Inhoudsopgave
Advertenties
Transportritten
9
Transportritten
GEVAAR
In Duitsland en in enkele andere
landen is het transport van de aan
de tractor aangebouwde machine
tot 3,0 m breed over de openbare
weg toegestaan.
In deze landen is het transport van een combina-
tie van meer dan 3,0 meter breed uitsluitend op
een transportvoertuig toegestaan. De combinatie
van grondbewerkingsmachine, wals en op-
bouwzaaimachine moet zoals voorgeschreven
op het transportvoertuig worden geladen en ge-
borgd. De max. toelaatbare transporthoogte van
4,0 m mag niet worden overschreden.
Neem uit beide handleidingen de transportbreed-
te van de combinatie zaaimachine en grondbe-
werkingsmachine. De gegevens vindt u in hoofd-
stuk "Technische gegevens".
9.1
Zaaicombinatie in transportstand zetten
1.
Turbine uitschakelen.
2.
Zaaischijven en eg op de werkstand plaatsen als de machine over de functie optil-
len zaaischijf beschikt en de zaaischijven opgetild zijn.
3.
Door het optillen van de markeurs wordt de rijpadenteller doorgeschakeld. Het
doorschakelen van de rijpadenteller kan worden voorkomen, zie
Bedieningshandleiding "AmaDrill 2"
Bedieningshandleiding "Software ISOBUS".
4.
Markeur inklappen en borgen ........................................................................................ pagina 160
5.
Het rijpadmarkeerapparaat in transportstand zetten .................................................... pagina 163
6.
De exacteg in werk-/transportstand zetten .................................................................... pagina 157
7.
Beschermstrip van de exacteg in de transportstand plaatsen ....................................... pagina 167
8.
Toegelaten waarden voor totaal tractorgewicht, asbelastingen en draagkracht van
de banden met volle zaadbak controleren ..................................................................... pagina 103
9.
Zaadbak, indien nodig, legen ......................................................................................... pagina 181
10. Het rolzeil van de zaadbak sluiten.
11. Sluit de kap van het bedieningscentrum ........................................................................ pagina 139
12. Trap inklappen ............................................................................................................... pagina 129
13. Werkschijnwerper uitschakelen ..................................................................................... Pagina 174
14. Bedieningsterminal uitschakelen, zie bedieningshandleiding "Bedieningsterminal".
15. Verlichtingssysteem en waarschuwingsborden op functie en vervuiling controleren ...... pagina 44
16. Steunen verwijderen.
De steunelementen hebben geen vergrendeling. Bij het transport van de combina-
tie kunnen deze ongecontroleerd uit de houders komen en ernstige ongevallen
veroorzaken.
168
Afb. 220
Centaya Super BAH0092-6 10.20
Advertenties
Inhoudsopgave
