Figuur 24
1. Afvoerafsluiter
2. Dopmoer (1/4 inch)
4. Zet de uitworpafsluiter vast aan de onderste lip van
het maaidek met twee bouten (1/4 x 2-1/2 inches)
en twee dopmoeren (1/4 inch) zoals wordt getoond
in Figuur 24.
Opmerking: Draai de moeren niet te strak
aan. Hierdoor kan de afsluiter vervormen en in
aanraking met de messen komen.
Tips voor bediening en
gebruik
Snel-stand gashendel
Voor een optimaal maairesultaat en een maximale
luchtcirculatie moet u de gashendel op Snel zetten.
Om het gras goed af te maaien is lucht nodig; zet
de maaihoogte dus niet te laag en zorg ervoor dat
het maaidek niet helemaal door ongemaaid gras is
omgeven. Probeer altijd één zijkant van de machine vrij
van ongemaaid gras te houden, zodat lucht kan worden
aangezogen.
3. Bout (1/4 x 2-1/2 inch)
Wanneer u een gazon voor de eerste
keer maait
Laat het gras iets langer dan normaal, om te voorkomen
dat oneffenheden in het gras volledig worden
weggemaaid. In het algemeen kan het best de voorheen
gebruikte maaihoogte worden gekozen. Als u gras
van meer dan 15 cm lang gaat maaien, kunt u het best
in twee keer maaien om een goed maairesultaat te
verkrijgen.
1/3 van de lengte van het gras afmaaien
Aanbevolen wordt niet meer dan ongeveer 1/3 van de
lengte van het gras af te maaien. Meer afmaaien wordt
afgeraden, tenzij het gras dun is, of in de late herfst,
wanneer het gras langzamer groeit.
Maairichting
Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat
het gras rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een
betere verspreiding van het maaisel, wat de vertering en
bemesting ten goede komt.
Maai met de juiste regelmaat
Normaal gesproken moet u om de vier dagen maaien.
Houd er echter rekening mee dat gras niet het hele jaar
door even snel groeit. Om dezelfde maaihoogte te
behouden, wat een goede gewoonte is, moet u in het
vroege voorjaar vaker maaien. Als de groeisnelheid in
de zomer afneemt, maait u minder vaak. Als u langere
tijd niet hebt kunnen maaien, maait u eerst op een
hoge maaistand. Maai twee dagen later op een lagere
maaistand.
Maaisnelheid
Om de maairesultaten te verbeteren, moet u maaien
bij een lagere rijsnelheid.
Gras niet te kort afmaaien
Als de maaibreedte van het maaidek groter is dan die
van het maaidek dat u voorheen gebruikte, zet u de
maaihoogte één stand hoger. Hierdoor voorkomt u dat
oneffenheden te kort worden afgemaaid.
Lang gras
Als u het gras iets langer dan normaal hebt laten
groeien of als het een hoog vochtgehalte heeft, moet u
de maaihoogte hoger dan normaal instellen en het gras
op deze hoogte maaien. Daarna het gras op de lagere,
normale hoogte maaien.
23