Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Feel the difference
FordFiesta
Instructieboekje

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Ford Fiesta 2008

  • Pagina 1 Feel the difference FordFiesta Instructieboekje...
  • Pagina 2 Deze publicatie, of een deel daarvan, mag niet worden gereproduceerd of vertaald zonder onze toestemming. Fouten of omissies uitgesloten. © Ford Motor Company 2008 Alle rechten voorbehouden. Onderdeelnummer: 9V2J-19A321-ACA (CG3545nl) 05/2008 20080618161847...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inleiding Motorstartblokkering Over deze handleiding......7 Werking.............37 Overzicht van symbolen......7 Gecodeerde sleutels......37 Onderdelen en accessoires....7 Immobilisatiesysteem inschakelen..37 Immobilisatiesysteem uitschakelen..37 Kort overzicht Alarm Kort overzicht...........10 Werking.............38 Veiligheidsuitrusting voor Alarm inschakelen........38 kinderen Alarm uitschakelen.........38 Kinderzitjes..........18 Stuurwiel Plaatsing van kinderzitjes......19 Zitverhogers..........21 Stuurwiel afstellen........39 ISOFIX verankeringspunten....22 Audiobediening........39 Kindersloten..........24...
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Wegenkaartopbergvakken....84 Ruiten en spiegels Glashouder ..........84 Elektrisch bedienbare ruiten....56 Paslezer tolwegen .........84 Buitenspiegels.........57 Aansluiting Auxiliary ingang (AUX IN) Elektrisch verstelbare ..............85 buitenspiegels........58 USB-poort..........85 Binnenspiegel..........58 Automatisch dimmende spiegel..59 De motor starten Algemene informatie......86 Instrumenten Sleutelloos starten........86 Meters............60 Stuurwielblokkering.........87 Waarschuwings- en indicatielampen........60 Een benzinemotor starten.....87 Akoestische waarschuwingssignalen...
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Auto op vier wielen slepen....117 Parkeerhulp Werking.............99 Onderhoud Gebruik maken van de parkeerhulp - Auto's met Parkeerhulp achteruit..99 Algemene informatie......119 Gebruik maken van de parkeerhulp - De motorkap openen en sluiten..120 Auto's met Parkeerhulp voor en Overzicht motorruimte - 1,25 l achter ..........100 Duratec-16V (Sigma) /1,4 l Duratec-16V (Sigma) ......121...
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Gebruik van sneeuwkettingen....146 CD-speler Technische specificatie......146 CD afspelen..........165 Nummer selecteren......165 Voertuigidentificatie Versneld vooruit/achteruit....165 Voertuigidentificatieplaatje....149 Shuffle/random (door elkaar/willekeurig)......165 Voertuigidentificatienummer (VIN)..149 CD-nummers herhalen......166 Technische specificaties CD-nummers scannen......166 Technische specificatie......150 MP3-bestand afspelen......166 MP3 weergave-opties......169 Inleiding audio-installatie Afspelen CD beëindigen......169 Belangrijke audio-informatie....154 Ingangsaansluiting (AUX Overzicht audio- installatie Ingangsaansluiting (AUX IN)....170...
  • Pagina 7 Inhoudsopgave iPod gebruiken ........196 Bijlagen Typegoedkeuringen......198 Elektromagnetische compatibiliteit..198...
  • Pagina 9: Inleiding

    Symbolen op uw auto OVER DEZE HANDLEIDING Hartelijk dank voor het kiezen van een Ford. Wij raden u aan de tijd te nemen om uw auto goed te leren kennen door dit instructieboekje zorgvuldig te lezen. Hoe meer u van uw auto afweet, des te beter kunt u ermee omgaan en dat komt de veiligheid en het rijplezier ten goede.
  • Pagina 10 Het is nu eenvoudiger te bewijzen dat Bumper en radiateurgrille werkelijk Originele Ford Onderdelen zijn • Radiateurgrille gebruikt. Het Ford logo is duidelijk op de volgende onderdelen zichtbaar wanneer • Voor- en achterbumper Originele Ford Onderdelen zijn gebruikt. Wanneer uw auto moet worden...
  • Pagina 11 Inleiding Ruit • Achterruit • Zijruiten • Voorruit E102438 E89939 Verlichting • Achterlichtunits • Koplampen...
  • Pagina 12: Kort Overzicht

    Kort overzicht KORT OVERZICHT Overzicht instrumentenpaneel Stuur links E102562...
  • Pagina 13 Kort overzicht Stuur rechts E102559 Luchtroosters. Zie Ventilatieroosters (bladzijde 74). Multifunctionele hendel: Richtingaanwijzers. Zie Richtingaanwijzers (bladzijde 49). Grootlicht. Zie Verlichtingsbediening (bladzijde 46). Zie Spraaksturing (bladzijde 40). Zie Tripcomputer (bladzijde 69). Instrumentengroep. Zie Meters (bladzijde 60). Zie Waarschuwings- en indicatielampen (bladzijde 60). Startknop.
  • Pagina 14 Kort overzicht Portiervergrendelingsknop. Zie Vergrendelen en ontgrendelen (bladzijde 32). Schakelaar waarschuwingsknipperlichten. Zie Waarschuwingsknipperlichten (bladzijde 49). Toetsen van klimaatregeling. Zie Klimaatregeling (bladzijde 74). Waarschuwingslamp parkeerhulp. Zie Gebruik maken van de parkeerhulp (bladzijde 100). Controlelamp airbag aan passagierszijde uitgeschakeld. Zie Passagiersairbag uitschakelen (bladzijde 29). Contactslot.
  • Pagina 15 Kort overzicht Vergrendelen en ontgrendelen Sleutelloze toegang Auto ontgrendelen E78276 Voor het passief vergrendelen en E71963 ontgrendelen is een geldige passive key nodig die zich in de omgeving van een Ontgrendelen van de drie externe detectiezones Vergrendelen bevindt. Bagageruimte ontgrendelen Auto vergrendelen Druk de ontgrendelknop eenmaal in om de auto te ontgrendelen.
  • Pagina 16 Kort overzicht Auto ontgrendelen Motor starten bij uitvoeringen met handgeschakelde versnellingsbak N.B.: Door tijdens het starten het koppelingspedaal op te laten komen, wordt de startmotor uitgeschakeld maar blijft het contact aan. 1. Druk het koppelingspedaal volledig in. 2. Druk de startknop kortstondig in. Zie Sleutelloos starten (bladzijde 86).
  • Pagina 17 Kort overzicht Handmatige klimaatregeling Voorruit ontdooien en ontwasemen E95178 E102397 WAARSCHUWING Interieur snel verwarmen Duw de ontgrendelingshendel helemaal op zijn plaats wanneer u deze weer in de oude stand zet. E102393 Interieur snel afkoelen E95179 Zie Stuurwiel afstellen (bladzijde 39). E102396 Zie Handmatige klimaatregeling (bladzijde 75).
  • Pagina 18 Kort overzicht Automatische klimaatregeling Richtingaanwijzers Voorruit ontdooien en ontwasemen E91392 Druk de knop voorruit ontdooien en ontwasemen in. Zie Automatische klimaatregeling E102016 (bladzijde 77). Indien de hendel licht naar boven of naar beneden wordt bewogen knipperen de Automatische inschakeling van richtingaanwijzers driemaal.
  • Pagina 19 Kort overzicht Airbag E69213 WAARSCHUWING Om het risico van fataal letsel of ernstige verwonding te vermijden, mag nooit een kinderzitje achterwaarts op een voorstoel worden geplaatst, tenzij de airbag is uitgeschakeld. Zie Veiligheidsuitrusting voor kinderen (bladzijde 18). Zie Passagiersairbag uitschakelen (bladzijde 29).
  • Pagina 20: Veiligheidsuitrusting Voor Kinderen

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen N.B.: De wettelijke voorschriften t.a.v. het KINDERZITJES gebruik van kinderzitjes zijn per land verschillend. Alleen kinderzitjes die volgens ECE-R44.03 (of later) gecertificeerd zijn, zijn getest en goedgekeurd voor gebruik in uw auto. Een aantal zijn leverbaar via uw dealer.
  • Pagina 21: Plaatsing Van Kinderzitjes

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Kinderveiligheidszitje PLAATSING VAN KINDERZITJES WAARSCHUWINGEN Wanneer een kinderzitje met steunpoot wordt gebruikt, dan moet de steunpoot stevig op de vloer rusten. Wanneer een kinderzitje met een gordel wordt gebruikt, dan mag de gordel niet slap hangt of is gedraaid. LET OP Het kinderzitje moet stevig tegen de E68920...
  • Pagina 22 Veiligheidsuitrusting voor kinderen U¹ Geschikt voor universele kinderzitjes die zijn goedgekeurd voor deze gewichtsgroep. Wij raden u echter aan een door de overheid goedgekeurd kinderzitje te gebruiken dat op de achterbank is geplaatst. UF¹ Geschikt voor universele, voorwaarts gekeerde kinderzitjes, die zijn goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsgroep.
  • Pagina 23: Zitverhogers

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Kinderzitje (groep 2) ZITVERHOGERS WAARSCHUWINGEN Bevestig een kinderzitje of een zitverhoger nooit alleen met de heupgordel. Bevestig een kinderzitje of een zitverhoger niet met een veiligheidsgordel die niet gespannen is of gedraaid zit. Leg de schoudergordel niet onder de arm of achter de rug van het kind langs.
  • Pagina 24: Isofix Verankeringspunten

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen Kinderzitje met een ISOFIX veiligheidsriem aan de VERANKERINGSPUNTEN bovenzijde bevestigen WAARSCHUWING WAARSCHUWING Gebruik bij toepassing van het Bevestig de veiligheidsgordel aan ISOFIX systeem een voorziening dat de bovenzijde aan geen ander punt voorkomt dat de veiligheidsgordel dan aan het verankeringspunt dat kan draaien.
  • Pagina 25 Veiligheidsuitrusting voor kinderen WAARSCHUWING Controleer of de rugleuning van de zitplaats achterin stevig vastzit en goed is vergrendeld. 4. Druk de rugleuning weer in verticale stand. E87145 5. Druk het kinderzitje stevig naar achteren zodat de onderste ISOFIX verankeringspunten goed aangrijpen. 6.
  • Pagina 26: Kindersloten

    Veiligheidsuitrusting voor kinderen KINDERSLOTEN WAARSCHUWING Wanneer de kindersloten in werking zijn gesteld, kunnen de portieren niet van binnenuit worden geopend. E73697 Vergrendelen Ontgrendelen...
  • Pagina 27: Bescherming Van Inzittenden

    Bescherming van inzittenden N.B.: Het opblazen van een airbag gaat WERKING gepaard met een luide knal en u ziet een onschadelijke, poederachtige stofwolk. Airbags Dit is normaal. WAARSCHUWINGEN N.B.: Reinig de panelen van de airbags Wijzig de voorzijde van de wagen met een vochtige doek.
  • Pagina 28 Bescherming van inzittenden De knieairbag voor de bestuurder treedt De zijairbags worden geactiveerd bij in werking bij zware frontale aanrijdingen zware zijdelingse aanrijdingen. De airbags of bij aanrijdingen binnen een hoek van worden in enkele milliseconden maximaal 30 graden van links of van opgeblazen en stromen weer leeg zodra rechts.
  • Pagina 29: Veiligheidsgordels Vastmaken

