Om de ontruimings-instellingen te programmeren, druk op de toets "ANDERS " in het venster "Mode Signaalgevers".
Een nieuw display verschijnt waar de volgende parameters kunnen worden gezet:
• Ontruimingsinstellingen – Er zijn drie types instellingen mogelijk die van de lijst (actieve toets naast het veld) kunnen
worden gekozen:
- Flitslicht – in het geval van een alarmsignaal worden de adresseerbare signaalgevers die aangesloten zijn aan
de paneellussen, alleen voor lichtsignalering geactiveerd (dat geldt voor 41SAI000 De signaalgever-uitgangen van de
PCB worden niet geactiveerd.
- Geluid - in het geval van een alarmsignaal worden de adresseerbare signaalgevers die aangesloten zijn aan
de paneellussen, alleen voor geluidsignalisatie geactiveerd. De signaalgever-uitgangen van de PCB worden ook geac-
tiveerd.
- Geluid/Flitslicht - in het geval van een alarmsignaal worden de adresseerbare signaalgevers die aangesloten
zijn aan de paneellussen, voor licht- en geluidsignalisatie geactiveerd. De signaalgever-uitgangen van de PCB worden
ook geactiveerd.
• Ontruiming cyclus – Instelling voor de cyclische herhaling van de geluidsignalering in de Ontruimingsmode. Deze
wordt typisch gebruikt bij de verbinding van het systeem voor geluidsignalering met het ATENA paneel. De instelling
heeft twee parameters, door welke de tijdsintervallen worden gezet:
- AAN – Een tijdsinterval van 1 tot 600 seconden kan worden ingevoerd.. Tijdens het geprogrammeerde interval
in de Evacuatiemode werken de signaalgevers welke aangesloten zijn aan het paneel, met de in de Ontruiming-instellin-
gen geprogrammeerde optie – bijvoorbeeld, wanneer de mode GELUID/FLITSLICHT gezet is, worden de signaalgevers
voor geluid- en flitslichtsignalering geactiveerd.
- UIT – Een tijdsinterval van 1 tot 600 seconden kan worden ingevoerd. Tijdens het geprogrammeerde interval
in de Evacuatiemode werken de signaalgevers alleen in de FLITSLICHT mode.
ATTENTIE: De functie "Ontruiming cyclus" is actief alleen dan wanneer tijdsintervallen anders als 0 voor AAN
en UIT ingevoerd zijn. Als voor een van de opties 0 ingevoerd is, zal de functie inactief zijn.
Bijvoorbeeld: De mode (Ontruiming-instellingen) is op GELUID/FLITSLICHT gezet en de tijden van de Ontruiming cy-
clus zijn voor AAN: 30 sec. en voor UIT: 40 sec.
In "Ontruiming" – mode werkt het systeem met de gezette instellingen als volgt: De sirenes maken geluid (met toon
Ontruiming) en lichten flitsen 30 seconden lang, daarna blijven de lichten 40 seconden lang alleen flitsen. De cyclus
wordt herhaald tot het systeem hersteld wordt of als op de toets "Stop alarm" wordt drukt.
Alle wijzigingen worden met "Opslaan" in de linkerbovenhoek van de display opgeslagen
3.7.5 Handbrandmelder Mode
Deze mode wordt door de knop "Handbrandmelder Mode" van het menu Paneel in te drukken, zie het fig. display
19. U hebt de mogelijkheid de alarmmode voor de handbrandmelder te kiezen – algemeen of per zone, met welke de
handbrandmelder verbonden is.
• GEMEENSCH. - A general alarm will be activated with no sense of to which zone the call point is been connected.
• ALLE ZONES - Er wordt een alarm voor de zone gegenereerd, aan welke de handbrandmelder aangesloten is.
Figuur display 25 – De mode voor het activeren van de handbrandmelders kiezen.
Analoog adresseerbare Brandmeldcentrale ATENA - Gebruikershandleiding Installatie en programmering
59