Stuurkolomschakelaars
Selecteren van de functie
-
Draai de ring in de onderste stand. De
begrenzer is dan geselecteerd, maar
nog niet actief. Het display geeft OFF en
de laatst ingestelde snelheid weer.
Instellen van een snelheid
Er kan, bij draaiende motor, een snelheid
worden ingesteld zonder de begrenzer in te
schakelen.
Verhogen van de ingestelde snelheid:
-
beweeg de hendel omhoog (+).
Beweeg de toets kort omhoog om de
snelheid met 1 km/h te verhogen.
Houd de hendel omhoog om de snelheid in
stappen van 5 km/h te verhogen.
Verlagen van de ingestelde snelheid:
-
beweeg de hendel omlaag (-).
Beweeg de hendel kort omlaag om de
snelheid met 1 km/h te verlagen.
Houd de hendel omlaag om de snelheid in
stappen van 5 km/h te verlagen.
Inschakelen/uitschakelen
Druk één keer op deze toets om de
begrenzer in te schakelen. De aanduiding
OFF op het display verdwijnt en er
wordt een melding weergegeven om het
inschakelen te bevestigen.
Druk nogmaals op de toets om de begrenzer
uit te schakelen. De aanduiding OFF wordt
weer weergegeven op het display en er
wordt een melding weergegeven om het
uitschakelen te bevestigen.