    Bescherming van inzittenden Veiligheidsgordels WAARSCHUWINGEN Draag een veiligheidsgordel en houd voldoende afstand tussen uzelf en het stuurwiel. Alleen wanneer u de veiligheidsgordel op de juiste wijze draagt, kan deze u op uw plaats houden, waardoor de airbag zijn maximale bescherming kan bieden. Zie De juiste zitpositie innemen (bladzijde 80).
  • Pagina 30: Hoogte Van Veiligheidsgordels Afstellen

    Herinneringssysteem uitschakelen Neem contact op met uw Ford dealer. E104440 N.B.: Door het stelmechanisme iets in te GEBRUIK VAN drukken terwijl u de knop indrukt komt het verstelmechanisme makkelijker los.
  • Pagina 31: Passagiersairbag Uitschakelen

    Bescherming van inzittenden De heupgordel moet comfortabel over N.B.: De sleutelschakelaar wordt in het de heupen liggen aan de onderzijde van handschoenenkastje gemonteerd en op uw zwangere buik. Leg de het instrumentenpaneel wordt een schoudergordel tussen uw borsten, controlelamp aangebracht. boven en aan de zijkant van uw zwangere Wanneer de controlelamp van de airbag buik.
  • Pagina 32: Sleutels En Afstandsbediening

    Sleutels en afstandsbediening ALGEMENE INFORMATIE PROGRAMMEREN VAN DE OVER RADIOFREQUENTIES AFSTANDSBEDIENING U kunt maximaal acht LET OP afstandsbedieningen voor uw auto De radiofrequentie van de programmeren (inclusief die met uw auto afstandsbediening kan ook worden werd meegeleverd). Vraag uw dealer om gebruikt door andere zenders met instructies.
  • Pagina 33 Sleutels en afstandsbediening Afstandsbediening zonder 2. Draai de schroevendraaier in de afgebeelde richting om een begin te inklapbaar sleutelblad maken de twee huishelften van de afstandsbediening van elkaar te scheiden. E74385 E74386 3. Draai de schroevendraaier in de 1. Steek een schroevendraaier in de afgebeelde richting om de twee uitsparing aan de achterzijde van de huishelften van de afstandsbediening...
  • Pagina 34: Sloten

    Sloten Portieren met de sleutel VERGRENDELEN EN vergrendelen en ontgrendelen ONTGRENDELEN Centrale vergrendeling U kunt de portieren alleen centraal vergrendelen wanneer alle portieren zijn gesloten. N.B.: Het bestuurdersportier kan met de sleutel worden ontgrendeld. Deze moet worden gebruikt wanneer de afstandsbediening of de keyless entry niet werkt.
  • Pagina 35 Sloten Portieren en achterklep De kofferdeksel/ achterklep vergrendelen en ontgrendelen sluiten met de afstandsbediening E87379 Ontgrendelen Vergrendelen Bagageruimte ontgrendelen E89132 Portieren en achterklep Aan de binnenzijde van de kofferdeksel/ vergrendelen met de achterklep bevindt zich een greep die het afstandsbediening sluiten vereenvoudigt.
  • Pagina 36: Sleutelloze Toegang

    Sloten Wanneer u de ontgrendeltoets op de Voor het passief vergrendelen en afstandsbediening indrukt, worden alle ontgrendelen is een geldige passive key portieren ontgrendeld of wordt alleen het nodig die zich in de omgeving van een bestuurdersportier ontgrendeld. Door van de drie externe detectiezones opnieuw op de ontgrendeltoets te bevindt.
  • Pagina 37 Sloten N.B.: Eenmaal geactiveerd, blijft de auto gedurende drie seconden vergrendeld. Na de vertragingsperiode kunnen de portieren weer worden ontgrendeld, op voorwaarde dat de passive key zich binnen het detectiegebied bevindt. Twee korte knippersignalen van de richtingaanwijzers geeft aan dat alle portieren en de bagageruimte zijn vergrendeld en dat de alarminstallatie is ingeschakeld.
  • Pagina 38 Sloten Uitgeschakelde sleutels In de auto achtergebleven sleutels worden uitgeschakeld bij het vergrendelen van de auto. Een uitgeschakelde sleutel kan niet meer worden gebruikt voor het aanzetten van het contact of het starten van de motor. Om deze passive keys opnieuw te kunnen gebruiken moeten ze opnieuw worden geactiveerd.
  • Pagina 39: Motorstartblokkering

    Geef, indien mogelijk, uw dealer het sleutelnummer door, dat op het plaatje staat dat met de originele sleutels is geleverd. U kunt ook extra sleutels bij uw Ford dealer verkrijgen. IMMOBILISATIESYSTEEM INSCHAKELEN Korte tijd nadat u het contact hebt afgezet wordt het immobilisatiesysteem automatisch ingeschakeld.
  • Pagina 40: Alarm

    Alarm Bij elke poging de auto zonder een WERKING geldige sleutel te starten of om de audio-installatie te verwijderen gaat het Het alarm is een afschrikmiddel voor alarm opnieuw af. personen die ongeoorloofd de portieren en de motorkap proberen te openen. Het Automatische vertraging van beveiligt ook de audio-installatie.
  • Pagina 41: Stuurwiel

    Stuurwiel STUURWIEL AFSTELLEN WAARSCHUWING Duw de ontgrendelingshendel WAARSCHUWING helemaal op zijn plaats wanneer u deze weer in de oude stand zet. Verstel nooit het stuurwiel als de auto in beweging is. AUDIOBEDIENING N.B.: Controleer of u in de juiste positie zit.
  • Pagina 42: Spraaksturing

    Stuurwiel • af te stemmen op het volgende radiostation op een hogere of lagere frequentie • het volgende of vorige nummer op de CD af te spelen. Druk de seek toets in en houd deze ingedrukt om: • af te stemmen op een radiostation op een hogere of lagere frequentie •...
  • Pagina 43: Ruitenwissers En Ruitensproeiers

    Ruitenwissers en ruitensproeiers Automatisch wissen VOORRUITWISSERS E102034 WAARSCHUWINGEN Vervang de ruitenwisserbladen zodra deze strepen water en vuil achterlaten of wanneer ze het water niet meer volledig verwijderen. Indien de E102032 ruitenwisserbladen niet worden vervangen, zal de regensensor water op Enkele wisslag de voorruit blijven waarnemen.
  • Pagina 44: Voorruitsproeiers

    Ruitenwissers en ruitensproeiers Automatisch N.B.: De automatische ruitenwisserfunctie moet niet worden ruitenwissersysteem ingeschakeld bij sneeuw, mist of wanneer Sommige uitvoeringen zonder een de wegen zijn gepekeld. Kies onder deze automatisch ruitenwissersysteem zijn weersomstandigheden zonodig stand A, uitgerust met een snelheidsafhankelijk C of D.
  • Pagina 45: Achterruitwissers En -Sproeiers

    Ruitenwissers en ruitensproeiers Ruitensproeier, achter Na het loslaten van de knop of de hendel blijven de ruitenwissers nog kortstondig in werking. ACHTERRUITWISSERS EN - SPROEIERS Intervalwissen E102053 WAARSCHUWING Schakel de ruitensproeiers niet langer dan tien seconden achtereen in; schakel de ruitensproeiers nooit in als het reservoir leeg is.
  • Pagina 46: Voorruitsproeiers Afstellen

    Ruitenwissers en ruitensproeiers VOORRUITSPROEIERS RUITENWISSERBLADEN AFSTELLEN VERVANGEN Voorruitwisserbladen E72899 1. Druk de lip in. 2. Verwijder het ruitenwisserblad. N.B.: Zorg ervoor dat het E73425 ruitenwisserblad goed op zijn plaats komt De ruitensproeiers kunnen worden te zitten. afgesteld door een speld in de 3.
  • Pagina 47 Ruitenwissers en ruitensproeiers 3. Maak het ruitenwisserblad los van de wisserarm. 4. Verwijder het ruitenwisserblad. N.B.: Zorg ervoor dat het ruitenwisserblad goed op zijn plaats komt te zitten. 5. Breng de eerder verwijderde onderdelen in omgekeerde volgorde aan.
  • Pagina 48: Verlichting

    Verlichting Grootlicht en dimlicht VERLICHTINGSBEDIENING Standen van de lichtschakelaar E101829 Trek de hendel geheel naar het stuurwiel toe om tussen grootlicht en dimlicht te wisselen. Lichtsignaal E70718 Trek de schakelaarhendel naar het stuurwiel toe. Off (uit) Home safe verlichting Stads- en achterlichten Koplampen Schakel de verlichting uit en trek de richtingaanwijzer naar het stuurwiel toe...
  • Pagina 49: Automatisch In- En Uitschakelende Verlichting

    Verlichting AUTOMATISCH IN- EN MISTACHTERLICHTEN UITSCHAKELENDE VERLICHTING E70720 WAARSCHUWINGEN Gebruik de mistachterlichten alleen wanneer het zicht minder dan 50 meter bedraagt. E70719 Schakel de mistachterlichten niet in N.B.: Wanneer u de automatisch bij regen of sneeuwval en wanneer in-/uitschakelende verlichting hebt het zicht meer dan 50 meter ingeschakeld, kunt u alleen het grootlicht bedraagt.
  • Pagina 50: Koplamphoogte Afstellen

    Verlichting KOPLAMPHOOGTE Hoge stand van de AFSTELLEN koplamplichtbundels Lage stand van de koplamplichtbundels U kunt de hoogte van de koplamplichtbundels aanpassen aan de belading van de auto. E70722 Aanbevolen regelknopstanden Belading Gewicht in bagage- Regelknopstand ruimte Voorstoelen Achterbank Max. Max. Zie Voertuigidentificatieplaatje (bladzijde 149).
  • Pagina 51: Waarschuwingsknipperlichten

    Verlichting WAARSCHUWINGSKNIP- INTERIEURVERLICHTING PERLICHTEN Interieurverlichting E71943 Voor locatie: Zie Kort overzicht (bladzijde 10). RICHTINGAANWIJZERS E71945 Off (uit) Portiercontact Wanneer u de schakelaar in stand B zet, E102016 gaat de interieurverlichting branden wanneer u een portier of het kofferdeksel N.B.: Beweeg de / de achterklep ontgrendelt of opent.
  • Pagina 52: Een Koplamp Verwijderen

    Verlichting Leeslampen E71946 Wanneer u het contact afzet, gaan de leeslampen korte tijd later automatisch uit om te voorkomen dat de accu leegraakt. E102590 Zet het contact korte tijd aan om de verlichting weer in te schakelen. 3. Trek de stekker los. 4.
  • Pagina 53 Verlichting 3. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 4. Verwijder de gloeilamp. Grootlicht 1. Verwijder de koplamp. Zie Een koplamp verwijderen (bladzijde 50). E102593 2. Verwijder het paneeltje. 3. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. 4. Druk voorzichtig de gloeilamp in de lamphouder en draai de gloeilamp linksom.
  • Pagina 54 Verlichting E99398 2. Maak de klem los. 3. Verwijder de gloeilamp en de lamphouder. Verwijder de gloeilamp. E102596 2. Verwijder het paneeltje. Voormistlichten 3. Trek aan de lamphouder en verwijder N.B.: De voormistlichten voor kunnen deze. Verwijder de gloeilamp. niet worden gerepareerd, raadpleeg bij defecten uw dealer.
  • Pagina 55 Verlichting Derde remlicht N.B.: De LED verlichting kan niet worden gerepareerd, raadpleeg bij defecten uw dealer. Kentekenplaatverlichting E102620 2. Verwijder de vleugelmoer. 3. Verwijder de achterlichtunit en maak E72789 de lamphouder los. 1. Maak voorzichtig de klemveer los. 2. Verwijder het lamphuis. 3.
  • Pagina 56: Gloeilampentabel

