4
—Belichting controleren
Na half indrukken van de ontspanknop stelt de camera
de sluitertijd en het diafragma automatisch zodanig in
dat er een goede belichting wordt verkregen. Contro-
leer de sluitertijd- en diafragma-indicaties in de zoeker
voordat u een foto neemt. Als de foto onder- of over-
belicht dreigt te worden, verschijnt er één van de vol-
gende indicaties in de zoeker en op het LCD-scherm bovenop de camera.
Aanduiding
HI
Lo
2—EV Steps for Exposure Control (
Standaard worden diafragma en sluitertijd in de kleinst mogelijk stappen gevarieerd. Gebruik
Persoonlijke Instelling 2 om de variatiegrootte voor diafragma, sluitertijd en belichtingscorrectie
te wijzigen.
46
Foto wordt overbelicht. Gebruik een grijsfilter.
Foto wordt onderbelicht. Gebruik een flitser.
Betekenis
blz. 161)