WAARSCHUWING
-
Let er bij de vervanging van de
banden op dat u nooit een
diagonaalband combineert met
een radiaalband. Deze combi-
natie kan tot besturings- en/of
stabiliteitsproblemen leiden.
-
Combineer geen banden van
verschillende types en/of ma-
ten op dezelfde as.
-
De voorbanden en de achter-
banden moeten telkens van
hetzelfde merk en hetzelfde
type zijn.
-
Let erop dat u banden met een
unidirectioneel profiel in de
juiste draairichting monteert.
-
Radiaalbanden moeten als
complete set worden gemon-
teerd.
Inspectie wiellagers
Plaats het voertuig op een vlakke
ondergrond.
Schakel het remslot in.
Trek het voertuig op.
Zet het voertuig vast op kriksteu-
nen.
Duw en trek aan de bovenrand van
de wielen om de speling te voelen.
Raadpleeg een erkende Can-Am
dealer als u enige speling vaststelt.
TYPISCH
ONDERHOUDSPROCEDURES
Wielen afnemen en monteren
Plaats het voertuig op een vlakke
ondergrond.
Schakel het remslot in.
Draai de wielmoeren los en hef het
voertuig op.
Zet het voertuig vast op kriksteu-
nen.
Verwijder de moeren en dan het
wiel.
Breng bij de installatie wat smeer-
middel tegen het vastvreten op de
schroefdraad aan.
Draai telkens twee tegenoverliggen-
de moeren voorzichtig aan en draai
ze daarna aan tot hun definitieve
moment.
AANDRAAIMOMENT VAN DE
WIELMOEREN
100 N m ± 10 N m
OPMERKING: Af en toe moet u de
wielmoeren verwijderen en wat
smeermiddel tegen het vastvreten
op de wielbouten aanbrengen, om
ze later gemakkelijker te kunnen
verwijderen. Dit is vooral belangrijk
wanneer het voertuig in een zout-
wateromgeving of in modder wordt
gebruikt. Verwijder één moer tege-
lijk, smeer de tap en span de moer
weer aan.
OPMERKING
wielmoeren die per type wiel zijn
aanbevolen. Het gebruik van an-
dere moeren kan schade aan de
velgen veroorzaken.
Ophanging
Smering voorophanging
Smeer de voorste A-armen bij de
smeerpunten.
Gebruik altijd de
119