Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Verberg thumbnails Zie ook voor UX 4201 Super:
Inhoudsopgave

Advertenties

Werken met de machine
11.3

Spuiten

Bijzondere aanwijzingen voor het spuiten
172
Controleer de veldspuit door de afgifte te meten
ο
voor de begin van het seizoen
bij afwijkingen tussen de werkelijk weergegeven spuitdruk
ο
en de volgens de spuittabel vereiste spuitdruk.
Bepaal voor het spuiten de vereiste dosering exact aan de hand
van de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van het
gewasbeschermingsmiddel.
Voer de vereiste dosering (gewenste hoeveelheid) voor het
spuiten in op de bedieningsterminal.
Neem de vereiste dosering [l/ha] bij het spuiten exact in acht,
zodat u een optimaal gewasbeschermingsresultaat bereikt.
ο
om onnodige milieubelastingen te voorkomen.
ο
Kies het vereiste spuitdoptype voor het spuiten uit de spuittabel
– rekening houdende
ο
met de gewenste rijsnelheid,
ο
met de vereiste dosering en
het vereiste verstuivingsspectrum (fijn, middel of grof) voor
ο
het verspreiden van het vereiste
gewasbeschermingsmiddel.
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen,
antidriftoppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina
251.
Kies het vereiste spuitdopformaat voor het spuiten uit de
spuittabel – rekening houdende
ο
met de gewenste rijsnelheid,
ο
met de vereiste dosering en
met de gewenste spuitdruk.
ο
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen,
antidriftoppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina
251.
Kies een lage rijsnelheid en een lage spuitdruk om
afdriftverliezen te voorkomen!
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabellen voor spleetdoppen,
antidriftoppen, luchtinjectie- en airmixdoppen", op pagina 251.
Neem aanvullende maatregelen voor het verminderen van de
drift bij windsnelheden van 3 m/s (zie hiervoor hoofdstuk
"Maatregelen ter vermindering van drift", pagina 176)!
UX Super CP Plus BAG0229.5 03.23

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ux 5201 superUx 6201 super

Inhoudsopgave