    Verlichting Leeslampen Verlichting bagagecompartiment E99453 1. Werk de lamp voorzichtig los. 2. Draai de lamphouder linksom en verwijder deze. E72784 3. Verwijder de gloeilamp. 1. Werk de lamp voorzichtig los. 2. Verwijder de gloeilamp. GLOEILAMPENTABEL Lampje Specificatie Vermogen (watt) Richtingaanwijzer, voor PY21W Grootlicht Koplamp, dimlicht...
  • Pagina 57 Verlichting Lampje Specificatie Vermogen (watt) Kentekenplaatverlichting Interieurverlichting Leeslamp Informatie niet beschik- Informatie niet Verlichting bagagecompartiment baar beschikbaar...
  • Pagina 58: Ruiten En Spiegels

    Ruiten en spiegels Veiligheidsschakelaar voor de ELEKTRISCH BEDIENBARE achterste ruiten RUITEN N.B.: U kunt altijd de ruiten achterin vanaf het bestuurdersportier bedienen. WAARSCHUWING Schakel de elektrisch bedienbare ruiten niet in tenzij deze vrij zijn van obstructies. N.B.: Wanneer de ruiten gedurende korte tijd vaak worden bediend kan het systeem een bepaalde tijd buiten werking treden om schade door oververhitting te...
  • Pagina 59: Buitenspiegels

    Ruiten en spiegels Om deze veiligheidsvoorziening uit te BUITENSPIEGELS schakelen wanneer er meer weerstand is, bijvoorbeeld in de winter, gaat u als Groothoekspiegels volgt te werk: 1. Sluit de ruiten tweemaal tot aan de weerstand en laat deze terugschuiven. 2. Sluit de ruit voor een derde keer tot deze weerstand ondervindt.
  • Pagina 60: Elektrisch Verstelbare Buitenspiegels

    Ruiten en spiegels De spiegels klappen automatisch uit ELEKTRISCH VERSTELBARE wanneer u de auto vergrendelt met BUITENSPIEGELS behulp van de sleutel, de afstandsbediening of een verzoek van de sleutelloze toegang. De spiegels klappen uit wanneer u de auto ontgrendelt met behulp van de sleutel, de afstandsbediening, een verzoek van de sleutelloze toegang, de binnenhandgreep...
  • Pagina 61: Automatisch Dimmende Spiegel

    Ruiten en spiegels AUTOMATISCH DIMMENDE SPIEGEL E71028 De automatisch dimmende achteruitkijkspiegel voorkomt verblinding door achteropkomend verkeer. Bij ingeschakelde achteruitversnelling werkt hij niet.
  • Pagina 62: Instrumenten

    Instrumenten METERS E102660 Toerenteller Informatiedisplay Snelheidsmeter Brandstofpeilmeter Terugsteltoets dagteller • Motor Brandstofpeilmeter • Vorst De pijl naast het symbool van de • Contact benzinepomp duidt aan, aan welke zijde • Oliedruk zich de brandstofvulklep bevindt. • Stuurbekrachtiging WAARSCHUWINGS- EN • Stabiliteitsregeling (ESP) INDICATIELAMPEN Indien een van deze waarschuwings- of...
  • Pagina 63 Instrumenten Controlelamp ABS Waarschuwingslamp koelvloeistoftemperatuur Wanneer deze lamp tijdens het rijden brandt, duidt dit op een LET OP storing. Laat het systeem Hervat uw reis niet wanneer de onmiddellijk door een geschoolde waarschuwingslamp gaat branden monteur controleren. De remmen blijven terwijl het peil correct is.
  • Pagina 64 Instrumenten Controlelampen motor Controlelamp 'Vorst' Controlelamp motorstoring WAARSCHUWING Ook wanneer de temperatuur tot boven + 4 ºC stijgt, is dit nog geen garantie dat de weg vrij is van gevaren die door plotselinge Controlelamp aandrijflijn weersveranderingen kunnen ontstaan. De lamp gaan branden en wordt oranje wanneer de Alle modelvarianten buitentemperatuur tussen 4 ºC...
  • Pagina 65 Instrumenten Controlelamp laag Controlelamp brandstofniveau stuurbekrachtiging Wanneer deze lamp brandt, ga Deze lamp gaan branden dan zo spoedig mogelijk tanken. wanneer zich een storing in het stuurbekrachtigingssysteem voordoet. De auto blijft bestuurbaar, maar Controlelamp grootlicht hiervoor is meer kracht vereist. Laat het systeem zo snel mogelijk door een goed De controlelamp gaat branden opgeleide monteur controleren.
  • Pagina 66: Akoestische Waarschuwingssignalen En -Indicaties

    Instrumenten Controlelamp Elektronisch Sleutel niet in auto Stabiliteits Programma (ESP) Auto's met sleutelloze toegang N.B.: Wanneer bij het aanzetten van het Indien de motor draait en er niet langer contact de controlelamp niet brandt of een passive key in het interieur wordt wanneer hij tijdens het rijden blijft branden, waargenomen, klinkt een akoestisch duidt dit op een storing.
  • Pagina 67: Infodisplays

    Infodisplays Bedieningstoetsen ALGEMENE INFORMATIE WAARSCHUWING Bedien de toetsen van het informatiedisplay niet wanneer de auto in beweging is. N.B.: Het informatiedisplay blijft nadat u het contact hebt afgezet gedurende E103626 enkele minuten aan. Druk op de pijltoetsen omhoog en Meerdere systemen kunnen omlaag om door de opties in het menu geprogrammeerd worden m.b.v.
  • Pagina 68 Infodisplays RADIO AUT/HAND HANDM. AFSTELLEN SCAN AUTOM. OPSLAAN NORMAAL CD OPTIE Herh. SHUFFLE SCAN NORMAAL MP3 OF CD OPTIE Herh. SHUFFLE SCAN AVC NIVEAU AUDIO MENU GELUID DSP BEZETTING DSP EQUALISER NIEUWS ALTERNAT. FREQ. RDS REGIONAAL SLOT/SPIEG INKLAP VOERTG INSTELL. RICHT.
  • Pagina 69 Infodisplays Type 2 Gebruik de knop MENU en de linker pijltoets om toegang tot de menu's te N.B.: Het telefoonmenu hangt af van de krijgen. telefoonfuncties, de gespreksstatus, etc.
  • Pagina 70 Infodisplays Map / Tracks Zenders Radio Zenders FM AST Zenders AM AST Zenders iPOD Afspeellijsten Artiesten Albums Nummers Genres Map / Tracks Audio-ingang Telefoon Nummer kiezen Actief gesprek Opnieuw kiezen Telefoonboek Oproepen Gemiste oproepen Ontv. Oproepen Uitg. Oproepen Telefoon kiezen Bluetooth aan Alles weigeren Aanpassing volume...
  • Pagina 71: Tripcomputer

    Infodisplays Actieradius tot de brandstoftank TRIPCOMPUTER leeg is Duidt bij benadering de afstand aan die nog kan worden afgelegd voordat de tank leeg is. De waarde zal variëren naarmate de rijomstandigheden veranderen. Gemiddeld brandstofverbruik Geeft het gemiddelde brandstofverbruik E103499 aan vanaf het moment dat de functie op nul werd teruggesteld.
  • Pagina 72: Infoberichten

    Infodisplays Gong uitschakelen • Waarschuwingsmeldingen. • Informatiemeldingen. De volgende geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld: INFOBERICHTEN Niet goed gesloten portier(en) Mededeling Controlelamp Systeem Sloten. Auto is in beweging. Stop Driver door open rood de auto zo snel en veilig mogelijk en sluit het portier. Sloten.
  • Pagina 73 Infodisplays Sleutelloze toegang Mededeling Controlelamp Systeem Immobiliser malfunction service rood Sleutelloze toegang. Key not detected oranje Sleutelloze toegang. Key outside car oranje Sleutelloze toegang. Key battery low replace battery oranje Sloten. Turn ignition off use POWER oranje Sleutelloze toegang. button To start press brake Sleutelloze toegang.
  • Pagina 74 Infodisplays Mededeling Controlelamp Systeem Engine oil change due next Motor. Onderhoudsindicatie. service Diesel filter overloaded refer to Motor. Raadpleeg handboek. handbook Stuurinrichting Mededeling Controlelamp Systeem Steering malfunction service now rood Stuurinrichting Steering malfunction stop safely rood Stuurinrichting Stuurbekrachtiging. De auto blijft bestuurbaar, maar hiervoor is Power steering malfunction oranje...
  • Pagina 75 Infodisplays Mededeling Controlelamp Systeem To start select N or P Transmissie. To start press brake Transmissie. To start select N Transmissie. Door open apply brake Transmissie. Stabiliteitsregeling (ESP) Mededeling Controlelamp Systeem ABS malfunction service now oranje Stabiliteitsregeling (ESP). ESP malfunction next service Stabiliteitsregeling (ESP).
  • Pagina 76: Klimaatregeling

    Klimaatregeling Algemene informatie over de WERKING klimaatregeling in het interieur Buitenlucht Sluit alle ruiten. Houd de luchtinlaten voor de voorruit vrij Het interieur verwarmen van belemmeringen (sneeuw, bladeren, enz.) zodat het klimaatregelsysteem Laat de lucht naar de beenruimten effectief kan werken. stromen.
  • Pagina 77: Handmatige Klimaatregeling

    Klimaatregeling Ventilator HANDMATIGE KLIMAATREGELING Toetsen voor luchtverdeling E102390 Off (uit) N.B.: Wanneer u de aanjager uitschakelt kan de voorruit beslaan. Gerecirculeerde lucht E102387 Beenruimte Beenruimte en voorruit Druk op de toets om te kiezen tussen Voorruit toevoer van buitenlucht en het Hoofdniveau recirculeren van de in het interieur aanwezige lucht.
  • Pagina 78 Klimaatregeling Ventilatie Interieur snel afkoelen E102396 E102394 Stel de regelknoppen van de luchtstroom, Voorruit ontdooien en de aanjager en luchtroosters naar wens ontwasemen Airconditioning Airconditioning in- en uitschakelen Wanneer u de aanjager uitschakelt, wordt ook de airconditioning uitgeschakeld. Wanneer u de aanjager weer inschakelt, E102397 schakelt de airconditioning automatisch Wanneer de temperatuur hoger is dan 4...
  • Pagina 79: Automatische Klimaatregeling

    Klimaatregeling Luchtvochtigheid in het interieur verlagen E102398 AUTOMATISCHE KLIMAATREGELING E102705 N.B.: Vermijd het wijzigen van de Het systeem regelt automatisch de instellingen wanneer het in de auto temperatuur, de hoeveelheid en verdeling extreem warm of koud is. De van de lucht en past deze aan de rij- en automatische klimaatregeling past zich weersomstandigheden aan.
  • Pagina 80 Klimaatregeling N.B.: Als het systeem bij lage buitentemperaturen in de auto modus staat, wordt de lucht zolang de motor koud is naar de voorruit en de zijruiten geleid. Temperatuur instellen E70308 Beenruimte Hoofdniveau Voorruit Wanneer u voorruit ontdooien en ontwasemen kiest schakelen A, B en C E102706 automatisch uit en wordt de U kunt de temperatuur tussen 16 ºC en...
  • Pagina 81: Verwarmde Ruiten En Spiegels

    Klimaatregeling Airconditioning in- en VERWARMDE RUITEN EN uitschakelen SPIEGELS Verwarmbare ruiten E91393 Schakel de ruitverwarming in om de voor- Druk op de A/C toets om de of achterruit te ontdooien of ontwasemen. airconditioning in of uit te schakelen. A/C N.B.: De ruitverwarming werkt alleen bij OFF verschijnt op het display wanneer een draaiende motor.
  • Pagina 82: Stoelen

