Inhoudsopgave
Advertenties
8.8.3
Exacteg in werk-/transportstand zetten
8.8.3.1
Exacteg in werkstand zetten
De wals en de zaaischijven van de zaairail druk-
ken de grond met een bepaalde afstand naar
buiten, afhankelijk van rijsnelheid en bodemge-
steldheid. Stel de buitenste toestrijkers zodanig
in, dat de grond wordt teruggevoerd en een
sporenvrij zaadbed ontstaat. Hoe hoger de rijs-
nelheid, des te verder moeten de kokerprofielen
(Afb. 200/1) naar buiten worden geschoven.
De kokerprofielen met de buitenste toestrijkers
moeten na elke instelling vastklemmen. De cent-
rale sleutel (Afb. 200/2) dient voor het aantrek-
ken van de schroeven.
8.8.3.2
Exacteg in transportstand zetten
De buitenste tanden van de exacteg kunnen bij het transport de toegestane transportbreedte over-
schrijden, zie hoofdstuk "Wettelijke voorschriften en veiligheid", pagina 169, en in de verkeersruimte
steken. Om te waarborgen dat de toegestane transportbreedte niet wordt overschreden, beide vier-
kante buizen (Afb. 200/1) met de buiteneggen tot aan de aanslag in de egdraagbuis schuiven.
De kokerprofielen met de buitenste toestrijkers moeten na elke instelling vastklemmen. De centrale
sleutel (Afb. 200/2) dient voor het aantrekken van de schroeven.
8.8.4
Zaaien zonder exacteg (exactegopheffing)
De hydraulische cilinder (Afb. 201/1), die de
exacteg optilt wordt bediend
zonder comforthydraulica:
met een separaat stuurventiel, zie hoofd-
stuk 4.5, pagina 41
met comfort hydraulica:
na selectie op de bedieningsterminal, zie
bedieningshandleiding „Software ISOBUS".
De hydraulische cilinder (Afb. 201/1) altijd naar
de eindstand bewegen.
De hydraulische cilinder (Afb. 201/1)
voor de exactegopheffing altijd naar
de eindstand bewegen.
Centaya Super BAH0092-6 10.20
Afb. 200
Afb. 201
Instellingen
157
Advertenties
Inhoudsopgave
