Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pulsoximetrie (Sp0 2 ) - Welch Allyn Spot Vital Signs Gebruikshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

7
Pulsoximetrie (Sp0
Factoren die de prestaties van de pulsoximeter negatief kunnen beïnvloeden:
• Te veel omgevingslicht
• Anemie of lage
hemoglobineconcentraties
• Vocht in de sensor
• Onjuiste sensor voor de patiënt
• Veneuze pulsaties
WAARSCHUWING Door een onjuist gebruik of onjuiste gebruiksduur van een
SpO
2
sensor zoals beschreven in de gebruikshandleiding van de sensor.
WAARSCHUWING Gebruik geen beschadigde sensor of pulsoximetriekabel of
een sensor met blootliggende optische componenten.
SpO
-meting uitvoeren:
2
Als tegelijkertijd de bloeddruk wordt gemeten, dient de vingerclipsensor te worden
aangebracht op de lidmaat tegenover de lidmaat met de bloeddrukmanchet.
1.
Plaats de vinger van de patiënt volledig in de sensor; het is niet aan te raden om de
duim van de patiënt te gebruiken voor de vingerclipsensor.
Het staafdiagram voor het pulssignaal wordt verlicht en geeft de puls van de patiënt
aan op de plaats van de sensor. De sensor heeft circa 10 seconden nodig om de
initiële SpO
zijn bepaald, worden deze weergegeven op het SpO
pulswaarde. Indien de nauwkeurigheid van een meting te wensen overlaat, dient
eerst een alternatieve methode te worden toegepast om de vitale functies van de
patiënt te controleren. Vervolgens dient de werking van de Spot Vital Signs te worden
gecontroleerd.
De Spot Vital Signs meet de SpO
Na 10 minuten geeft de Spot Vital Signs een foutcode C9 weer en laat tweemaal
een pieptoon horen. De foutcode geeft aan dat voor het gebruik de tijdslimiet van
10 minuten is overschreden. Om de foutcode te wissen, koppelt u de sensor los van
de Spot Vital Signs en sluit u de sensor opnieuw aan of drukt u op de knop Volgende
patiënt/wissen/annuleren.
2. Controleer de sensorplaatsen regelmatig om bloedcirculatie, positie van de sensor en
huidgevoeligheid te kunnen beoordelen.
3. Verwijder de sensor van de patiënt. Het apparaat blijft de laatste SpO
weergeven.
• Sensor bevindt zich niet ter
hoogte van het hart
• Nagellak (indien vingerclipsensor
wordt gebruikt)
• Cardiovasculaire kleurstoffen
• Elektrochirurgische interferentie • Lage perfusie van de patiënt
-sensor kan weefselbeschadiging optreden. Controleer de plaats van de
%-waarde en de pulswaarde te bepalen. Wanneer de initiële waarden
2
)
2
• Te veel beweging
• Arteriële katheters, bloeddruk-
• Onjuist bevestigde sensor
-display resp. het display voor de
2
van een patiënt gedurende maximaal 10 minuten.
2
en infuuslijnen enzovoort
-meetwaarde
2
33

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave