ONDERHOUD
156
Hellingshoekindicatoren
Vervang altijd de hellingshoekindica-
tors voordat ze tot de slijtagelimiet zijn
afgesleten.
Wanneer de hellingshoekindicators tot
voorbij de slijtagelimiet zijn afgesleten,
kan de motorfiets tot een onveilige
hoek overhellen.
Overhellen tot een onveilige hoek kan
instabiliteit, verlies van controle over
de motorfiets of een ongeval veroor-
zaken.
De
hellingshoekindicatoren
zich
op
de
bestuurder.
1.
Hellingshoekindicator
2.
Maximale slijtagelimiet
Hellingshoekindicatoren moeten worden
vervangen wanneer ze zijn afgesleten
tot
de
maximale
slijtagelimiet wordt aangegeven door
een groef op de hellingshoekindicator.
Controleer
regelmatig op slijtage.
Waarschuwing
bevinden
voetsteunen
1
slijtagegrens.
de
hellingshoekindicators
Banden
cboa
Gebruik van modder- en sneeuw-
banden/dual purpose- banden leid tot
verminderde stabiliteit van de motor-
fiets.
Rijd altijd met een lagere snelheid
op een motorfiets met modder- en
sneeuwbanden/dual purpose- banden.
De toelaatbare maximumsnelheid is
100 km/h. Dit wordt ook aangegeven
van
de
op een waarschuwingssticker op de
motorfiets.
Gebruik van de motorfiets boven de
toelaatbare
leiden tot verlies van controle over de
motorfiets en een ongeval.
2
De
Waarschuwing
maximumsnelheid
kan