    Stoelen • voldoende afstand houdt tussen uzelf DE JUISTE ZITPOSITIE en het stuurwiel. minimaal 254 mm (10 INNEMEN inch) tussen uw borstbeen en de kap van de airbag aanhoudt. • het stuurwiel met licht gebogen armen vasthoudt. • uw benen licht buigt zodat u de pedalen volledig kunt indrukken.
  • Pagina 83: Handmatig Verstelbare Stoelen

    Stoelen Hoofdsteun verwijderen WAARSCHUWING Schuif de stoel naar voren en naar Druk de knoppen in en verwijder de achteren nadat u de hendel hebt hoofdsteun. losgelaten om ervoor te zorgen dat de stoel weer goed wordt vergrendeld. HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN Lendensteun instellen WAARSCHUWINGEN Breng geen extra stoelhoezen aan...
  • Pagina 84: Achterbank

    Stoelen Hellingshoek van de WAARSCHUWINGEN rugleuning instellen Zorg ervoor dat de stoelen en de rugleuningen goed vastzitten en volledig zijn vergrendeld. LET OP Verwijder het zitkussen van de achterbank niet. Rugleuningen neerklappen LET OP Laat de hoofdsteunen zakken. Zie Hoofdsteunen (bladzijde 80). E70731 Rugleuning naar voren klappen...
  • Pagina 85: Gemaksfuncties

    Gemaksfuncties N.B.: U kunt het elektrische aansluitpunt ZONNEKLEPPEN gebruiken voor 12 volt accessoires met een maximum vermogen van 15 ampère. Gebruik alleen Ford stekkers of stekkers die geschikt zijn voor gebruik in SAE gestandaardiseerde aansluitingen. E72973 KLOK E103382 N.B.: U kunt de klok instellen met de uur Druk het verwarmingselement in om de en minuten toetsen naast het display.
  • Pagina 86: Wegenkaartopbergvakken

    Gemaksfuncties GLASHOUDER E72980 E75193 WEGENKAARTOP- BERGVAKKEN PASLEZER TOLWEGEN E74686 E99272 Bij auto's met een warmtewerende voorruit moet de transponder zoals afgebeeld worden aangebracht (alle maten zijn in millimeters weergegeven), anders kan de chipkaart bij de tolpoorten niet goed worden afgelezen.
  • Pagina 87: Aansluiting Auxiliary Ingang (Aux In)

    Gemaksfuncties De transponder moet aan passagierszijde worden aangebracht om te voorkomen dat het zicht van de bestuurder wordt belemmerd (bijv. verkeerslichten). AANSLUITING AUXILIARY INGANG (AUX IN) E102671 Zie Ingangsaansluiting (AUX IN) (bladzijde 170). USB-POORT E102670 Zie Verbinding (bladzijde 193).
  • Pagina 88: De Motor Starten

    De motor starten ALGEMENE INFORMATIE Algemene opmerkingen over het starten Als de accu losgekoppeld is geweest kan de motor, nadat de accukabels weer zijn aangesloten, een afwijkende draaikarakteristiek vertonen gedurende E85766 ca. 8 kilometer. Contact aan De oorzaak is, dat het motormanagement zich weer aan de motor moet aanpassen.
  • Pagina 89: Stuurwielblokkering

    De motor starten N.B.: Houd het koppelings- of rempedaal STUURWIELBLOKKERING ingetrapt tot de motor wordt gestart. WAARSCHUWING Motor slaat niet aan. Controleer altijd voordat u probeert Het startsysteem met passive key werkt uw wagen in beweging te brengen niet indien: of het stuurslot is uitgeschakeld.
  • Pagina 90 De motor starten Koude of warme motor 2. Druk het gaspedaal volledig in en houd het ingedrukt. Alle modelvarianten 3. Start de motor. LET OP Uitvoeringen met automatische Zet, wanneer de temperatuur lager transmissie dan -20 ºC is, het contact minimaal 1.
  • Pagina 91: Een Dieselmotor Starten

    De motor starten Regeneratie EEN DIESELMOTOR STARTEN WAARSCHUWING Laat de motor niet stationair draaien Koude of warme motor of parkeer de wagen niet op droge bladeren, droog gras of ander Alle modelvarianten brandbaar materiaal. Het N.B.: Wanneer de temperatuur lager is regeneratieproces werkt met bijzonder dan -15 ºC, mag u de startmotor 25 hoge uitlaatgastemperaturen en na het...
  • Pagina 92: Brandstof En Tanken

    Brandstof en tanken VEILIGHEIDSMAATREGELEN WAARSCHUWING Meng de dieselolie niet met olie, WAARSCHUWINGEN benzine of andere vloeistoffen. Deze Stop met tanken nadat het kunnen een chemische reactie vulpistool voor de tweede keer is veroorzaken. afgeslagen. Alle brandstof die u dan nog toevoegt vult de expansieruimte in LET OP de brandstoftank, hetgeen er toe kan Voeg geen kerosine, paraffine of...
  • Pagina 93: Katalysator

    Brandstof en tanken KATALYSATOR Rijden met een auto met katalysator LET OP Zorg ervoor dat u de tank niet leeg rijdt. Schakel de startmotor niet langdurig achtereen in. E103203 Laat de motor niet met een losgekoppelde bougiekabel draaien. Druk op de klep om deze te openen. Open de klep volledig tot hij vergrendelt.
  • Pagina 94: Brandstofverbruik

    Deze richtlijnen worden door alle snelheden, starten/stoppen, gebruik van automobielfabrikanten aangehouden. de airconditioning, de gemonteerde accessoires, rijden met een aanhanger, enz. Uw Ford dealer dient u gaarne van advies hoe u het brandstofverbruik kunt verlagen. TECHNISCHE SPECIFICATIE Brandstofverbruikscijfers Stadsver- Gecombi-...
  • Pagina 95 Brandstof en tanken Stadsver- Gecombi- CO2- Buitenweg keer neerd emissie Variant l/100 km l/100 km l/100 km g/km (mpg) (mpg) (mpg) 1.6L Duratorq-TDCi (DV6) Diesel (90 PK) - handge- 5,2 (54,3) 3,6 (78,5) 4,2 (67,3) schakelde versnellingsbak...
  • Pagina 96: Handgeschakelde Versnellingsbak

    Versnellingsbak/transmissie Standen van HANDGESCHAKELDE transmissiehendel VERSNELLINGSBAK Alle modelvarianten LET OP Schakel de achteruit niet in wanneer de wagen in beweging is. Dit kan inwendige schade aan de versnellingsbak veroorzaken. Oefen een onnodige zijdelingse kracht uit op de schakelhendel wanneer u van de 5e naar de 4e E78310 versnelling schakelt.
  • Pagina 97 Versnellingsbak/transmissie Selecteer handmatig schakelen om WAARSCHUWINGEN handmatig gebruik te maken van de Trek voordat u de wagen voorwaartse versnellingen. Druk de verlaat de handrem aan en keuzehendel naar voren om terug te schakel de parkeerstand in. schakelen en trek hem naar achteren om Controleer of de keuzehendel is op te schakelen.
  • Pagina 98 Versnellingsbak/transmissie Stoppen 1. Laat het gaspedaal opkomen en druk het rempedaal in. 2. Trek de handrem aan. Kickdown Druk het gaspedaal volledig in terwijl het keuzehendel in de rijstand staat om voor optimale prestaties de eerstvolgende lagere versnelling in te schakelen. Laat E78322 het gaspedaal los wanneer kickdown niet langer gewenst is.
  • Pagina 99: Remmen

    Remmen WERKING PARKEERREM Schijfremmen Alle uitvoeringen Natte remschijven hebben een lagere WAARSCHUWING wrijvingscoëfficiënt. Druk na het verlaten Bij auto's met automatische van een wasstraat het rempedaal even transmissie moet de keuzehendel voorzichtig in om de waterfilm op de altijd in de stand P staan. remschijven te laten verdampen.
  • Pagina 100: Stabiliteitsregeling

    Stabiliteitsregeling Het systeem zorgt ook voor een betere WERKING tractieregeling door het motorkoppel te verlagen wanneer de wielen bij het Elektronisch Stabiliteits accelereren beginnen door te spinnen. Programma (ESP) Het verbetert de mogelijkheden om op gladde of losse oppervlakken te kunnen WAARSCHUWING optrekken en het verbetert het comfort ESP houdt niet in dat u niet langer...
  • Pagina 101: Parkeerhulp

    Parkeerhulp WERKING GEBRUIK MAKEN VAN DE PARKEERHULP - AUTO'S WAARSCHUWING MET PARKEERHULP Ondanks de parkeerhulp bent u ACHTERUIT verplicht voorzichtig en aandachtig te rijden. LET OP Bij zware regenval of andere omstandigheden waardoor verstorende reflecties ontstaan is het mogelijk dat de sensoren bepaalde voorwerpen niet 'zien'.
  • Pagina 102: Gebruik Maken Van De Parkeerhulp - Auto'smet Parkeerhulp Voor En Achter

    180 cm bedraagt of 60 cm goedgekeurde trekhaakmodule. Bij aan de zijkanten. Wanneer de afstand wagens zonder een door Ford kleiner wordt, volgen de signalen elkaar goedgekeurde trekhaakmodule, moet u sneller op. Bij een afstand van minder dan de parkeerhulp met behulp van de 30 cm klinkt een ononderbroken signaal.
  • Pagina 103 Parkeerhulp LET OP De parkeerhulp detecteert geen obstakels die van de wagen af bewegen. Zij worden alleen kort nadat zij opnieuw naar de wagen toe bewegen gedetecteerd. Wees bijzonder voorzichtig wanneer u met een gemonteerde trekhaakkogel of accessoires zoals een fietsdrager achteruitrijdt, omdat de parkeersensor alleen de afstand vanaf de bumper tot het obstakel meet.
  • Pagina 104: Snelheidsregeling (Cruise Control)

    Snelheidsregeling (cruise control) Snelheid instellen WERKING Met cruise control (automatische snelheidsregeling) kunt u met behulp van de schakelaars op het stuurwiel de rijsnelheid instellen. U kunt cruise control gebruiken bij snelheden hoger dan ongeveer 30 km/u. GEBRUIK MAKEN VAN SNELHEIDSREGELING (CRUISE CONTROL) E102680 Druk de schakelaar in om de huidige...
  • Pagina 105 Snelheidsregeling (cruise control) Ingestelde snelheid opnieuw inschakelen E102681 Accelereren (versnellen) E102682 Decelereren (vertragen) De controlelamp van de cruise control gaat branden en het systeem zal proberen de auto met de eerder door u Ingestelde snelheid ingestelde snelheid te laten rijden. uitschakelen Cruise control uitschakelen E102682...
  • Pagina 106: Transport

    Transport ALGEMENE INFORMATIE DAKREKKEN EN BAGAGEDRAGERS WAARSCHUWINGEN Imperiaal Gebruik bevestigingsriemen die voldoen aan een norm, bijv. DIN. WAARSCHUWINGEN Zorg ervoor dat alle losse Wanneer u een imperiaal gebruikt, voorwerpen goed zijn vastgezet. kan het brandstofverbruik van uw auto hoger zijn en kan de Plaats bagage en ander rijkarakteristiek anders zijn.
  • Pagina 107: Aanhangers Trekken

