Reiniging en onderhoud
Reinig de ovenruimte met een mild rei-
nigingsmiddel of met een sopje van af-
wasmiddel. Gebruik daarvoor een
doek, een zachte spons of een zachte
borstel. Wrijf de ovenruimte vervolgens
met een zachte doek droog.
Mochten de verontreinigingen zijn aan-
gekoekt, reinig de ovenruimte dan met
een afwassponsje en een niet-schurend
reinigingsmiddel of met een reinigings-
middel voor roestvrij staal.
Gebruik geen schuurmiddelen, om-
dat deze krassen veroorzaken.
Neem bij gebruik van ovenspray de
aanwijzingen van de desbetreffende
fabrikant in acht. Spuit de spray niet
in de openingen!
Neem de ovenruimte niet met een te
natte doek af, anders kan er water in de
openingen komen.
Verontreinigingen, zoals vruchtensap
en deeg, kunt u het best verwijderen
als de oven nog warm is.
Overgelopen vruchtensap kan blij-
vende verkleuringen tot gevolg hebben.
56
Glazen bodemplaat
De glazen bodem kan uit het apparaat
worden gehaald als u de glasplaat wilt
reinigen.
^ Steek de bijgeleverde spatel tussen
de glazen bodemplaat en de rand
van de oven.
^ Haal de spatel voorzichtig naar u toe
en til de glazen plaat met uw andere
hand op.
^ Trek de plaat eruit.
^ Reinig de bodemplaat in de afwas-
automaat of met de hand. Leg de
plaat op een vlakke, schone onder-
grond als u de plaat met de hand rei-
nigt. U voorkomt zo dat de plaat be-
schadigd raakt. Gebruik geen schu-
rende reinigingsmiddelen, anders
kunnen er krassen ontstaan.