6. BIJLAGEN
Bijlage А
Foutmeldingen welke op de display van het brandmeldpaneel verschijnen.
Tekst van de melding
Alarm
Luselement type fout
Luselement storing
Dubbel adres
Vooralarm
Evacuatie
Storing ingang luselement
Storing uitgang luselement
Storing signaalgever
Storing in uitgang STORING
Storing in uitgang BRAND
Storing in uitgang BRANDALARM
Uitgeschakeld luselement
Storing in de meetkamer
Melder vervuild
Testmode brand
Signaal geblokkeerd
Signaal hoog
Drift/Calibr waarschuwing
Aardfout
Accu spanning laag
Voedingsstoring
Accu niet aanwezig
230V niet aanwezig
Signaalgever storing
AUX24V storing
AUX12V storing
Randapparaat storing
Randapparaat type fout
Externe storing voeding
Externe voeding niet aanwezig
Zone uitgeschakeld
Zone in test
Signaalgever uitgeschakeld
Brandweer uitgang uitgeschakeld
Brandalarm uitgang uitgeschakeld
Storing uitgang uitgeschakeld
76
Brand vastgesteld door een sensor
Op het adres is een element van een type gevonden dat anders is als verwacht.
Het element antwoordt niet (verdwenen of beschadigd).
Elementen met hetzelfde adres in de lus.
Brand vastgesteld door een sensor in een zone 2 ELEMENTEN.
Alarm toets of Evacuatie toets op het paneel geactiveerd.
Storing aan de ingang van een luselement.
Storing aan de uitgang van een luselement.
Storing aan de uitgang voor signaalgevers (kortsluiting of onderbreking).
Storing aan de uitgang voor fouten (kortsluiting of onderbreking).
Storing aan de uitgang Brand (kortsluiting of onderbreking).
Storing aan de uitgang Brandalarm (kortsluiting of onderbreking).
Het luselement is uitgeschakeld.
Storing in de kamer van de sensor.
Vervuilde kamer van de sensor.
Brand vastgesteld door een sensor in een zone in test.
Geblokkeerd signaal van een lineair sensor.
Te sterk signaal van lineair sensor.
De limiet van sensor compensatie bereikt.
Resistieve verbinding tussen een signaal en aarde < 10к.
De spanning van de batterij is te laag.
Storing in het voedingsapparaat.
Accu kan niet gevonden worden.
Systeem wordt niet gevoed.
Storing aan de uitgang voor signaalgevers (kortsluiting of onderbreking).
Kortsluiting (geen voeding).
Kortsluiting (geen voeding).
Het apparaat antwoordt niet (verdwenen of beschadigd).
Op het adres is een apparaat van een type gevonden dat anders is als verwacht.Op-
merking: Na de reparatie wordt de melding automatisch verwijderd.
Probleem in de externe voeding (accu spanning laag, accu niet aanwezig, storing in het
voedingsapparaat, hoofdvoeding niet aanwezig of aardfout).
Externe voeding niet aanwezig.
De zone is uitgeschakeld.
De zone bevindt zich in testmode.
De signaalgevers zijn uitgeschakeld.
De brandweer uitgang is uitgeschakeld.
De brandalarm uitgang is uitgeschakeld.
De storing uitgang is uitgeschakeld.
Analoog adresseerbare Brandmeldcentrale ATENA - Gebruikershandleiding Installatie en programmering
Beschrijving