Snelgids
Fotograferen
Foto's maken met
automatische instellingen
Correcte scherpstelling
is niet mogelijk.
Scherpstellen op
één gebied
Foto's maken van
onderwerpen dichtbij
Foto's maken en het
resultaat controleren
Gebruiksduur van de
batterijen verlengen
Het aantal foto's dat
gemaakt kan worden,
verhogen
30
NL
Stel de functieknop in op AUTO en maak foto's.
Gebruik het scherpstelgeheugen.
Selecteer het AF-kader en maak de foto.
De minimale afstand is afhankelijk van de lens. Ga naar
de voor deze lens minimale afstand tot het onderwerp
en maak een foto.
De camera kan moeilijk automatisch scherpstellen op het
onderwerp. Vergrendel de scherpstelling vooraf op de
positie van het onderwerp of gebruik MF om de afstand
van de scherpstelling te vergrendelen.
Zelfs als er weinig licht is, kan het scherpstellen
gemakkelijker verlopen als de AF-lichtbron wordt gebruikt.
Selecteer het AF-kader en maak de foto met het
gewenste AF-kader.
Gebruik MF. Het scherpstellen kan vlotter verlopen als
u live bekijken gebruikt met een vergroot beeld.
Stel [AF SENSITIVITY] in op [SMALL] en stel scherp
op een kleiner gebied.
Gebruik de macrolens voor close-up-foto's.
Tijdens live bekijken kunt u een foto maken terwijl u de
lichtbalans, de belichtingscorrectie, het beeldeffect en
andere instellingen controleert op de LCD-monitor.
U kunt een foto maken terwijl u live multi bekijken gebruikt,
om het effect van de witbalans of belichtingscorrectie te
vergelijken.
U kunt de preview-functie gebruiken om de scherptediepte
bij een bepaalde diafragmawaarde te controleren.
U kunt live bekijken gebruiken om de ingestelde
belichtingsinstellingen te controleren.
U kunt [TEST PICTURE] gebruiken om het beeld op de
LCD-monitor te controleren zonder het beeld op te slaan
op een kaartje.
Als u de ontspanknop half indrukt, beelden weergeeft en de
functie live bekijken gedurende lange tijd gebruikt, wordt
veel batterijvermogen verbruikt. Als u dit minder vaak doet,
zal de batterij langer meegaan.
Stel [SLEEP] zo in, dat de camera sneller naar de
sluimerstand gaat.
Stel [BACKLIT LCD] zo in, dat de achterverlichting sneller
uitschakelt.
Verminder de instelling voor het aantal pixels en de
compressiefactor.
U kunt twee soorten kaartjes gebruiken.
Blz. 4
Blz. 58
Blz. 55
Blz. 129
Blz. 54,
Blz. 58,
Blz. 122
Blz. 93
Blz. 55
Blz. 38,
Blz. 40,
Blz. 54
Blz. 93
Blz. 129
Blz. 34
Blz. 40
Blz. 45
Blz. 99
Blz. 96
k
Blz. 98
Blz. 98
Blz. 64,
Blz. 102
Blz. 14,
Blz. 127