Elektrische aansluiting
6.2 Basisregels
LET OP
Beschadiging van de aansluitkast
Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden aan de aansluitkast kunnen materiële schade tot
gevolg hebben. Om materiële schade aan de aansluitkast te vermijden, dient u de volgende
aanwijzingen in acht nemen:
● Let erop, dat de onderdelen in de aansluitkast niet beschadigd raken.
● In de aansluitkasten mogen geen vreemde objecten, vuil en vocht aanwezig zijn.
● Sluit de aansluitkast stof- en waterdicht af met de originele afdichting.
● Sluit de doorvoeren in de aansluitkast (DIN 42925) en andere open doorvoeren af met O-
● Houd de aanhaalmomenten aan voor de kabelwartels en overige schroefverbindingen.
Opmerking
Servicecenter
Neem contact op met het Servicecenter (Pagina 141) als u ondersteuning bij de inbedrijfstelling
nodig heeft.
6.2
Basisregels
In het algemeen geldt voor de elektrische aansluiting het volgende:
● Breng voor het begin van de werken een veilige verbinding met de beschermleider tot stand.
● Bij kabelinvoer van de aansluitkast kunnen aansluitkabels worden afgedicht en gefixeerd.
● Installeer de aansluitleidingen en vooral de beschermleider in de aansluitkast vrijliggend
en dusdanig dat het schuren van de leidingisolatie wordt vermeden.
● Sluit de machine dusdanig aan dat een duurzame, veilige elektrische verbinding in tact
wordt gehouden. Vermijd afstaande draadeinden.
● Installeer en bevestig extern toegevoerde hulpleidingen afzonderlijk van de hoofdleiding.
Hiervoor zijn eventueel elementen met kabelbinders meegeleverd.
Tabel 6-1
Aansluitkast
TB3R61
1XB1631
1XB7750
58
ringen of geschikte vlakke afdichtingen.
Aansluittechniek (aansluiting met kabelschoen / zonder kabelschoen)
Met kabelschoen (Pagina 70)
Aansluiting
Zonder kabelschoen (Pagina 71)
Bedieningshandleiding, 10/2018
1LE5 AH 400/450