snelheIDsregelaar
uitschakelen van de functie
De functie snelheidsregelaar wordt onder-
broken:
– als u op de schakelaar 1 drukt. In dit
geval wordt er geen snelheid meer in het
geheugen opgeslagen;
– als u op de schakelaar 5 drukt. In dat
geval wordt de snelheidsbegrenzer gese-
lecteerd en is er geen opgeslagen snel-
heid.
(5/5)
6
5
1
Het waarschuwingslampje 6 verdwijnt van
het instrumentenpaneel en het bericht
"Snelheidsregelaar UIT" verschijnt om te be-
vestigen dat de functie is uitgeschakeld.
Het onderbreken of uitschake-
len van de snelheidsregelaar
brengt geen snelle snelheids-
vermindering met zich mee: u
moet remmen door het rempedaal in te
drukken.
2.59