Na het beëindigen van de werkzaamheden moet u (zie
figuur 2 en 9):
· De kraan terug sluiten met behulp van de draaiknop 8.
· De borstels opheffen door de handel 7 naar
beneden te brengen.
· De vloerveger opheffen door de handel 11 naar
beneden te brengen.
· De motor van de borstels uitschakelen door de
schakelaar 6 op de stand "STOP" te brengen.
· De aanzuigmotor uitschakelen door de schakelaar
3 op de stand "STOP" te brengen.
· De machine rijden naar de plaats voorzien voor de
afvoer van de oplossing.
· De keuzeschakelaar voor opstarting met sleutel 2
op de stand "0" draaien.
· De afvoerslang 13 uit haar invoegplaats schuiven, de dop 1 losdraaien en het
recuperatiereservoir ledigen.
OPGELET!
Gebruik handschoenen tijdens de uitvoering van deze werkzaamheden ter bescherming tegen
gevaarlijke oplossingen.
· Was de borstel zorgvuldig onder een waterstraal.
· Was de vloerveger zorgvuldig onder een waterstraal.
HANDELINGEN UIT TE VOEREN NA DE
BEËINDIGING VAN HET WERK
Reiniging van het recuperatiereservoir (figuur 10)
·
Ledig het recuperatiereservoir volledig zoals
voorheen beschreven staat.
· Schuif het verbindingsstuk 3 uit de invoegplaats van
het deksel 5 van de filter.
· Maak de borginrichting 4 los door lichtjes op zijn
uiteinden te drukken.
· Verwijder het deksel 5.
· Verwijder de onderliggende filterbehuizing 1 uit diens invoegplaats en het antischuimbakje 2 (zie figuur 10a).
· Schuif de afvoerslang 13 (fig. 9) uit diens invoegplaats en schroef de dop 1 los (fig. 9).
· Reinig de binnenkant van het reservoir met een waterstraal.
· Monteer alles terug door de bovenstaande handelingen in de omgekeerde volgorde uit te voeren.
BEËINDIGING VAN HET WERK
Figuur 10a
1
Figuur 9
Figuur 10
3
4
1
2
19
13
5