3) Alle schermen moeten zijn aangebracht. Als
dit om welke reden dan ook niet het geval is
zijn de draaiende onderdelen onbeschermd.
4) De accudeksels moeten aangebracht zijn en er
mag niets bovenop liggen of de motor raken
dat geen deel uitmaakt van de oorspronkelijke
specificaties.
5a)
Koeling
via
watervoorziening voor de koelvloeistof moet
onbeperkt beschikbaar zijn.
5b) Koeling via radiateur: de luchttoevoer voor de
koeling moet onbeperkt beschikbaar zijn.
Zorg tijdens het draaien van de motor dat de
koelvloeistoftemperatuur, de oliedruk en de stroming
van onbehandeld koelwater binnen de gespecificeerde
limieten zijn op het relevante blad met installatie- en
operationele gegevens (zie blz 5)..
Controleer indien de koelvloeistoftemperatuur te hoog
is het volgende:
a. Filters in het koelcircuit
b. Correcte werking van thermostaat
c. Conditie
van
warmtewisselaar
3.0 MOTORSYSTEMEN
3.1 BRANDSTOFSYSTEEM
3.1.1
Specificaties dieselbrandstof
Alle
door
dieselbrandbluspompen zijn ontworpen, getest en
gegarandeerd om alleen te worden gebruikt met Nr. 2-
D dieselbrandstof die voldoet aan de ASTM
Internationale
D-075-11b
BS2869:2010+A1:2011 brandstoffen, oliën voor
agricultuur, huishoudelijke en industriële motoren en
boilers - Specificatie.
Hoewel de bovengenoemde brandstofspecificaties
beperkte hoeveelheden biodiesel toelaten, heeft 100%
petroleum de voorkeur en dient waar mogelijk te
worden gebruikt. Biodiesel in een hoeveelheid groter
dan toegestaan door de bovengenoemde specificaties
dient niet te worden gebruikt. Het gebruik van
brandstoffen die niet in het bovenstaande worden
vermeld, of biodiesel in groter hoeveelheden dan is
toegestaan door de bovengenoemde specificaties, kan
van negatieve invloed zijn op de prestaties en
betrouwbaarheid, en kan leiden tot een toestand van de
motor die niet door de garantie wordt gedekt.
warmtewisselaar:
buizenbundel
Clarke
gefabriceerde
of
Britse
standaard
De brandstof geleverd voor de aandrijvingen van de
brandbluspomp van Clarke moet in een goede conditie
worden gehouden om zeker te zijn van dat de motor
betrouwbaar is en goed presteert. Raadpleeg NFPA 25
2014, waarvan de tekst in het onderstaande te vinden
is, voor advies over de minimumvereisten voor het
onderhoud aan de brandstof voor alle motorinstallaties
de
van de brandbluspompen van Clarke.
De volgende tekst is een herdruk van de "NFPA 25
2014 standaard voor het inspecteren, testen en
onderhouden
brandbeschermingssystemen, " Copyright © 2013
National Fire Protection Association®. Alle rechten
voorbehouden.
8.3.4 Het testen en onderhouden van
dieselbrandstof.
8.3.4.1 Dieselbrandstof moet minstens één
keer per jaar op degradatie worden getest.
8.3.4.1.1* Het testen op brandstofdegradatie
van
moet voldoen aan ASTM D975-11b standaard
specificaties voor dieselbrandstofoliën of
ASTM D6751 - 11b Standaard specificatie
voor biodiesel brandstofmengselvoorraad
(B100) voor middeldistilaatbrandstoffen zoals
goedgekeurd door de fabrikant van de motor,
met behulp van ASTM D 7462-11 standaard
testmethode
biodiesel (B100) en mengsels van biodiesel
met middeldistilaat petroleum (versnelde
methode).
8.3.4.2* Als wordt ontdekt dat de diesel niet
meer goed is tijdens het testen zoals vereist in
8.3.4.1.1, dan moet de brandstof weer worden
hersteld
brandstoftank
schoongemaakt en de brandstoffilters van de
motor moeten worden vervangen.
8.3.4.2.1 Na het restaureren van de brandstof
en tank in 8.3.4.2 moet de brandstof om de 6
maanden worden getest totdat de ervaring
leert dat de brandstof kan worden opgeslagen
voor ten minste één 1 jaar zonder degradatie
die verder gaat dan wat is toegestaan in
8.3.4.1.1.
8.3.4.3 Indien daarin voorzien, worden er
onderhoudssystemen voor actieve brandstof
Page 23 of 54
van
de
op
water
voor
oxidatiestabiliteit
of
worden
vervangen;
moet
intern
gebaseerde
van
de
worden