Belichtingscorrectie
Belichtingscorrectie wordt toegepast om opzettelijk af te wijken van de optimale
belichtingswaarde die de camera heeft geselecteerd. Dit kan bijvoorbeeld van pas
komen wanneer u van een onderwerp met een hoog contrast verschillende
belichtingen wilt proberen. Belichtingscorrectie werkt het best in combinatie met
centrumgerichte meting of spotmeting.
1
Druk de
toets in en draai aan de hoofdinstelschijf. De belichtingscorrectie kan
worden ingesteld op een willekeurige waarde tussen +5 LW en –5 LW met
1
stappen van
/
3
belichtingscorrectie moet worden ingesteld als de achtergrond lichter is dan het
hoofdonderwerp, en een negatieve waarde als de achtergrond donkerder is dan
het hoofdonderwerp.
Bij andere waarden dan ±0 verschijnt er een
LCD-venster bovenop de camera, en knippert de "0" middenin de electronische
analoge belichtingsaanduiding. U kunt op elk gewenst moment controleren wat
de huidige belichtingscorrectie-instelling is door op de
door op de electronische analoge belichtingsaanduiding te kijken.
98
1
LW (
/
stop). Als vuistregel geldt dat een positieve waarde voor
3
Weergave zoeker
-0,3 LW
+2 LW
indicatie in de zoeker en op het
toets te drukken of