    Aanhangers trekken Steile hellingen TREKKEN VAN EEN AANHANGER WAARSCHUWING Houd er rekening mee dat de WAARSCHUWING oplooprem van een aanhanger niet Overschrijd het maximum door het ABS wordt geregeld. toelaatbare totaalgewicht en het aanhangergewicht dat op het Schakel terug voordat u een steile afdaling identificatieplaatje van de auto staat niet.
  • Pagina 108: Tips Voor Het Rijden

    Tips voor het rijden INRIJDEN Banden WAARSCHUWING Nieuwe banden hebben een inlooptijd van ongeveer 500 kilometer (300 mijl). Gedurende deze periode kan de auto een andere rijkarakteristiek vertonen. Remmen en koppeling WAARSCHUWING Vermijd indien mogelijk het intensief gebruik van de remmen en de koppeling gedurende de eerste 150 kilometer (100 mijl) in de stad en gedurende de eerste 1.500 kilometer...
  • Pagina 109: Nooduitrusting

    Nooduitrusting EERSTEHULPSET Er is ruimte in de reservewielkuip. GEVARENDRIEHOEK Er is ruimte in de reservewielkuip.
  • Pagina 110: Staat Na Een Aanrijding

    Staat na een aanrijding COMPONENTEN VAN VEILIGHEIDSSYSTEEM INSPECTEREN Veiligheidsgordels Veiligheidsgordels die zijn belast ten gevolge van een aanrijding moeten worden vervangen en de verankeringen worden gecontroleerd. Deze werkzaamheden moeten door een correct hiertoe opgeleide monteur worden uitgevoerd.
  • Pagina 111: Zekeringen

    Zekeringen PLAATSEN EEN ZEKERING ZEKERINGENHOUDERS VERVANGEN Zekeringenkast in de WAARSCHUWINGEN motorcompartiment Wijzig de elektrische installatie van uw auto op geen enkele wijze. Laat reparaties aan de elektrische installatie en het vervangen van relais en zekeringen voor hoge stroomsterktes door goed getrainde monteurs uitvoeren. Zet het contact af en schakel alle elektrische onderdelen uit voordat u probeert een zekering te...
  • Pagina 112: Specificatie-Overzicht Zekeringen

    Zekeringen SPECIFICATIE-OVERZICHT ZEKERINGEN Zekeringenkast in de motorcompartiment Zekering Ampère Beveiligde circuits ABS-module ABS/ESP-module Hoog toerental ventilator koelsysteem Ventilator koelsysteem Laag toerental ventilator koelsysteem Verwarmingsaanjager Voeding zekeringenkast passagiersruimte (accu) Carrosserieregelmodule (BCM) Voeding zekeringenkast passagiersruimte (ontsteking) Gloeibougies Verwarmde voorruit Niet in gebruik Relais startmotor Relais grootlicht links Relais grootlicht rechts...
  • Pagina 113 Zekeringen Zekering Ampère Beveiligde circuits Voeding verlichting Voormistlichten Richtingaanwijzers Dagverlichting Schakelaar buitenspiegels met elektrische afstelling, elektrisch inklapbare buitenspiegels, elektrisch bediende ruit (bestuurdersportier) ABS-module, ESP Koppeling van compressor airconditioning Niet in gebruik Niet in gebruik Claxon, accuspaarvoorziening, module sleutelloos- voertuigsysteem Verwarmde achterruit Brandstofpomprelais, verwarming dieselbrandstof Niet in gebruik Niet in gebruik...
  • Pagina 114 Zekeringen Relais Geschakelde circuits Dimlicht Dagverlichting Koelventilateur Startmotor Koppeling van compressor airconditioning Voormistlichten Brandstofpomp, brandstofverwarming Achteruitrijlicht Verwarmingsaanjager Zekeringenkast passagiersruimte - Type 1 Zekering Ampère Beveiligde circuits Ontsteking, regensensor, verwarmde voorruit Remlichten Achteruitrijlamp Hoogteverstelling koplamp- lichtbundels Ruitenwissers Achterruitwisser Sproeierpomp Aanhangermodule, parkeerhulp (auto's met parkeerhulp voor) Niet in gebruik Stoelverwarming...
  • Pagina 115 Zekeringen Zekering Ampère Beveiligde circuits Ontsteking, elektrische stuurbekrachtiging (EPAS), instrumentengroep, passief anti-diefstalsysteem (PATS), PCM, keuzehendel, brand- stofpomp, Audiosysteem, instrumen- tengroep Verwarmbare buitenspiegel Contactslot Instrumentengroep Data link stekker Multifunctioneel display, klok, interne scanner, paneel verwarming, venti- latie en airconditioning (HVAC) Audiosysteem, Bluetooth Aansteker, voorste voedingspunt Aanhangermodule...
  • Pagina 116 Zekeringen Zekeringenkast passagiersruimte - Type 2 Zekering Ampère Beveiligde circuits Ontsteking, regensensor, verwarmde voorruit Remlichten Achteruitrijlamp Hoogteverstelling koplamp- lichtbundels Ruitenwissers Achterruitwisser Sproeierpomp Aanhangermodule Vooruit- en achteruitrijbevei- liging Stoelverwarming Niet in gebruik Airbagmodule Ontsteking, elektrische stuurbekrachtiging (EPAS), instrumentengroep, passief anti-diefstalsysteem (PATS), PCM, keuzehendel, brand- stofpomp, Audiosysteem, instrumen-...
  • Pagina 117 Zekeringen Zekering Ampère Beveiligde circuits Multifunctionele display, klok, interne scanner, HVAC-paneel Audiosysteem, Bluetooth Aansteker, voorste voedingspunt Aanhangermodule Niet in gebruik Elektrisch bediende ruiten (voor) Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Elektrisch bediende ruiten (achter) Voorruitverwarming, linker- zijde...
  • Pagina 118 Zekeringen Zekering Ampère Beveiligde circuits Niet in gebruik Niet in gebruik Contactslotpositie 2 Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Niet in gebruik Relais Geschakelde circuits Contact Elektrisch inklapbare buitenspiegel 1 Elektrisch inklapbare buitenspiegel 2 Niet in gebruik Verwarmde voorruit Sleutelloze toegang (accessoire)
  • Pagina 119: Bergen Van De Auto

    Bergen van de auto SLEEPPUNTEN AUTO OP VIER WIELEN SLEPEN Sleepoog, voor Alle uitvoeringen WAARSCHUWINGEN Zet het contact aan wanneer uw auto wordt gesleept. Bij afgezet contact treedt het stuurslot in werking en werken de richtingaanwijzers en de remlichten niet. De rem- en stuurbekrachtiging werken niet, tenzij de motor draait.
  • Pagina 120 Bergen van de auto LET OP Sleep uw wagen niet achterwaarts. Zet de versnellingsbak in neutraal wanneer uw auto wordt gesleept.
  • Pagina 121: Onderhoud

    • Remvloeistofpeil. Zie Controle en de inruilwaarde ten goede komen. Er vloeistofpeil koppeling en staat een groot netwerk van Ford remsysteem (bladzijde 128). Erkende Reparateurs ter beschikking die u met hun professionele expertise ter zijde •...
  • Pagina 122: De Motorkap Openen En Sluiten

    Onderhoud Trek de motorkap iets omhoog en DE MOTORKAP OPENEN EN beweeg de veiligheidshaak naar links. SLUITEN De motorkap openen E87786 Open de motorkap en ondersteun deze met de steunstang. De motorkap sluiten E102165 WAARSCHUWING Positie van onderdeel: Zie Kort Zorg dat de motorkap goed wordt overzicht (bladzijde 10).
  • Pagina 123: Overzicht Motorruimte - 1,25 L Duratec-16V (Sigma) /1,4 L Duratec-16V (Sigma)

    Onderhoud OVERZICHT MOTORRUIMTE - 1,25 L DURATEC-16V (SIGMA) /1,4 L DURATEC-16V (SIGMA) E103505 Expansiereservoir : Zie Motorkoelvloeistof controleren (bladzijde 127). : Zie Controle Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur rechts) vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128). Motorolievuldop : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126). Accu: Zie Accu van de auto (bladzijde 134).
  • Pagina 124: Overzicht Motorruimte - 1,6 L Duratec-16V Ti-Vct (Sigma)

    Onderhoud Luchtfilter: geen onderhoud vereist. Motoroliepeilstaaf : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126). De vuldoppen en de motoroliepeilstaaf hebben een felle kleur voor een makkelijke herkenning. OVERZICHT MOTORRUIMTE - 1,6 L DURATEC-16V TI-VCT (SIGMA) E103507 Expansiereservoir : Zie Motorkoelvloeistof controleren (bladzijde 127). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur rechts) : Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128).
  • Pagina 125: Overzicht Motorruimte - 1,4 L Duratorq-Tdci (Dv) Diesel

    Onderhoud Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur links) : Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128). Zekeringenkast in motorcompartiment: Zie Zekeringen (bladzijde 109). Vloeistofreservoir voor de voor- en achterruitsproeiers : Zie Ruitensproeiervloeistof controleren (bladzijde 128). Luchtfilter: geen onderhoud vereist. Motoroliepeilstaaf : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126).
  • Pagina 126 Onderhoud Expansiereservoir : Zie Motorkoelvloeistof controleren (bladzijde 127). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur rechts) : Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128). Motorolievuldop : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126). Accu: Zie Accu van de auto (bladzijde 134). : Zie Controle Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur links) vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128).
  • Pagina 127 Onderhoud OVERZICHT MOTORRUIMTE - 1,6 L DURATORQ-TDCI (DV) DIESEL E103509 Expansiereservoir : Zie Motorkoelvloeistof controleren (bladzijde 127). : Zie Controle Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur rechts) vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128). Motorolievuldop : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126). Accu: Zie Accu van de auto (bladzijde 134). Vloeistofreservoir remsysteem en koppeling (stuur links) : Zie Controle vloeistofpeil koppeling en remsysteem (bladzijde 128).
  • Pagina 128: Oliepeilstaaf - 1,25 L Duratec-16V (Sigma)

    Onderhoud Luchtfilter: geen onderhoud vereist. Motoroliepeilstaaf : Zie Motorolie controleren (bladzijde 126). De vuldoppen en de motoroliepeilstaaf hebben een felle kleur voor een makkelijke herkenning. OLIEPEILSTAAF - 1,25 L OLIEPEILSTAAF - 1,4 L DURATEC-16V (SIGMA) /1,4 DURATORQ-TDCI (DV) L DURATEC-16V (SIGMA) DIESEL /1,6 L DURATORQ- /1,6 L DURATEC-16V TI-VCT TDCI (DV) DIESEL...
  • Pagina 129: Motorkoelvloeistof Controleren

    Het oliepeil mag niet boven het MAX de motor heet is. Laat de motor merkteken komen te staan. eerst afkoelen. Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford Draai de dop langzaam los. Laat de druk specificatie. Zie Technische langzaam ontsnappen terwijl u de dop specificatie (bladzijde 129).
  • Pagina 130: Ruitensproeiervloeistof Controleren

    Het oliepeil mag niet boven het MAX Controleer of het peil tussen de MIN merkteken komen te staan. en MAX merktekens staat. Vul vloeistof bij die voldoet aan de Ford N.B.: Het remsysteem en het specificatie. Zie Technische bedieningsmechanisme van de koppeling specificatie (bladzijde 129).
  • Pagina 131: Technische Specificatie

