Installatie in bedrijf nemen
A
A
Afb. 4
Rookgasklep controleren
Indien voorhanden: Motorisch gestuurde rookgasklep
(accessoire rookgascascade) controleren.
Max. warmtevermogen reduceren (indien vereist)
Indien nodig kan het maximale warmtevermogen van
de brander gereduceerd worden.
Bedieningseenheid op de branderautomaat
Status
Service
R
S
Afb. 5
Volgende toetsen indrukken:
1. S langer dan 2 s ingedrukt houden,
2.
tot onder "Service" "6" verschijnt.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
(vervolg)
5. Instelling luchtdrukbewaker 1
■
Nominaal vermogen 800 kW: 2 mbar (0,2 kPa)
■
Nominaal vermogen 1000 kW: 4 mbar (0,4 kPa)
6. Hoofdschakelaar inschakelen (deze bevindt zich
buiten de installatieruimte).
7. Netschakelaar aan de bedieningseenheid van de
regeling inschakelen.
Opmerking
Bij de eerste inbedrijfstelling kan het toestel in sto-
ring gaan omdat er nog lucht in de gasleiding
zit: "Branderstoring" en
play
Gasleiding nogmaals ontluchten.
■
Brander ontgrendelen:
■
ter bevestiging van de storingsmelding
om de brander te ontgrendelen.
8. Afdichtingen en afsluitingen controleren en indien
nodig aantrekken.
Opmerking
Advies: Alle aansluitingen aan verwarmingswater-
zijde na circa 500 bedrijfsuren op dichtheid contro-
leren. zie pagina 11.
In spanningsloze toestand (stekker
gasklep gesloten zijn.
3. S ter bevestiging, onder "Status" verschijnt 6 en
onder "Service" "1".
4. S indrukken, onder "Status" verschijnt "1".
Onder "Service" wordt de actuele waarde voor het
maximale warmtevermogen in % weergegeven.
5. Met
instellen.
6. S ter bevestiging. Bij een geslaagde overname ver-
schijnt onder "Service" "1", bij een mislukte over-
name "0".
7. S om naar de werkingsindicatie te gaan.
knippert.
8. R, een nieuwe systeemstart wordt in gang gezet.
A
Bedieningshandleiding Vitotronic
verschijnt in het dis-
of
het gewenste max. warmtevermogen
controleren:
) moet de rook-
gD
15