6.6.3
Kabel aansluiten zonder kabelschoenen
Afhankelijk van de bestelling kunnen bevestigingsklemmen zijn ingebouwd die geschikt zijn
voor het aansluiten van fijndradige of meeraderige geleiders zonder de toepassing van
eindhulzen. Draadeindhulzen mogen alleen dan worden toegepast, wanneer deze vóór het
aansluiten door een vakkundige, stroombestendige persverbinding op de geleider werden
bevestigd.
LET OP
Oververhitting van de geleideruiteinden
Als het geleideruiteinde niet juist door de draadeindhuls wordt omvat en daarmee verklemd
is, kan oververhitting ontstaan.
● Gebruik per draadeindhuls maar een geleideruiteinde. Bevestig de draadeindhulzen
● Sluit slechts een geleideruiteinde per klem aan.
Handelwijze
Houd de minimale luchtafstanden en het kruiptraject in stand.
1. Open de aansluitkast en snijd de kabel op juiste lengte af.
2. Bereid het kabeleinde volgens de gebruikte kabel en het concrete geval voor. Let erop dat
de kabelaansluiting vrij van externe krachten blijft.
3. De uiteinden van de geleiders dienen zodanig te worden geïsoleerd dat de resterende
isolatie bijna tot aan de bevestigingsklem reikt.
1LE5 AH 400/450
Bedieningshandleiding, 10/2018
vakkundig.
Elektrische aansluiting
6.6 Kabelaansluiting
71