    WSS-M2C913-B motorolie Motorcraft SuperPlus anti- Koelvloeistof WSS-M97B44-D vries Ford of Motorcraft Super Remvloeistof ESD-M6C57-A DOT 4 remvloeistof Als alternatief kunt u SAE 5W-30 motorolie gebruiken, wanneer deze voldoet aan de specificatie WSS-M2C913-B. N.B.: Wanneer u uw wagen gebruikt bij temperaturen lager dan -20 °C, moet u geen SAE 10W-40 motorolie gebruiken.
  • Pagina 132 Onderhoud Variant Inhoud in liter (gallons) 1.25L Duratec-16V (Sigma)- Smeersysteem van de 80pk-handgeschakelde 3,8 (0,8) motor - inclusief oliefilter versnellingsbak 1.25L Duratec-16V (Sigma)- Smeersysteem van de 80pk-handgeschakelde 3,5 (0,8) motor - exclusief oliefilter versnellingsbak 1.25L Duratec-16V (Sigma)- 80pk-handgeschakelde Koelsysteem 5,5 (1,2) versnellingsbak 1.25L Duratec-16V (Sigma)- 80pk-handgeschakelde...
  • Pagina 133 Onderhoud Variant Inhoud in liter (gallons) 1.6L Duratec-16V Ti-VCT Smeersysteem van de (Sigma)-115pk-handgescha- 4,1 (0,9) motor - inclusief oliefilter kelde versnellingsbak 1.6L Duratec-16V Ti-VCT Smeersysteem van de (Sigma)-115pk-handgescha- 3,8 (0,8) motor - exclusief oliefilter kelde versnellingsbak 1.6L Duratec-16V Ti-VCT (Sigma)-115pk-handgescha- Koelsysteem 5,5 (1,2) kelde versnellingsbak...
  • Pagina 134: Verzorging Van De Auto

    Verzorging van de auto Achterruit reinigen REINIGEN VAN BUITENZIJDE AUTO LET OP Gebruik geen scherpe voorwerpen, WAARSCHUWING schurende reinigingsmiddelen of Wanneer de auto tijdens het chemische oplossingen op de wassen in een autowasserette in de binnenzijde van de achterruit te reinigen. was wordt gezet, verwijder dan de was van de voorruit.
  • Pagina 135: Reinigen Van Binnenzijde Auto

    Verzorging van de auto Lakbeschadigingen door steenslag of REINIGEN VAN kleine krasjes moeten zo spoedig mogelijk BINNENZIJDE AUTO worden hersteld. Uw Ford dealer heeft een grote keuze aan producten. Lees en Veiligheidsgordels volg nauwkeurig de instructies van de fabrikant op.
  • Pagina 136: Accu Van De Auto

    Accu van de auto 1. Plaats de auto's zodanig dat ze elkaar GEBRUIK VAN niet raken. STARTKABELS 2. Zet het contact van beide wagens af en schakel alle stroomverbruikers uit. LET OP 3. Verbind de plus (+) pool van auto B Verbind alleen accu's met dezelfde met de plus (+) pool van auto A (kabel nominale spanning met elkaar.
  • Pagina 137: Aansluitpunten Van De Accu

    Accu van de auto AANSLUITPUNTEN VAN DE ACCU E102923 LET OP Sluit de kabel niet aan op de minpool ( ) van de ontladen accu.
  • Pagina 138: Velgen En Banden

    Velgen en banden ALGEMENE INFORMATIE WAARSCHUWINGEN Controleer, voordat u de boordkrik gebruikt, of deze niet is beschadigd LET OP of vervormd en dat de schroefdraad Gebruik uitsluitend banden en velgen is gesmeerd en vrij is van met de goedgekeurde maat. Het verontreinigingen.
  • Pagina 139 Velgen en banden Kriksteunpunten LET OP Gebruik uitsluitend de aangegeven kriksteunpunten. Wanneer u andere punten gebruikt kan dit de carrosserie, de stuurinrichting, de wielophanging, de motor, het remsysteem of de brandstofleidingen beschadigen.
  • Pagina 140 Velgen en banden E102950 Alleen voor gebruik in noodsituaties Onderhoud...
  • Pagina 141 Velgen en banden WAARSCHUWINGEN Zorg ervoor dat de auto met de wielen in de rechtuitstand op een stevige, vlakke ondergrond staat. Zet het contact af en schakel de parkeerrem in. Schakel de eerste versnelling of de E93184 achteruit in wanneer uw auto is Uitsparingen in de dorpels A duiden de uitgerust met een handgeschakelde kriksteunpunten aan.
  • Pagina 142 Velgen en banden 1. Steek het platte uiteinde van de LET OP wielmoersleutel tussen de velg en het Bevestig lichtmetalen velgen niet met wieldeksel en verwijder voorzichtig de moeren die voor stalen velgen zijn naafdop of het wieldeksel. bestemd. N.B.: Zorg ervoor dat de contactvlakken tussen de velg en de naaf vrij zijn van vreemde voorwerpen.
  • Pagina 143: Bandenreparatieset

    Velgen en banden Algemene informatie WAARSCHUWINGEN Afhankelijk van het type en de omvang van de beschadiging kunnen sommige banden slechts gedeeltelijk of soms geheel niet worden gedicht. Een te lage bandenspanning kan het weggedrag van de wagen beïnvloeden, waardoor u de macht over het stuur kunt verliezen.
  • Pagina 144 Velgen en banden • Houd de set buiten het bereik van • Vervang de fles met het afdichtmiddel kinderen. door een nieuwe voordat de houdbaarheidsdatum (zie de • Gebruik de set bij bovenzijde van de fles) is bereikt. omgevingstemperaturen van –30 °C tot +70 °C.
  • Pagina 145 Velgen en banden E102881 Label Fles afdichtmiddel Slang voor fles afdichtmiddel Flessenhouder Drukmeter Stekker met kabel Compressorschakelaar Slangreparatieset Aflaatklep 1. Verwijder de bandenreparatieset uit de verpakking.
  • Pagina 146 Velgen en banden 2. Trek het label A waarop de maximaal Neem de stekker F uit de aansluiting toelaatbare snelheid van 80 km/u van de aansteker of het extra vermeld staat van de fles elektrisch aansluitpunt. afdichtmiddel en maak het binnen het Schroef de slang C snel van het gezichtsveld van de bestuurder vast bandenventiel.
  • Pagina 147: Verzorging Van Banden

    Velgen en banden Als de band de correcte VERZORGING VAN BANDEN bandenspanning heeft, zet dan de compressorschakelaar G in stand 0, verwijder de stekker F uit de aansluiting, draai de slang C los en draai de ventieldop vast. 22. Laat slang C en H aangesloten op de fles afdichtmiddel B en berg de set veilig op.
  • Pagina 148: Gebruik Van Winterbanden

    Velgen en banden GEBRUIK VAN LET OP WINTERBANDEN Wanneer uw auto is uitgerust met wieldeksels, verwijder deze dan voordat u sneeuwkettingen LET OP monteert. Controleer of u de velgen met de winterbanden met het correcte type N.B.: Het ABS blijft normaal werken. wielmoeren hebt bevestigd.
  • Pagina 149 Velgen en banden Bandenspanning (koude banden) Tot 80 km/h (50 mph) Normale belasting Maximaal beladen Uitvoering Bandenmaat Voor Achter Voor Achter bar (psi) bar (psi) bar (psi) bar (psi) Alle 175/65 R14 3 (44) 3 (44) 3 (44) 3 (44) Tot 160 km/u Normale belasting Maximaal beladen...
  • Pagina 150 Velgen en banden Normale belasting Maximaal beladen Uitvoering Bandenmaat Voor Achter Voor Achter bar (psi) bar (psi) bar (psi) bar (psi) Alle auto's met 195/45 R16 2,3 (33) 2 (29) 2,4 (35) 3,2 (46) dieselmotor Alle auto's met 205/40 R17 2,3 (33) 2 (29) 2,4 (35)
  • Pagina 151: Voertuigidentificatie

    Voertuigidentificatie VOERTUIGIDENTIFICA- VOERTUIGIDENTIFI- TIEPLAATJE CATIENUMMER (VIN) E85610 E87496 Voertuig Identificatie Nummer Het Voertuig Identificatie Nummer (chassisnummer) is rechtsvoor naast de Maximaal toelaatbare voorstoel in de bodemplaat ingeslagen. totaalgewicht Het is ook op de linkerzijde van het Maximaal toelaatbaar instrumentenpaneel vermeld. treingewicht Maximum voorasbelasting Maximum achterasbelasting...
  • Pagina 152: Technische Specificaties

    Technische specificaties TECHNISCHE SPECIFICATIE Afmetingen van de auto 3- en 5-deurs E101870 Afmetingen Afmetingen in mm (inches) 3 950 - 3 958 (155,5 - Totale lengte 155,8) Totale breedte inclusief buitenspiegels 1 973 (77,7)
  • Pagina 153 Technische specificaties Afmetingen Afmetingen in mm (inches) 1 433 - 1 481 (56,4 - Totale hoogte bij EC rijklaargewicht 58,3) Wielbasis 2 489 (98) Spoorbreedte, voor 1 473 - 1 493 (58 - 58,8) 1 460 - 1 480 (57,5 - Spoorbreedte, achter 58,3)
  • Pagina 154 Technische specificaties Afstanden trekhaak 3- en 5-deurs E101872 Afmetingen Afmetingen in mm (inches) Bumper – achterzijde trekhaakkogel 124 (4,9) Bevestigingspunt – hart trekhaakkogel 7 (0,3) Hart wiel – hart trekhaakkogel 761 (29,9) Hart trekhaakkogel – langsbalk 512 (20,2) Buitenzijde langsbalk 1 024 (40,3)
  • Pagina 155 Technische specificaties Afmetingen Afmetingen in mm (inches) hart 1e bevestigingspunt – hart 2e bevestigingspunt 267 (10,5) Hart trekhaakkogel – hart 2e bevestigingspunt 584 (23)
  • Pagina 156: Inleiding Audio-Installatie

    Inleiding audio-installatie Labels op de audio-installatie BELANGRIJKE AUDIO- INFORMATIE WAARSCHUWINGEN Door technische verschillen kunnen opneembare CD s (CD-R's) en E66256 opnieuw beschrijfbare CD s (CD-RW's) mogelijk niet correct functioneren. Deze radio / CD-spelers spelen CD's af die voldoen aan de standaard audiospecificaties van het E66257 International Red Book.
  • Pagina 157: Overzicht Audio- Installatie

    Overzicht audio-installatie N.B.: Audio-units zijn voorzien van een OVERZICHT AUDIO- geïntegreerd multifunctioneel display INSTALLATIE boven de CD-sleuf. Hierop wordt belangrijke informatie weergegeven over de bediening van de audio-unit. Daarnaast bevinden zich rondom het display diverse pictogrammen die oplichten wanneer een functie actief is (bijvoorbeeld CD, Radio of Aux.) Type 1...
  • Pagina 158 Overzicht audio-installatie Verkeersberichten. Zie Regeling functie verkeersinformatie (bladzijde 162). Stationsvoorkeuzetoetsen. Zie Voorkeuzetoetsen (bladzijde 161). Opwaarts zoeken. CD-nummerkeuze. Zie Station afstemtoetsen (bladzijde 160). Zie Nummer selecteren (bladzijde 165). Aan of uit en volumeregelknop Neerwaarts zoeken. CD-nummerkeuze. Zie Station afstemtoetsen (bladzijde 160). Zie Nummer selecteren (bladzijde 165). Menu selecteren Geluidsmenu selecteren.
  • Pagina 159 Overzicht audio-installatie E103294 CD-uitwerptoets. Zie CD-speler (bladzijde 165). Navigatiepijlen CD-sleuf. Zie CD-speler (bladzijde 165). Informatie Verkeersberichten. Zie Regeling functie verkeersinformatie (bladzijde 162). Geluidsmenu selecteren. Zie Bass/treble (lage/hoge tonen) regeling (bladzijde 160). Zie Balance/fade (balans links/rechts, voor/achter) regeling (bladzijde 160). Telefoontoetsenblok en stationsvoorkeuzetoetsen. Zie Gebruik maken van de telefoon (bladzijde 174).
  • Pagina 160 Overzicht audio-installatie Opwaarts zoeken. CD-nummerkeuze. Zie Station afstemtoetsen (bladzijde 160). Zie Nummer selecteren (bladzijde 165). Aan of uit en volumeregelknop Neerwaarts zoeken. CD-nummerkeuze. Zie Station afstemtoetsen (bladzijde 160). Zie Nummer selecteren (bladzijde 165). Functie 2 Functie 1 Menu selecteren Telefoon selecteren. Zie Telefoon (bladzijde 172). Extra ingang, USB en iPod selecteren.
  • Pagina 161: Beveiliging Van Uw Audio-Installatie

