Persoonlijke functies
Naast persoonlijke voorkeuren kunt u ook persoonlijke functies instellen
waarmee u de camera nog verder kunt afstemmen op uw specifieke wensen.
Deze stelt u in met de meegeleverde software (EOS Viewer Utility).
Alleen P.Fn-00 (instelling groepen met persoonlijke functies) kan worden
ingesteld met de camera.
P.Fn Nr
00
Hiermee stelt u groepen met persoonlijke functies in.
01
Hiermee schakelt u de opnamemodi uit.
02
Hiermee schakelt u de lichtmeetmodi uit.
03
Hiermee stelt u de lichtmeetmodus voor handmatige belichting in.
04
Hiermee stelt u de minimale en maximale sluitertijd in.
05
Hiermee stelt u het minimale en maximale diafragma in.
06
Hiermee bepaalt en wijzigt u de opnamemodus en de meetmodus.
07
Hiermee herhaalt u de reeksopnamefunctie tijdens continu-opnamen.
Hiermee stelt u het aantal opnamen in waarop de reeksopnamefunctie moet
08
worden toegepast.
Hiermee wijzigt u de reeksopnamevolgorde voor C.Fn-09-2/3 naar overbelichting,
09
standaardbelichting en onderbelichting.
10
Hiermee behoudt u de ingestelde waarde voor programmakeuze.
14
Hiermee schakelt u de focusdetectie via lensaandrijving uit.
15
Hiermee schakelt u het AF-hulplicht uit.
Maakt automatische opnamen mogelijk als wordt scherpgesteld op het vaste
16
focuspunt terwijl de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt.
17
Hiermee schakelt u automatische AF-puntselectie uit.
18
Hiermee schakelt u automatische AF-puntselectie in als C.Fn-11-2 is ingesteld.
19
Hiermee stelt u de snelheid bij continu-opnamen in.
20
Hiermee beperkt u het aantal opnamen bij continu-opnamen.
Hiermee stelt u de camera in stille werking wanneer de ontspanknop uitstaat na
21
een opname.
23
Hiermee wijzigt u de ingestelde tijd op de timer.
Hiermee stelt u in dat het LCD-paneel verlicht moet blijven wanneer u opnamen
24
maakt bij bulbbelichting.
Hiermee stelt u de standaardinstellingen in wanneer de knopCLEAR (N+B) in
25
de stand ON staat.
26
Hiermee versnelt u de reactietijd van de ontspanknop.
27
Hiermee kunt u de elektronische knop in de omgekeerde richting laten werken.
28
Hiermee voorkomt u dat belichtingscompensatie wordt ingesteld met het snelkeuzewiel.
30
De schakelaar <7> schakelt ook het instelwiel <6> in.
31
Hiermee voegt u verificatiegegevens aan de opname toe.
* Info over P.Fn-11, 12, 13, 22 en 29
Enkele persoonlijke functienummers zijn niet gebruikt zodat de persoonlijke
functienummers (P.Fn-00 tot 31) van vorige EOS-1 camera's behouden zijn.
Omschrijving
157