-
Startstroom I
S
-
Lasstroom I
1
-
Reductiestroom I
-
Eindstroom I
E
Voor het lasbegin toont het linker digitale scherm de gewenste waarde. Voor I
I
en I
toont het rechter digitale scherm bovendien het %-aandeel van lasstroom
2
E
I
.
1
Na lasbegin toont het linker digitale scherm de actuele werkelijke waarde van de
lasstroom.
De desbetreffende lasparameter in het lasproces wordt in het overzicht Laspara-
meters (10) gevisualiseerd door middel van een verlicht segment
(4)
Linker digitaal scherm
(5)
Weergave HOLD
na het lassen worden telkens de actuele werkelijke waarden van lasstroom en
lasspanning opgeslagen - de Hold-weergave licht op.
De weergave Hold heeft betrekking op de laatst bereikte hoofdstroom I
Hold-weergave gaat uit bij elke verdere interactie met de stroombron.
BELANGRIJK! Er worden geen Hold-waarden getoond als de hoofdstroomfase
niet is bereikt.
(6)
Rechter digitaal scherm
(7)
Weergave Lasspanning
licht op bij geselecteerde parameter I
Tijdens het lassen wordt op het rechter digitale scherm de actuele werkelijke
waarde van de lasspanning getoond.
Voor het lassen toont het rechter digitale scherm
-
0.0 als een van de bedrijfsmodi voor TIG-lassen is geselecteerd
-
de actuele waarde van de nullastspanning als de Setup-parameter tri op 'off'
is ingesteld of als de bedrijfsmodus Elektrodelassen is geselecteerd (na een
vertraging van 3 seconden; 93 V is ongeveer het gemiddelde van de gepuls-
te nullastspanning)
(8)
Eenhedenweergaven
Weergave s
licht op als de parameters tup en tdown of een van de volgende Setup-parame-
ters zijn geselecteerd:
GPr | GPo | SPt | tAC | t-S | t-E | Hti | Ito | ArC | St1 | St2 | SPb
Weergave Hz
licht op:
als voor de Setup-parameter F-P een waarde voor de pulsfrequentie is ingesteld,
als Setup-parameter F-P is geselecteerd.
2
1
,
S
. De
1
29