Inhoudsopgave
Advertenties
Praktische informatie
Tanken
Inhoud brandstoftank: ongeveer 45 of 47 liter
(benzine) of 42 of 50 liter (diesel).
Reservevolume: ongeveer 5 liter.
Laag brandstofniveau
Als de brandstoftank bijna leeg is, gaat
een van deze waarschuwingslampjes op
het instrumentenpaneel branden, in combinatie
met een melding en een geluidssignaal. Als het
lampje gaat branden, bevat de tank nog
ongeveer 5 liter brandstof.
Afhankelijk van de uitvoering kan een
laag brandstofniveau ook alleen worden
aangegeven met een rood
waarschuwingslampje.
Zolang er nog niet voldoende brandstof is
getankt, gaat dit lampje steeds bij het aanzetten
van het contact branden in combinatie
met de weergave van een melding en een
geluidssignaal. Tijdens het rijden worden deze
melding en dit geluidssignaal steeds vaker
herhaald naarmate het niveau steeds dichter bij
0 komt.
Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat
u met een lege tank strandt.
Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer
informatie over een lege brandstoftank
(diesel).
108
Stop & Start
Tank nooit als de motor in de STOP-
stand staat. Zet in dat geval altijd het contact
af.
Tanken
Als er minder dan 5 liter brandstof wordt getankt,
wordt deze stijging van het brandstofniveau niet
weergegeven op de brandstofniveaumeter.
Bij het openen van de brandstofvuldop kan een
aanzuiggeluid van lucht hoorbaar zijn. Dit is
volkomen normaal en wordt veroorzaakt door de
onderdruk die ontstaat door de afdichting van het
brandstofcircuit.
Veilig tanken:
► Zet altijd eerst de motor af.
► Open de brandstofvulklep.
► Kies de juiste brandstof bij het tankstation
(deze staat vermeld op de sticker aan de
binnenzijde van de brandstofvulklep van de
auto).
► Steek de sleutel in de vuldop en draai de
sleutel linksom of draai de vuldop handmatig
linksom (afhankelijk van de uitvoering).
► Verwijder de brandstofvuldop en plaats deze
op de steun (aan de klep).
► Steek het vulpistool tot de aanslag in de
vulopening voordat u het vulpistool inknijpt (om
spatten te voorkomen).
► Vul de brandstoftank.
Laat het vulpistool maximaal drie keer
afslaan, aangezien er anders storingen
kunnen optreden.
► Plaats de vuldop terug.
► Draai de sleutel naar rechts en verwijder
deze uit de vuldop of draai de vuldop handmatig
rechtsom (afhankelijk van de uitvoering).
► Druk de brandstofvulklep dicht.
Als u per ongeluk verkeerde brandstof
voor de auto tankt, moet de tank eerst
worden afgetapt en weer gevuld voordat de
motor kan worden gestart.
Advertenties
Inhoudsopgave
