KINDeRVeIlIGHeID:
De twee ringen 1 bevinden zich tussen de
rugleuning en de zitting van de stoel en zijn
te herkennen aan een markering.
De ISOFIX-verankeringen mogen alleen gebruikt worden voor kinderzitjes met het ISOFIX-systeem. Bevestig nooit andere kinderzit-
jes, noch de gordel of andere voorwerpen op deze verankeringspunten.
Controleer of niets in de weg zit bij de verankeringspunten.
Als uw auto betrokken is geweest bij een verkeersongeluk, moet u de ISOFIX-verankeringen laten controleren en het kinderzitje
vervangen.
keuze van de bevestiging van een kinderzitje (2/2)
1
De derde ring wordt gebruikt om de boven-
ste riem van bepaalde kinderzitjes te beves-
tigen: u moet de haak 2 aan de ring 3 be-
vestigen voor een zitplaats achterin en aan
de ring 4 voor een voorstoel; span daarna
de riem.
2
3
4
1.49