GEBRUIK DE OPHEFFUNCTIE VAN HET AUTOMATISCH RECHTZETTEN
VAN HET PLATFORM ALLEEN OM HET PLATFORM ENIGSZINS RECHT
TE ZETTEN. DOOR EEN VERKEERD GEBRUIK KUNNEN DE LADING EN/
OF DE PERSONEN OP HET PLATFORM VERSCHUIVEN OF VALLEN.
INDIEN DIT NIET WORDT OPGEVOLGD, KAN DIT ERNSTIG OF DODE-
LIJK LETSEL TOT GEVOLG HEBBEN.
9. Opheffen automatisch rechtzetten platform
Met de schakelaar voor het rechtzetten van het platform
kan de machinist eventuele verschillen in het automati-
sche rechtzetsysteem compenseren wanneer de grond-
bedieningsschakelaar omhoog of omlaag wordt gezet.
10. Gelede jib (indien aanwezig)
Met de jib-hefschakelaar wordt de gelede jib geheven of
neergelaten wanneer de schakelaar omhoog of omlaag
wordt gezet.
11. Brandstofkeuze (alleen bij motor voor twee soorten
brandstof) (indien aanwezig)
Benzine of LPG kan gekozen worden door de schake-
laar in de betreffende stand te zetten. Het is niet nodig
het brandstofsysteem te reinigen voordat van brandstof
wordt gewisseld; er is dus geen wachttijd wanneer van
brandstof wordt gewisseld terwijl de motor draait.
3122568
HOOFDSTUK 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS
12. Werklichten (indien aanwezig)
Met de schakelaar op de lamp worden de werklichten
bediend als de machine hiermee is uitgerust. De voe-
dings/noodstopschakelaar moet aan staan (paddestoel-
vormige knop uitgetrokken), maar het contactslot hoeft
niet aan te staan om de lichten te kunnen bedienen; u
dient er dus voor te zorgen dat de accu niet leegloopt
als de machine onbeheerd wordt achtergelaten. De voe-
ding naar alle lichten kan worden uitgeschakeld met de
hoofdschakelaar en/of het contactslot op het grondbe-
dieningspaneel.
13. Stuurkeuze (indien aanwezig)
Als de machine is uitgerust met vierwielbesturing, kan
de werking van het stuursysteem door de machinist
worden geselecteerd. Met de middelste stand van de
schakelaar is conventionele voorwielbesturing mogelijk,
zonder beïnvloeding van de achterwielen. Dit is de beste
stand voor normaal rijden bij maximale snelheid. De
vooruit-stand is bedoeld voor de "hondegang". In deze
modus worden zowel de voor- als achterassen in
dezelfde richting gestuurd, waardoor het chassis zij-
waarts naar voren kan bewegen. Deze functie kan wor-
den gebruikt om de machine in nauwe doorgangen of
tegen gebouwen te plaatsen. De terug-stand is bedoeld
voor "gecoördineerd" sturen. In deze modus worden de
voor- en achterassen in tegenovergestelde richting
– JLG Hoogwerker –
3-13