gevarenzone
tussen tractor en machine.
4. Tractorregeleenheid (groen 1) voor het
instellen van de zaaischijfdruk op de
neutrale stand zetten.
5. De zaaimachine via de wals zwenken.
5.1 De tractorregeleenheid (groen 3)
zolang bedienen tot de hydraulische
cilinder (Afb. 221/1) is ingeschoven.
170
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken tussen tractor en machine bij het
zwenken van de zaaimachine via de wals.
Stuur iedereen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine.
Afb. 220
Afb. 221
Cataya Special BAH0109-1 02.21
Advertenties
Inhoudsopgave