    Beveiliging van uw audio-installatie BEVEILIGINGSCODE Elke installatie heeft een unieke code die gekoppeld is aan het chassisnummer (VIN). Het systeem controleert automatisch of de audio-installatie en de auto overeenkomen, voordat het gebruik wordt toegestaan. Als een veiligheidscodemelding verschijnt, neem dan contact op met uw dealer.
  • Pagina 162: Werking Van De Audio-Installatie

    Werking van de audio-installatie Het display geeft de gekozen instelling AAN/UIT TOETS weer. Druk op de toets OK om de nieuwe instelling te bevestigen. Druk op de aan/uit knop. Hierdoor kan het toestel nog een uur nadat het contact is afgezet worden gebruikt.
  • Pagina 163: Voorkeuzetoetsen

    Werking van de audio-installatie Type 2 • Selecteer een golfband. • Stem af op het gewenste radiostation. • Druk op functietoets 2. • Houd een van de voorkeuzetoetsen • Druk vervolgens op één van de ingedrukt. Er verschijnen een pijltjestoetsen om de golfband in kleine voortgangsbalk en een melding.
  • Pagina 164: Regeling Functie Verkeersinformatie

    Werking van de audio-installatie Volume van de N.B.: De AutoStore-band kan, net als bij de andere golfbanden, ook worden verkeersberichten gebruikt om radiostations handmatig op Verkeersberichten onderbreken de te slaan. normale geluidsweergave met een voorgeprogrammeerd volume dat REGELING FUNCTIE gewoonlijk hoger is dan het gebruikelijke luistervolume.
  • Pagina 165: Menu's Audio-Installatie

    Menu's audio-installatie Regionale modus OFF (uit): Hiermee kan AUTOMATISCHE een groter gebied worden ontvangen VOLUMEREGELING wanneer naburige regionale netwerken hetzelfde programma uitzenden, maar Indien van toepassing, past de kan leiden tot overschakelen wanneer dit automatische volumeregeling (AVC) het niet het geval is. geluidsvolume aan, om geluiden van de •...
  • Pagina 166: Nieuwsberichten

    Menu's audio-installatie Wanneer een radiostation wordt gevonden wordt de weergave van het geluid hervat; wanneer er geen radiostation wordt gevonden, stemt het systeemautomatisch af op de oorspronkelijke frequentie. Indien geselecteerd wordt 'AF' op het display weergegeven. • Druk op de MENU toets. •...
  • Pagina 167: Cd-Speler

    CD-speler CD AFSPELEN VERSNELD VOORUIT/ACHTERUIT N.B.: Tijdens het afspelen wordt de CD, het nummer en de verstreken tijd van het • Houd de zoeken omlaag of omhoog nummer op het display weergegeven. toets ingedrukt om achteruit of vooruit binnen de nummers op de CD te Druk tijdens radio-ontvangst eenmaal op gaan.
  • Pagina 168: Cd-Nummers Herhalen

    CD-speler Type 2 CD-NUMMERS HERHALEN • Druk op functietoets 3. Type 1 • Wanneer een MP3-CD wordt • Druk op de toets MENU en selecteer afgespeeld, bestaan de opties uit CD MODE. SCANNEN van de hele CD of van alleen de nummers in de map. Door •...
  • Pagina 169 CD-speler Elke folder kan maximaal 8 bomen • Wanneer u de extensie “.MP3” aan bevatten. een ander bestand dan een MP3 bestand toevoegt, herkent de speler Denk aan deze beperkingen voor Joliet het bestand niet correct en zal deze of Romeo in het geëxpandeerde format een geluid genereren dat uw wanneer u de software voor uw luidsprekers kan beschadigden.
  • Pagina 170 CD-speler N.B.: Een map die geen MP3 bestand • Wanneer een deel van ID3 tag ver.2 bevat wordt overgeslagen. (aan het begin van het nummer) wordt overgeslagen, wordt geen geluid Tip voor het afspelen:om de weergegeven. Sla veranderingen in gewenste volgorde van afspelen aan te tijd over afhankelijk van de capaciteit duiden, moet vóór de map of de van ID3 tag ver.2.
  • Pagina 171: Mp3 Weergave-Opties

    CD-speler N.B.: Hierdoor wordt niet de CD MP3 WEERGAVE-OPTIES uitgeworpen; het weergeven van de CD wordt alleen onderbroken op de plaats N.B.: Bij units van type 1 kan het nodig waar de weergave van de radio werd zijn meerdere keren op de toets INFO te hervat.
  • Pagina 172: Ingangsaansluiting (Aux In) Ingangsaansluiting (Aux In)

    Ingangsaansluiting (AUX IN) INGANGSAANSLUITING (AUX IN) N.B.: Stel voor optimale prestaties bij het afspelen van een extra apparaat het volume daarvan hoog. Hierdoor worden storingen gereduceerd wanneer het apparaat wordt aangesloten op de aansluiting voor de sigarenaansteker in de auto. Via de extra ingang (AUX IN), indien aanwezig, kan een extra apparaat zoals een MP3-speler op de audio-installatie...
  • Pagina 173: Storingen Verhelpen Audio-Installatie

    Storingen verhelpen audio-installatie STORINGEN VERHELPEN AUDIO-INSTALLATIE Display van de audio-instal- Rectificatie latie CONTROLEER CD Algemeen bericht voor storingen tijdens het afspelen van een CD, zoals 'cannot read the CD' (kan CD niet lezen), 'data-CD inserted' (data-CD aangebracht), enz. Controleer of de CD is aangebracht met de juiste zijde naar boven is gekeerd.
  • Pagina 174: Telefoon

    Dit bestand wordt een SIS-bestand genoemd en kan vanaf de Ford website In dit hoofdstuk worden de functies en www.ford-mobile-connectivity.com eigenschappen van het handsfree worden gedownload.
  • Pagina 175: Setup Bluetooth

    Telefoons die in het systeem zijn 3. Zoek het audiosysteem op. opgeslagen zijn met behulp van de 4. Selecteer Ford Audio. telefoonlijst op de audiounit toegankelijk. 5. Voer het op de voertuigdisplay N.B.: Er kunnen maximaal zes apparaten weergegeven codenummer in met worden gekoppeld.
  • Pagina 176: Bedieningselementen Telefoon

    Telefoon Bellen N.B.: Als de audiounit wordt uitgeschakeld, wordt een telefoongesprek Een nummer kiezen m.b.v. verbroken. Wanneer de contactsleutel in spraakbesturing de stand '0' wordt gezet, blijft de telefoonverbinding behouden. Telefoonnummers kunnen m.b.v. spraakbesturing worden gekozen. Zie BEDIENINGSELEMENTEN Commando’s telefoon (bladzijde 186). TELEFOON Een nummer kiezen m.b.v.
  • Pagina 177 Telefoon N.B.: Als u bij het kiezen van een 1. Druk op de toets PHONE. telefoonnummer een onjuist cijfer intoetst, 2. Druk op de toets OK. druk dan op functietoets 3 om het laatste 3. Druk op functietoets 2. cijfer te wissen. Wanneer de toets lang wordt ingedrukt, wordt de complete serie Een inkomend gesprek cijfers gewist.
  • Pagina 178 Telefoon Microfoon dempen N.B.: Het is mogelijk om tijdens een gesprek de microfoon te dempen. Tijdens het dempen verschijnt er een bevestiging op het display. Druk op functietoets 1. Druk nogmaals op de toets om deze functie uit te schakelen. Van actieve telefoon veranderen N.B.: Voordat telefoons kunnen worden...
  • Pagina 179: Spraaksturing

    Spraaksturing Reactie van het systeem WERKING Wanneer u een gesproken commando LET OP geeft, antwoordt het systeem telkens met een piep wanneer het gereed is om door Door gebruik van het systeem bij te gaan. uitgeschakelde motor wordt de accu ontladen.
  • Pagina 180: Commando S Audio-Unit

    Spraaksturing Spraaklabel Short cuts Er zijn een aantal gesproken woorden Het spraaklabel kan de telefoon, de (short cuts) mogelijk, waarmee u enkele audio-installatie en het navigatiesysteem functies van de auto kunt regelen zonder ondersteunen door gebruik te maken van het complete commandomenu te hoeven de "STORE NAME"...
  • Pagina 181 Spraaksturing "CD PLAYER" "REPEAT FOLDER" "REPEAT TRACK" "REPEAT OFF" * Kan als short cut worden gebruikt. ** Alleen beschikbaar als de CD audiogegevensbestanden bevat, zoals MP3 of WMA. Muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op de CD kiezen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CD PLAYER"...
  • Pagina 182 Spraaksturing "RADIO" "HELP" "AM" "FM" "TUNE NAME" "DELETE NAME" "DELETE DIRECTORY" "PLAY DIRECTORY" "STORE NAME" "PLAY" * Kan als short cut worden gebruikt. Afstemfrequentie Met deze functie kunt u met gesproken commando's afstemmen op radiostations. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO"...
  • Pagina 183 Spraaksturing • "Five thirty one" (531) Naam opslaan • "Nine hundred" (900) Wanneer u op een radiostation hebt afgestemd, kunt u deze met een naam • "Fourteen forty" (1440) in het bestand opslaan. • "Fifteen zero three" (1503) • "Ten eighty" (1080) Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt...
  • Pagina 184 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "YES" "DELETED" "NO" "COMMAND CANCELLED" Bestand afspelen Met deze functie kunt u het systeem alle opgeslagen radiostations laten opnoemen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "RADIO" "RADIO" "PLAY DIRECTORY" "PLAY <DIRECTORY>" Bestand wissen Met deze functie kunt u alle opgeslagen radiostations wissen.
  • Pagina 185 Spraaksturing Externe apparaten - USB Overzicht Het onderstaande overzicht toont de Deze gesproken commando's beschikbare gesproken commando's. De ondersteunen de functionaliteit van een volgende lijsten bieden aanvullende extern USB-apparaat dat op de audiounit informatie over het complete kan worden aangesloten. commandomenu aan de hand van gekozen voorbeelden.
  • Pagina 186 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "USB" "USB" "PLAY" USB-muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op het USB-apparaat kiezen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "EXTERNAL DEVICE" "EXTERNAL DEVICE" "USB" "USB" "TRACK" "TRACK NUMBER PLEASE" "TRACK <nummer>" "<een getal tussen 1 en 99>" * Getallen kunnen ook als max.
  • Pagina 187 Spraaksturing "EXTERNAL DEVICE", "IPOD" "REPEAT TRACK" "REPEAT OFF" * Kan als short cut worden gebruikt. ** Aan door spraakbesturing geactiveerde afspeellijsten moeten specifieke bestandsnamen worden toegewezen. Zie Algemene informatie (bladzijde 193). iPod-muzieknummer U kunt direct een muzieknummer op de iPod kiezen in de lijst met alle titels. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt...
  • Pagina 188: Commando S Telefoon

