Instrumenten
AKOESTISCHE
WAARSCHUWINGSSIGNALEN
EN -INDICATIES
Vorst
Er klinkt een waarschuwingssignaal
wanneer de buitentemperatuur lager
is dan 4°C.
Lichten aan
Bij ingeschakelde verlichting klinkt bij
het openen van het
bestuurdersportier een
waarschuwingssignaal.
Parkeerhulp
Wanneer het systeem operationeel
is klinkt bij het inschakelen van de
achteruit klinkt een kort
geluidssignaal. Wanneer bij het
inschakelen van de achteruit een
ononderbroken signaal klinkt of een
laag geluidssignaal met intervallen
van drie seconden, dan duidt dit op
een storing.
Te hoge snelheid
Bij snelheden van meer dan 120 km/h
klinkt een waarschuwingssignaal.
Herinneringssysteem
veiligheidsgordels
Wanneer de bestuurder zijn
veiligheidsgordel niet heeft
omgegespt klinkt een
waarschuwingssignaal.
82