2.
Draai aan de knop DIAL/ENT om "HISTORY" of "MEMORY"
te selecteren en druk vervolgens op de schermtoets
[SELECT].
3.
Draai aan de knop DIAL/ENT om de naam in de adreslijst
te selecteren en druk vervolgens op de schermtoets
[SELECT].
4.
Als u de positie die wordt weergegeven wilt wijzigen,
moet u op de schermtoets [POS/TM] drukken om naar
het positiegegevensinvoerscherm te gaan. Druk nadat u
nieuwe positiegegevens hebt ingevoerd, ter bevestiging
op schermtoets [FINISH].
5.
Druk op schermtoets [YES] om uw positie naar het
geselecteerde schip te versturen.
6.
Druk op schermtoets [QUIT] om terug te keren naar
marifoonbediening.
DSC-positiemeldingsoproep door handmatig een MMSI in te voeren
Met deze functie kunt u uw positie naar een ander schip versturen door handmatig de
MMSI van het schip in te voeren waarnaar u uw positie wilt versturen.
[
] à "DSC CALL" à "POS REPORT"
1.
2.
Draai aan de knop DIAL/ENT om "NEW ID" te selecteren
en druk vervolgens op de schermtoets [SELECT].
3.
Draai aan de knop DIAL/ENT om het eerste cijfer van
het MMSI-nummer van het schip waarmee u contact
wilt opnemen te selecteren en druk vervolgens op de
schermtoets [SELECT] om naar het volgende cijfer te gaan.
4.
Herhaal stap 3 om het MMSI-nummer volledig in te voeren.
Mocht u een fout gemaakt hebben bij het invoeren van het
MMSI-nummer, druk dan op toets [◄] of [►] om "←" of "→"
te selecteren, druk op de schermtoets [SELECT] totdat het
onjuiste teken wordt geselecteerd en voer vervolgens stap
3 uit.
5.
Druk zodra u klaar bent met het invoeren van het MMSI-nummer, op de schermtoets
[FINISH].
6.
Als u de positie die wordt weergegeven wilt wijzigen, moet u op de schermtoets
[POS/TM] drukken om naar het positiegegevensinvoerscherm te gaan. Druk nadat
u nieuwe positiegegevens hebt ingevoerd, ter bevestiging op schermtoets [FINISH].
67