    Spraaksturing Overzicht COMMANDO’S TELEFOON Het onderstaande overzicht toont de Telefoon beschikbare gesproken commando's. De volgende lijsten bieden aanvullende Met uw telefoonsysteem kunt u een extra informatie over het complete telefoonboek aanleggen. De opgeslagen commandomenu aan de hand van nummers kunnen met behulp van Voice gekozen voorbeelden.
  • Pagina 189 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "STORE NAME" "STORE NAME" "NAME PLEASE" "<naam>" "REPEAT NAME PLEASE" "<naam>" "STORING NAME" "<naam> STORED" "NUMBER PLEASE" "<telefoonnummer>" "<telefoonnummer>" "STORE" "STORING NUMBER" "<telefoonnummer>" "NUMBER STORED" Naam wissen Opgeslagen namen kunnen ook uit het bestand worden gewist.
  • Pagina 190 Spraaksturing Bestand wissen Met deze functie kunt u alle ingevoerde gegevens in één keer wissen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "DELETE DIRECTORY" "DELETE DIRECTORY" "CONFIRM YES OR NO" "YES" "DIRECTORY DELETED" "NO" "COMMAND CANCELLED" Telefoonfuncties Naam mobiele telefoon Met deze functie kunt u met een spraaklabel toegang krijgen tot de in uw mobiele telefoon opgeslagen...
  • Pagina 191 Spraaksturing Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CORRECTION" "<laatste deel van nummer herhalen> CONTINUE?" * Kan als short cut worden gebruikt. Naam kiezen Nadat het spraaklabel is uitgesproken kunnen telefoonnummers worden gekozen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "TELEFOON" "TELEFOON" "NAME PLEASE" "DIAL NAME"...
  • Pagina 192: Commando'sklimaatregeling

    Spraaksturing DTMF ('Tone' instelling) N.B.: DTMF kan alleen worden gebruikt tijdens een telefoongesprek. Druk op de Met deze functie worden gesproken toets VOICE en wacht op de getallen in DTMF-tonen omgezet. Voor systeemprompt. bijvoorbeeld het op afstand bedienen van Kan alleen worden gebruikt op auto's met het antwoordapparaat bij u thuis of voor een aparte toets VOICE.
  • Pagina 193 Spraaksturing "CLIMATE" "HELP" "FAN" "DEFROSTING/DEMISTING ON" "DEFROSTING/DEMISTING OFF" "TEMPERATURE" "AUTO MODE" * Kan als short cut worden gebruikt. Bij auto's met een Engelse taalmodule is de short cut "FAN" niet beschikbaar. Aanjager Met deze functie kunt u het aanjagertoerental instellen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt...
  • Pagina 194 Spraaksturing Ontdooien/ontwasemen Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CLIMATE" "CLIMATE" "DEFROSTING ON/DEMISTING "DEFROSTING ON/DEMISTING ON" ON" "DEFROSTING OFF/DEMISTING "DEFROSTING OFF/DEMISTING OFF" OFF" * Kan als short cut worden gebruikt. Temperatuur Met deze functie kunt u de temperatuur instellen. Stappen Gebruiker zegt Systeem antwoordt "CLIMATE"...
  • Pagina 195: Verbinding

    MP3-spelers met USB-aansluiting Breng geen USB-hubs of -splitters aan. • iPod mediaspelers (ga naar www.ford-mobile-connectivity.com voor de nieuwste compatibiliteitslijst). N.B.: Het systeem is alleen ontworpen voor het herkennen en lezen van Het systeem is USB 2.0 Full Speed geschikte audiobestanden van een compatibel, USB 1.1 Host Compliant en...
  • Pagina 196: Extern Apparaat Aansluiten

    USB-kabel en een aparte 3,5 mm Maak afspeellijsten met de naam audiokabel. Wanneer gebruik wordt "Ford<*>", waar <*> een cijfer tussen 1 gemaakt van deze methode moet het en 10 is voor het inschakelen van volume van de iPod op maximum worden...
  • Pagina 197: Usb-Apparaat Gebruiken

    Verbinding Druk eenmaal op de pijltjestoets USB-APPARAAT omhoog/omlaag of de OK toets om door GEBRUIKEN de inhoud van het apparaat te bladeren. De display toont de nummerinformatie en Verschillende pictogrammen worden de volgende andere belangrijke gebruikt voor het herkennen van informatie: verschillende audiobestanden, mappen enz.
  • Pagina 198: Ipod Gebruiken

    Verbinding Houd de toetsen ingedrukt om snel Algemene categorie iPod achteruit/vooruit door een nummer te gaan. E100036 Algemeen mediabestand iPod Gebruik de functietoetsen om willekeurig afspelen en herhaald afspelen in te E100037 schakelen voor mappen en afspeellijsten. Druk op functietoets 3 om het volledige Bediening apparaat, de huidige map of een Selecteer de iPod als audiobron door...
  • Pagina 199 Verbinding Gebruik voor het navigeren door de inhoud van de iPod de pijltjestoets omhoog/omlaag om door de lijsten te bladeren en de pijltjestoets links/rechts om binnen de structuur omhoog of omlaag te bladeren. Druk op de OK toets om afspelen te selecteren nadat het gewenste nummer, album, genre of de gewenste afspeellijst of artiest is gemarkeerd.
  • Pagina 200 Het woord, het merk en de logo's weg van elektronische modules en Bluetooth zijn eigendom van Bluetooth airbags. SIG Inc. en de Ford Motor Company mag dergelijke merktekens onder licentie gebruiken. Namen van andere producten en bedrijven kunnen handelsmerken of handelsnamen van de respectieve eigenaren zijn.
  • Pagina 201 Bijlagen E85998 Frequentie- Maximum uitgangsvermogen Antenneplaatsen band MHz in watt (piek RMS) 1 – 30 50 W 3, 8 30 – 54 50 W 2, 3 68 – 87,5 50 W 1, 2, 3, 4, 5 142 – 176 50 W 1, 2, 3, 4, 5 380 –...
  • Pagina 202 Bijlagen N.B.: Controleer na het monteren van een RF zender of deze niet de overige elektrische uitrusting in de wagen stoort, zowel in de standby- als in de zendmodus. Controleer alle elektrische uitrusting: • met het contact AAN • bij draaiende motor •...
  • Pagina 203 Index Automatische klimaatregeling....77 Airconditioning in- en uitschakelen....79 Automatische airconditioning Aan/uit toets...........160 uitschakelen..........79 Aanhangers trekken......105 Gerecirculeerde lucht........79 Aansluiting Auxiliary ingang (AUX IN) Luchtverdeling..........78 ..............85 Temperatuur instellen........78 Aansluitpunten van de accu ....135 Ventilator............78 Aansteker..........83 Voorruit ontdooien en ontwasemen..78 Accessoires Automatische transmissie.....94 Zie: Onderdelen en accessoires....7 Aanwijzingen voor het rijden met een Accu van de auto........134 automatische transmissie......95...
  • Pagina 204 Index Batterij van afstandsbediening Commando s klimaatregeling.....190 vervangen..........30 Airconditioning..........190 Commando s telefoon......186 Afstandsbediening met inklapbaar sleutelblad..........30 Een telefoonboek aanleggen....186 Afstandsbediening zonder inklapbaar Hoofdinstellingen........190 sleutelblad..........31 Telefoon............186 Bedieningselementen telefoon...174 Telefoonfuncties.........188 Componenten van veiligheidssysteem Afstandsbediening........174 Bekerhouders..........83 inspecteren..........108 Belangrijke audio-informatie....154 Veiligheidsgordels........108 Controle koelvloeistofpeil CD etiketten..........154 Labels op de audio-installatie....154 Zie: Motorkoelvloeistof controleren..127 Bergen van de auto.......117...
  • Pagina 205 Index Een wiel vervangen.......136 Gebruik maken van stabiliteitsregeling.........98 Boordkrik............136 Gebruik van de sleutel......30 Kriksteunpunten..........137 Wiel aanbrengen.........140 Afstandsbediening met inklapbaar Wielslotmoeren...........136 sleutelblad..........30 Gebruik van sneeuwkettingen....146 Wiel verwijderen..........139 Een zekering vervangen......109 Uitvoeringen met stabiliteitsregeling Eerstehulpset.........107 (ESP)............146 Elektrisch bedienbare ruiten....56 Gebruik van startkabels.......134 Antiklemfunctie..........56 Hulpstartkabels aansluiten......134 Geheugen van de elektrisch bedienbare...
  • Pagina 206 Index Handmatig verstelbare stoelen.....81 Hellingshoek van de rugleuning instellen............82 Katalysator..........91 Hoogte van de bestuurdersstoel Parkeren............91 verstellen............81 Rijden met een auto met katalysator..91 Lendensteun instellen........81 Kindersloten..........24 Rugleuning naar voren klappen....82 Kinderzitjes..........18 Stoelen naar voren of naar achteren Kinderzitjes voor verschillende schuiven.............81 gewichtsgroepen........18 Handrem Kleine lakschade repareren....133...
  • Pagina 207 Onderdelen en accessoires....7 Regeling functie verkeersinformatie......162 Kijk voor het Ford logo op de volgende onderdelen..........8 Verkeersberichten beëindigen....162 Nu kunt u er zeker van zijn dat uw Ford Verkeersberichten inschakelen....162 onderdelen Ford onderdelen zijn.....7 Volume van de verkeersberichten..162 Onderhoud..........119 Regionale modus (REG)......163 Reinigen van binnenzijde auto....133...
  • Pagina 208 Index Specificatie-overzicht zekeringen..110 Zekeringenkast in de motorcompartiment.......110 Setup Bluetooth........173 Zekeringenkast passagiersruimte - Type Eisen voor een Bluetooth verbinding..173 1..............112 Telefoons bedienen........173 Zekeringenkast passagiersruimte - Type Setup telefoon........172 2..............114 Een andere Bluetooth telefoon Spiegels aanmelden..........173 Zie: Ruiten en spiegels........56 Telefoonboek..........172 Zie: Verwarmde ruiten en spiegels....79 Telefoonboekcategorieën......172 Spraakgestuurd regelsysteem Van een telefoon een actieve telefoon...
  • Pagina 209 Index Telefoon..........172 Vergrendelen en ontgrendelen....32 Algemene informatie........172 Automatisch opnieuw vergrendelen..33 Tips voor het rijden met ABS Bevestiging van het vergrendelen en Zie: Tips voor rijden met ABS......97 ontgrendelen..........32 Tips voor het rijden........106 Centrale vergrendeling........32 Tips voor rijden met ABS......97 De portieren van binnenuit vergrendelen Transport..........104 en ontgrendelen........33 Algemene informatie........104...
  • Pagina 210 Index Voorste mistlampen........47 Winterbanden Zie: Gebruik van winterbanden....146 Waarschuwings- en indicatielampen........60 Zekeringen..........109 Zitverhogers..........21 Berichtenindicator........63 Controlelamp 'Vorst'........62 Kinderzitje (groep 2)........21 Controlelamp ABS........61 Zitverhoger (groep 3)........21 Zonnekleppen.........83 Controlelamp airbag........61 Controlelamp automatische snelheidsregeling........61 Controlelamp Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP)........64 Controlelampen motor........62 Controlelamp grootlicht......63 Controlelamp koplampen......62 Controlelamp laadstroom......62 Controlelamp laag brandstofniveau..63 Controlelamp maximum...
  • Pagina 212 Feel the difference...

Inhoudsopgave